Het Vlaams Talenplatform pakt deze week uit met de resultaten van een grootschalige bevraging van de Vlaamse taalleerkracht. Meer dan 1029 Vlaamse taalleraren gaven hun mening over onderwerpen zoals de eindtermen, toetsen, lesmateriaal en professionalisering, met één constante: de lat moet hoger voor talen.
De taalleerkracht toont zich gemotiveerd en gebrand op autonomie, maar geeft aan dat de tijd ontbreekt om alle taken kwaliteitsvol uit te voeren. Om de ambitieuze eindtermen waar te maken, is de lestijd soms te kort en zijn de verwachtingen over de evaluatie van competenties onduidelijk. De verhouding tussen kenniselementen en vaardigheden zit evenzeer ongemakkelijk voor veel taalleerkrachten, net zoals het wisselende niveau van nieuwe taalleerkrachten.
Het leermateriaal dat uitgeverijen aanbieden volstaat niet altijd om bij te blijven met de actualiteit of om alle vaardigheden van een taalvak te bestrijken. Daardoor besteden taalleraren veel tijd aan de ontwikkeling van eigen materiaal en hebben ze nood aan (tijd voor) degelijke professionalisering. Intussen worden taalniveaus in klassen steeds diverser, waarbij niet altijd de leerlingen met de sterkste taalvaardigheid in talenrichtingen terechtkomen.
“Als we de dalende tendens in het taalniveau van onze leerlingen willen keren en onze maatschappij weer taalsterk willen maken, moet iedereen dringend in actie schieten,” stelt Lars Bernaerts, professor Nederlandse Letterkunde aan de UGent. Daarom schuift het platform, waarin de universitaire talenopleidingen zich verenigen, meer dan twintig aanbevelingen naar voren. Die richten zich op iedereen die mee de lat wil verhogen. De overheid kan bijvoorbeeld de taalleraar dichter bij leermateriaal en nascholingen brengen met een slimme website, en kan de leraar meer rollen als expert toekennen.
“Maar ook leraren, onderwijskoepels en directies kunnen veel steentjes verleggen,” vult taalkundeprofessor Lieven Buysse van KU Leuven aan. “Discussie tussen leraren aanwakkeren over de beste toetsvorm, over hoe een klassenraad studieadvies verleent, en over ingrepen in het lessenrooster die meer aansluitende uren voor taalvakken mogelijk maken. Het zijn maar enkele kleine ingrepen die een groot verschil kunnen maken.” Het Vlaams Talenplatform hoopt dat dit debat gaat leven zowel in de wandelgangen van elke school als in die van de politiek.
Het volledige rapport is online beschikbaar op de website van het Talenplatform.
Deelnemende onderzoekers: Bram Bulté (VUB en KU Leuven), An Vande Casteele (VUB), Valeria Catalano (PXL), Renata Enghels (UGent), Kathleen Gyssels (UAntwerpen), Liesbet Heyvaert (KU Leuven), Liesbeth Martens (UCLL), Marie-Eve Michot (VUB), Maribel Montero Perez (UGent), Nathalie Nouwen (KU Leuven), Jill Puttaert (VUB), Sylvianne De Schepper (UGent), Mathea Simons (UAntwerpen), Dieter Vermandere (UAntwerpen) en Kristiaan Versluys (UGent).
Laat een reactie achter