Van 30 mei t/m 1 juni bracht de neerlandistiek IVN-directeur Anne Sluijs in Olomouc, Tsjechië, voor het 15e regionale congres van de neerlandistiek in Centraal-Europa. Het waren verrijkende dagen vol lezingen met ca. 100 deelnemende neerlandici die hun onderzoek presenteerden op het gebied van letterkunde, taalkunde, didactiek, cultuur, vertaalkunde en receptie of daarnaar kwamen luisteren.
Het heeft al eens de Nederlandstalige media bereikt, maar toch weet nog lang niet iedereen dit: de neerlandistiek is groot en bruisend in Centraal-Europa, met vakgroepen waar soms meer studenten Nederlands studeren dan in Nederland of Vlaanderen. Ze verenigen zich regionaal in het platform Comenius, waarbij vakgroepen uit Bulgarije, Hongarije, Kroatië, Letland, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Servië, Slovenië, Slowakije en Tsjechië zijn aangesloten en sinds kort ook Oekraïne en Georgië.
Het regionaal colloquium vindt elke twee jaar plaats, steeds aan een andere universiteit. Dit keer was dat de Palacký Universiteit in Olomouc, Tsjechië, waar de neerlandistiek een lange historie kent en in 2003 heropgericht en uitgebouwd is tot een zelfstandige vakgroep door Wilken Engelbrecht.
Voor een deel van de aanwezigen begonnen de activiteiten al eerder die week. Voorafgaand aan het congres werd namelijk een zogenaamde BIP-bijeenkomst georganiseerd, waarin doctorandi uit Olomouc, Boedapest, Wrocław, Poznań, Wenen, Brno en Bratislava hun neerlandistiek-onderzoek presenteerden. Dat belooft veel voor de toekomst.
Op donderdag begon het colloquium met een aantal openingslezingen vanuit Comenius, de Taalunie en de universiteit. In het programmaboekje schreef de decaan deze treffende woorden: Your colloquium shows that Dutch and Flemish culture, language, literature and history have their place in Central Europe. Your interest in Dutch and Flemish Studies testifies to the ever-closer interconnection of the former West and East. It shows that there is a strong European culture, united in its diversity. This culture is nurtured precisely by developing an interest in diversity, in which Central Europeans are interested in the Dutch, the Flemish and vice versa.
Deze waardering voor en betrokkenheid bij de opleiding Nederlands aan de universiteit en in de stad kwamen duidelijk naar voren dankzij aanwezigheid van de burgemeester, rector, decaan en diplomatieke vertegenwoordigingen van Nederland en Vlaanderen op verschillende momenten in het programma. Zo was er op donderdagavond een receptie en buffet in het prachtige stadhuis van Olomouc.
De lezingen op donderdag en vrijdag, die plaatsvonden in het eigen universiteitsgebouw van de vakgroep, toonden de diversiteit en hoge kwaliteit van het neerlandistiek-onderzoek in de regio Centraal-Europa. Zo volgde ik lezingen over de rol van het Nederlands in de romans van de Zuid-Afrikaanse schrijver Karel Schoeman, over buitenlandberichtgeving in het NOS Jeugdjournaal, over petrocultuur in Nederlandse en Roemeense romans uit het interbellum, en over anonieme afpersingsbrieven in het Nederlands en Pools als bron voor psycholinguïstisch onderzoek.
Op zaterdag kwamen we bij elkaar in het Aartsbisschoppelijk Museum voor een congresdag rond de onderzoeksrichting Vertaalkunde & Receptie. Zoals Ton van Kalmthout mooi samenvatte in zijn keynote-lezing tonen verschillende onderzoeksprojecten op dit gebied hoe – in mijn woorden – de internationale neerlandistiek al jaren de weg vooruit wijst richting letterkundig onderzoek dat in de kern interdisciplinair en transnationaal is. De lezingen op deze dag vormden hiervoor direct bewijs. Ook presenteerden Marketa Štefková en Pavlína Knap-Dlouhá van het Netwerk Vertalen en Tolken NEM hun plannen voor een expertisecentrum, waarvoor zij als pilot een veldonderzoek uitvoerden naar de kenmerken en behoeften van zakelijk vertalers en tolken op de arbeidsmarkt.
Tijdens het colloquium vond ook de Algemene Ledenvergadering van Comenius plaats. Een nieuw bestuur werd benoemd en verschillende ontwikkelingen werden besproken. Namens de IVN heb ik verteld over onze activiteiten en de stand van zaken rond de uitvoering van het amendement dat extra geld vrijmaakte voor de internationale neerlandistiek. Onze hoofdredacteuren Matthieu Sergier (Internationale Neerlandistiek) en Barbara Kalla (Lage Landen Studies) vertelden over de wetenschappelijke publicatiemogelijkheden die de IVN biedt.
Uiteraard is op zo’n congres de tijd die je met elkaar doorbrengt buiten het programma minstens zo waardevol. Het was heel fijn weer vele bekenden terug te zien en nieuwe contacten te leggen. De internationale neerlandistiek blijft een uniek vakgebied waar men graag samenwerkt in plaats van elkaar beconcurreert. In Centraal-Europa weet men elkaar heel goed te vinden, voor gezamenlijke zomercursussen, masterscriptieprijzen, congressen en onderzoeksprojecten. Aan de vooravond van de Europese verkiezingen voelde ik me extra sterk bewust van de waarde van een Europa zonder grenzen.
Laat een reactie achter