Tiecelijn 37. Jaarboek 17 van het Reynaertgenootschap (220 p., 25 EUR) is uit op papier. Op de integrale digitale publicatie is het – voor het eerst – nog enkele maanden wachten. Er wordt wel al een tiental artikels meteen gratis digitaal prijsgegeven op www.reynaertgenootschap.be/tiecelijn.
De papieren editie richt zich tot leden van de Reynaertcommunity die het werk van het Reynaertgenootschap belangrijk vinden, het financieel ondersteunen en van mooi vormgegeven en rijk geïllustreerde boeken houden.
Het thematische deel van het nieuwe jaarboek focust op ‘De metamorfosen van een politieke vos’ en presenteert vier van de zes bijdragen van het gelijknamige colloquium dat op 1 december 2023 in het Letterenhuis in Antwerpen werd gehouden. Het gaat om studies van Frits van Oostrom (over het politieke DNA van de Reynaert), Paul Wackers (over het politieke gebruik van dierenverhalen in enkele middeleeuwse teksten), Tine De Koninck (over politieke vossenliederen uit de zeventiende-eeuw) en Nora & Remco Sleiderink (over de Gentse coalitievorming na de gemeenteraadsverkiezingen van 2018).
Het colloquium gaf aanleiding tot vele vragen. Is een politieke lezing van de Reynaert mogelijk? Waren middeleeuwse vossenverhalen de spiegel van een politieke toestand? In welke politieke constellatie ontstonden vossenverhalen door de eeuwen heen? Goethe zei het natuurlijk al in de inleiding van zijn ‘unheilige Weltbibel’ Reineke Fuchs uit 1793: ‘Eeuwen geleden heeft een dichter dit lied gezongen. Hoe is het mogelijk? De stof is van gisteren en van vandaag!’
Ook in de andere bijdragen is de maatschappelijke relevantie van de Reynaertteksten aanwezig. Steven Van Impe schetst de Franse Reynaertdrukgeschiedenis van de zeventiende tot de negentiende eeuw tegenover steeds woelige politieke achtergronden. Jens De Rijbel verkent R de musical, waarin de vos anno 2023 geplaatst werd in de dystopische setting van Sinn-City, een locus terribilis vol ontluisterend drugsgeweld.
Tiecelijn 37 laat opnieuw de variëteit en creativiteit van het Reynaertonderzoek en de Nachlebung van de Reynaert zien. Peter Everaers puzzelt en reconstrueert hoe bewerker Stijn Streuvels de tweede druk van Minnehandel op de achterzijde van de drukproeven van zijn Reynaerteditie uit 1921 maakte. Hans Redee liet door Katrien Maes een vossenbeeld maken. Jeroen van Wijk schrijft een vossengedicht. Lisanne Vroomen ging een jeugdopera bekijken. Marianne Vonck geeft een toelichting bij de totstandkoming van Iedereen Reynaert, een Reynaertbewerking voor ‘prille taalleerders’, die ondertussen genomineerd werd voor de Wablieft-prijs. https://www.vrt.be/nl/over-ons/nieuws-over-vrt/winwin-wint-wablieft-prijs-voor-duidelijke-taal
In 2022 en 2023 verschenen zeer veel nieuwe vossenstudies. Jef Janssens recenseert Frits van Oostroms De Reynaert. Leven met een middeleeuws meesterwerk. De recensent vierde zopas zijn tachtigste verjaardag. Zelf realiseerde Jef Janssens een niet te overschatten bijdrage aan de reynaerdistiek. Tiecelijn 37 bevat verder boekbesprekingen door Yvan De Maesschalck, Paul Wackers, Mark Nieuwenhuis, Vincent Hunink en Tine De Koninck, o.a. over de doctoraten van Irmgard Fuchs en Jelmar Hugen en Mark Nieuwenhuis’ uitgave van de Ecbasis captivi en de Speculum stultorum. Yvan De Maesschalck zorgt voor een poëtische coda en las ‘Vos’ van Cees Nooteboom.
Meer info op www.reynaertgenootschap.be en via info@reynaertgenootschap.be.
Reynaertambassadeurs
Het Reynaertgenootschap stelde in 2024 opnieuw twee Reynaertambassadeurs aan. Een Reynaertambassadeur wordt door het bestuur van het Reynaertgenootschap aangesteld op basis van kwaliteit, passie en bijzondere Reynaertverdiensten. Reynaertambassadeurs worden onderscheiden om een unieke prestatie of langdurige inzet. De onderscheiding wordt gegeven om voorbije vossenverdiensten, maar ook in de hoop dat de ambassadeurs zich blijvend zullen inzetten om het verhaal te blijven vertellen, verbeelden of bestuderen. In 2023 werden universiteitsprofessor Frits van Oostrom en vertelster Veerle Ernalsteen gelauwerd. In 2024 ging de onderscheiding naar theatermaker Joost Van den Branden en beeldend kunstenaar Karen Oger.
Laat een reactie achter