80 jaar Gerrit Komrij
18-07-2024
Waarom ik schrijf? De voornaamste behoefte is je te uiten. Maar dat is van zo’n zwaarwichtige vanzelfsprekendheid – dat hoef ik niet eens erbij te zeggen. De echte behoefte is natuurlijk: proberen je geld te verdienen, aan de kost te komen en dan onafhankelijk. Ik heb altijd een sterke behoefte gehad om mijzelf te redden. (1978)
Bron: ‘Geld’ in De buitenkant (1995)
17-07-2024
Mijn hele leven lang heb ik mij omringd met opdrachten, met deadlines en afspraken, zodat ik wel moet. Anders zou ik niets doen. Ik schrijf niet voor mijn plezier. Als ik het voor mijn plezier zou doen, schreef ik geen letter. (1986)
Bron: ‘Deadline’ in De buitenkant (1995)
16-07-2024
Al ben ik een boer, dat wil niet zeggen dat ik alles tot mijn boerenniveau zou willen terugbrengen en zou denken: ik loop op klompen, lopen jullie allemaal maar op klompen. Wég met het Concertgebouworkest, want ik speel zelf heel mooi op de trekharmonica. (1983)
Bron: ‘Boer’ in De buitenkant (1995)
15-07-2024
Ik begrijp niets van bescheidenheid omdat ik weet wat het is om en eenvoudige jongen te zijn. Ik kom uit een sympathiek arbeidersgezin en wordt dus gedreven door mateloze eerzucht en hoogmoed – ik vind dat het in het geheel geen nut heeft om bescheidenheid te veinzen. (1974)
Bron: ‘Bescheidenheid’ in De buitenkant (1995)
14-07-2024
Wanneer ik een autoriteit zie, dan zie ik hem meteen in een tijgervelletje, met een knots, luidkeels ‘Oehoe’ roepend. (1979)
Bron: ‘Autoriteit’ in De buitenkant (1995)
13-07-2024
Het is een bekende klacht dat de studenten op de universiteit niet meer kunnen spellen, slecht Nederlands schrijven, nauwelijks boeken lezen. De meeste literaire critici komen van de universiteit. (1992)
Bron: ‘Literaire kritiek’ in De buitenkant (1995)
12-07-2024
Als ik wil weten wat mijn literair credo is, dan lees ik er de critici op na. Tenminste, de zeldzame vogels onder hen die kunnen lezen. Als ik wil weten hoe ik ergens over denk, dan ga ik kijken wat zij erover schrijven en dan denk ik: gôh, zo denk ik er dus over. (1990)
Bron: ‘Literaire kritiek’ in De buitenkant (1995)
11-07-2024
Een Nederlander vindt zich al milieuvriendelijk als hij over hondenpoep zanikt. Weet je dat de mens er sinds het jaar nul 1900 jaar over gedaan heeft om de spoelbak uit te vinden? We eten te veel, we drinken te veel, we verbruiken te veel en we gooien te veel weg, en nu krijgen we een sigaar uit eigen doos. (1994)
Bron: ‘Milieuvervuiling’ in De buitenkant (1995)
10-07-2024
In Nederland is het praktisch een eretitel barbaar te worden genoemd. Een politicus die zegt dat hij nooit een boek leest oogst hier grote winst. Zijn populariteitscijfers schieten omhoog wanneer hij op intellectuelen afgeeft. (1981)
Bron: ‘Kunst en politiek’ in De buitenkant (1995)
09-07-2024
Een zekere bisschop Ernst verklaarde dat ook een homoseksueel het recht had om de sacramenten te ontvangen. Het recht? Wij vragen niet om rechten van erotisch misdeelde mannen in jurken die met hun wijwaterkwast alleen langs de gleuf van collectebakken zwaaien. (1979)
Bron: ‘Katholieken’ in De buitenkant (1995)