Subject: | Neder-L, no. 9505.b |
From: | Ben Salemans |
Reply-To: | Elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek |
Date: | Mon, 22 May 1995 22:59:52 MET |
Content-Type: | text/plain |
********************* *-------------------------- Neder-L, no. 9505.b -----------ISSN-0929-6514-* | ************************************************************ | | * Neder-L, elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek * | | ************************************************************ | | | | Onderwerpen in dit bulletin: | | ============================ | | (1) Lit: 9505.05: Aankondiging bundel Leidse Letterendag | | (2) Col: 9505.06: Column Willem Kuiper, no. 17: "Over elfjes en duivels"| | (3) Med: 9505.07: Studiedag Peeter Heynsgenootschap op 9 juni 1995 te | | Utrecht | | (4) Med: 9505.08: Leksikografie in en vir Afrika | | | | Informatie over Neder-L: | | ======================== | | Algemene informatie opvragen over Neder-L: stuur mail naar | | listserv@nic.surfnet.nl met daarin de boodschap: GET NEDER-L INFO | | Abonnement nemen op Neder-L: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl | | met als boodschap: SUB NEDER-L | | Oude Neder-L-bulletins opvragen: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl| | met daarin een boodschap als: GET NEDER-L LOG9206 | | (resultaat: logboek met Neder-L-artikelen van juni '92 wordt gestuurd)| | Gopher-toegang tot Neder-L: alle oude en nieuwe Neder-L-bulletins zijn | | via Gopher in te zien op gopher.nic.surfnet.nl, in de directory | | SURFnet informatie/LISTSERV archieven (nic.surfnet.nl)/NEDER-L | | WWW-toegang tot Neder-L: | | http://www.nic.surfnet.nl/nlmenu/tijdschriften/tijdschriften.html | | Neder-L wordt ook verspreid via de Internet newsgroup bit.lang.neder-l | | Bijdrage voor Neder-L opsturen: stuur mail naar neder-l@nic.surfnet.nl | | (dit geldt ook voor Internet-gebruikers die bijdragen willen leveren) | *-------------------------- --------------------------* *********************
(1)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Wed, 17 May 1995 10:00:32 +0100 (MET)
From: Korrie Korevaart <KOREVAART@rullet.LEIDENUNIV.NL>
Subject: Lit: 9505.05: Aankondiging bundel Leidse Letterendag
Pas verschenen: bundel lezingen vierde Leidse Letterendag
Eep Francken en Peter van Zonneveld (eds.), Van Oost tot West.
Koloniale en en post-koloniale literatuur in het Nederlands.
Leiden: Vakgroep Talen en Culturen van Zuidoost-Azie en Oceanie, Rijksuniversiteit te Leiden. 1995, xvii + 87 pp. Semaian 12.
ISBN: 90-73084-14-8. Fl. 20,- (excl. fl. 5,- verzendkosten).
De lezingen van de Leidse Letterendag, door de vakgroep Nederlands van de RUL georganiseerd op 16 april 1994, zijn verschenen in de Semaian-reeks. Het thema van de bundel is de koloniale en post-koloniale literatuur in het Nederlands, uitgewerkt in de vijf artikelen, die elk een ander geografisch gebied bestrijken:
- Peter van Zonneveld
Nieuw-Guinea in de literatuur: een andere visie op het kolonialisme - Ton Harmsen
Maurits de Braziliaan en zijn dichters - Jacqueline Bel
Paradoxen van de Antilliaans-Nederlandse literatuur. Over Debrots Mijn zuster de negerin en Arions Dubbelspel - Eep Francken
De Afro-Nederlandse literatuur - Ton Anbeek
De uitdaging van het andere. Naar aanleiding van de Kongo-literatuur.
Samen tonen deze Leidse bijdragen een groot aantal moeilijk- en mogelijkheden die bestudering van koloniale en post-koloniale literatuur in het Nederlands oplevert. Nieuw is het accent dat het boek legt op andere relaties dan die tussen Nederland en Nederlands-Indie, zodat duidelijk wordt dat de (post-)koloniale literatuur in het Nederlands meer biedt dan alleen ’tempo doeloe’.
Het boek is verkrijgbaar via de boekhandel, en bij de vakgroep Talen en culturen van Zuidoost-Azie en Oceanie, P.N. van Eyckhof 3, Leiden (tel. 071-272418/2280; Postbus 9515, 2300 RA Leiden). Per e-mail te bestellen via: wvdmolen@rullet.LeidenUniv.nl.
(2)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Mon, 22 May 1995 13:23:24 +0200 (MET DST)
From: Willem Kuiper <Willem.Kuiper@Let.UvA.NL>
Subject: Col: 9505.06: Column Willem Kuiper, no. 17: "Over elfjes en duivels"
Over elfjes en duivels
Het huis dat ik bewoon dateert uit het begin van deze eeuw. Toen ik het op 5 december 1975 voor de eerste keer betrad, verkeerde het in een staat van absolute verwaarlozing. De vorige eigenaar – zoon van de bouwer en eerste eigenaar – was namelijk timmerman. Een timmerman met een roestige hamer. Hij timmerde overal, behalve thuis.
Waar alle andere huizen inmiddels een verlaagd plafond hadden, met spotjes, en waar alle schuifdeuren al lang al aan het grof vuil waren meegegeven en de kamers doorgebroken, zag mijn huis er nog net zo uit als toen het omstreeks 1906 werd opgeleverd. Dus zonder zolder, kelder, badkamer en toilet. Achterin de bijkeuken stond de doos, met een tondeurtje naar de steeg. Toen eind jaren-’50 de gemeente Zaandam de ton en het schijthuis boven de sloot verving door riolering en water closet, heeft hij een pleetje in elkaar getimmerd, zo belabberd en zo liefdeloos, dat het mij een raadsel is dat de heilige Jozef hem niet met pot en al door de vloer heeft laten zakken.
Omdat het huis met maar een (koud)waterkraan was uitgerust – in de keuken – liet ik een badkamer aanleggen. Die bleek niet bestand tegen de Hollandse winter. Ook niet met een gevelkachel. Er was een groot, hoog raam in die kamer en dat was zo’n warmtelek, daar was geen stoken tegen. Er zat niets ander op dan het raam dicht te laten metselen.
En daar zit je dan met een dichtgemetseld raam. Geen gezicht. Daar moest dus iets mee gebeuren. Daar moest na lang nadenken een schildering komen die uitzicht suggereerde. Maar wat?
Terwijl ik mij hierover de hersens brak, overleed een oma. Van de erfenis kocht ik wat getijdenboeken in facsimile, onder andere de TRES RICHES HEURES DU DUC DE BERRY. En daar vond ik mijn uitzicht: de miniatuur van de maand Maart! Op de voorgrond zien we een ploegende boer, in het midden zien we wijngaarden en op de achtergrond het schitterende kasteel van Lusignan. De miniatuur had het gewenste perspectief en de kleuren accordeerden met de wand- en vloertegels. Er was slechts een dissonant, ik ben een kreeft.
Op mijn schaakclub zat iemand die aan de Rietveld Akademie schilderen studeerde en graag contactlenzen wilde hebben. Als een ware mecenas beloofde ik hem die contactlenzen alsmede warme maaltijden als hij voor mij de maand Maart zou naschilderen – 135 cm x 235 cm – met de sterrenhemel van juni/juli: tweelingen – kreeft. Zo gezegd, zo gedaan. Het heeft bijna anderhalf jaar geduurd, maar het resultaat is oogverblindend en nog elke dag kijk ik er met plezier naar.
Rechts in de lucht vliegt een gouden draak: Melusine, vrouwe van Lusignan. Ooit was zij een vrouw van vlees en bloed, maar toen haar echtgenoot Raymond haar tweede natuur onthulde, veranderde zij in een serpent.
Het verhaal van Melusine is in 1392 geschreven door Jean d’Arras, in opdracht van bovengenoemde Jean, duc de Berry. Deze was eigenaar geworden van de burcht te Lusignan en had bij die gelegenheid vernomen dat er een vloek op het kasteel rustte: het bleef niet langer dan dertig jaar in de hand van zijn eigenaar.
Het verhaal begint in Albanie – dat is Albion, alias Schotland, en niet Albanie zoals Debaene in DE NEDERLANDSE VOLKSBOEKEN verklaart – waar de fee Presine tijdens het baden betrapt wordt door de weduwnaar koning Elinas, een verwant van koning Artur. De Brits-Keltische literatuur kent vele verhalen over feeen, vrouwen uit de Andere Wereld die af en toe ook onze wereld aandoen. Meestal in een woud, bij een bron of een vennetje. Daar wassen zij zich, en bij die gelegenheid moeten zij hun kledij afleggen en zijn dan zichtbaar voor mensen- c.q. mannenogen. Het resultaat laat zich raden. De fee wordt verkracht en het kind is roodharig, en wel omdat de maan ‘rood’ is als de fee zich reinigt.
Koning Elinas verkracht Presine niet, hij vraagt haar ten huwelijk. Zij stemt toe en belooft hem voorspoed zolang hij zich maar aan een voorwaarde houdt: hij mag haar niet in bad zien zitten.
Elinas’ geluk wekt de afgunst op van zijn zoon Mataquas uit zijn eerste huwelijk. Dit keer is het niet de stiefmoeder die haat, zoals gebruikelijk, maar de stiefzoon. De oorzaak van het conflict wordt niet uit de doeken gedaan, maar in andere verhalen, bijvoorbeeld PARTHONOPEUS VAN BLOIS, wordt door anderen ernstig getwijfeld aan de goedaardigheid van de fee. De vermogens waarover een ‘alvinne’ beschikt, lijken ontleend aan de macht van de duivel. Vandaar dat alvinne en duivelin vaak synoniem zijn. Toch is de fee een schepsel Gods, evenals de centaur.
Als Presine van een drieling beeldschone dochters bevalt, nodigt Mataquas zijn vader uit te gaan kijken, daarmee onbewust en ongewild het verbod overtredend. Elinas ziet zijn vrouw in bad zitten, maar vanaf haar navel is zij een serpent! Presine vlucht weg met haar kinderen en laat een ontroostbare Elinas achter. Als de meisjes volwassen zijn, wreken zij zich op hun vader. Voor straf zal de oudste van de drie, Melusine, elke zaterdag vanaf de navel als een serpent geschapen zijn.
Melusine kiest zich een man, Raymond, geheten. Dat is typisch voor het genre. Waar in de epiek de man door zijn dapperheid zichzelf een vrouw verwerft, is het hier de vrouw die zich een minnaar kiest. Niet kracht, maar schoonheid, tederheid, trouw en integriteit zijn van belang. Ook zij belooft hem geluk en voorspoed zolang hij haar maar op zaterdag ongezien laat. Zo gezegd, zo gedaan, maar wederom is er twijfel en afgunst omtrent de wonderlijke vermogens die deze vrouw bezit, wier afkomst niemand kent, wat hoogst verdacht is.
Het huwelijk is kinderrijk. Achtereenvolgens bevalt Melusine van tien zonen. Mooie kinderen die het ver zullen schoppen, maar allemaal met een klein gebrek: Urien heeft een kort en breed gezicht, zijn ene oog is rood en het andere paars – Eudes’ ene oor is veel groter dan het andere – Guions ene oog is veel groter dan het andere – Antoine heeft een moedervlek op zijn wang in de vorm van een leeuweklauw – Renaud heeft maar een oog, waarmee hij onwaarschijnlijk goed en ver kan kijken – Geoffroi heeft een tand die centimeters uit zijn mond steekt – Fromont heeft een harige plek op zijn neus die aanvoelt als de huid van een mol – Horrible heeft drie ogen.
Raymond heeft een broer, die graaf van Forez is. Deze heeft het niet begrepen op zijn schoonzuster. Hij maakt haar verdacht als overspeelster en slaagt er zo in zijn broer de belofte te laten breken haar nooit op zaterdag in bad te aanschouwen. Als Raymond met zijn zwaard een gat in de deur gemaakt heeft, ziet hij haar in bad zitten, zonder minnaar, maar met de staart van een serpent.
Ontroostbaar is hij als hij zich realiseert wat hij gedaan heeft, maar omdat hij niemand verteld heeft wat hij gezien heeft, doet Melusine alsof zij niet weet wat er gebeurd is.
Kort daarop slaat het onheil echter definitief toe. Als Geoffroi met de Grote Tand hoort dat zijn broer Fromont monnik te Maillezais geworden is, steekt hij het klooster eigenhandig in de fik en verbrandt zijn broer en de overige 99 monniken levend, omdat zijn trots het niet verdragen kan dat zijn broer geen vechter maar een bidder is. Raymond is in alle staten als hij dit hoort. Hij is verbijsterd over zoveel gewelddadigheid en realiseert zich tegelijkertijd dat zijn jongste zoon Horrible op driejarige leeftijd twee minnen de borsten afbeet – aan de gevolgen waarvan zij overleden – en op zevenjarige leeftijd twee van zijn schildknapen om het leven bracht. Als Melusine het voor haar zoon opneemt en zegt dat Geoffroi dat gedaan heeft omdat de monniken een liederlijk leven leidden, dat wat gebeurd is gebeurd is, en dat hij het weer goed zal maken, weet Raymond het zeker: zij is een demonisch wezen!
Daarin heeft hij geen gelijk, maar geef hem eens ongelijk. Je kunt het namelijk zien, zoals hij zelf zegt: “Op het geloof dat ik God verschuldigd ben, ik geloof dat deze vrouw een kwaadaardige geest is, en ik geloof ook dat de vrucht van haar ingewanden niet volmaakt kan zijn. Zij heeft mij kinderen geschonken die allemaal een vreemd teken dragen….”
Bij het lezen van deze monoloog moest ik opeens aan Moenen denken. Zou MELUSINE de bron geweest zijn van Moenens mededeling: “Wi gheesten en hebben dye macht niet, dats verloren, ons te volmakene doer gheen bespreck. Altoos es aen ons eenich ghebreck, tsi aen thoot, aen handen oft aen voeten.”
Ook na een (praktisch voltooide) tweede doctoraalscriptie over duivelgestalten in de Middelnederlandse literatuur – dit keer duivels in toneelstukken – hebben wij geen tweede Moenen kunnen vinden. Integendeel, duivels kunnen moeiteloos elke gestalte aannemen.
Het verhaal van Melusine is in het Nederlands vertaald. In 1491 verscheen de roman rijk geillustreerd in druk bij Gheraert Leeu en in 1510 in herdruk bij Henrick Eckert van Homberch. De tekst is niet geediteerd. Bij deze maak ik bekend dat te zullen gaan doen. Nadere bijzonderheden volgen.
Willem.Kuiper@Let.UvA.NL
(3)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Fri, 19 May 1995 14:41:21 +0100 (MET)
From: Roland de Bonth <deBonth@LET.KUN.NL>
Subject: Med: 9505.07: Studiedag Peeter Heynsgenootschap op 9 juni 1995 te Utrecht
Beste Neder-l-abonnee,
Op 9 juni 1995 vindt aan de Universiteit Utrecht, Faculteit der Letteren, Vakgroep Romaanse Talen en Culturen (Adres: Kromme Nieuwegracht 29, Utrecht) de tweede studiedag plaats van het Peeter Heynsgenootschap, werkverband voor de geschiedenis van het taal- en letterkundeonderwijs in de Nederlanden.
Het programma van deze dag ziet er als volgt uit:
10.00-10.30 Ontvangst met koffie
10.30-10.35 Opening door de voorzitter
10.35-11.20 Prof.dr. B.F. Scholz (RU Groningen), “De modernisering van de ‘Orbis Pictus’ in de negentiende eeuw”.
Jacob Eberhard Gailers ‘Neuer Orbis Pictus’ uit het jaar 1838 kan worden gezien als een poging tot een radicale modernisering van de oorspronkelijke ‘Orbis Pictus’ van de hand van Jan Amos Comenius. De illustraties alsook de erbij behorende teksten zijn aangepast aan de kennisstand van de eerste helft van de 19de eeuw. In mijn bijdrage zal ik aan de hand van enkele voorbeelden proberen de belangrijkste veranderingen toe te lichten.
Daarbij gaat het me niet in de eerste instantie om feitelijke verschillen tussen de twee edities, maar om de achter deze verschillen liggende opvattingen omtrent kennis en kennisoverdracht.
11.30-12.15 Prof.dr. Fr. Daems (Dep. Didactiek en Kritiek, Universiteit Antwerpen), “Taalbeschouwing over taalvariatie in Vlaamse methoden Nederlands voor het secundair onderwijs van het begin van de 20ste eeuw tot heden”.
12.30-13.45 Lunch (op eigen kosten).
14.00-14.45 Prof.dr. H. Hulshof (Katholieke Universiteit Nijmegen), “Uit mijn praktijk”. De praktijk van het moedertaalonderwijs, door docenten beschreven aan het begin van de twintigste eeuw.
In mijn Nijmeegse oratie van 24 februari jl. heb ik o.a. gesteld dat er nadere studie gemaakt zou kunnen worden van historische, autobiografische ervaringen (betekenisvolle leservaringen), o.a. om inhoudelijke en didactische constanten te vinden in het schoolvak Nederlands van de afgelopen eeuw. Er wordt in dat soort beschrijvingen nl. steeds een poging gedaan om praktijkervaring en die vreemde mengeling van vakinhoudelijke kennis, pedagogisch-didactische kennis en eigen opvattingen direct onder ‘e’en noemer samen te brengen. Als voorbeeld kan ik wijzen op de artikelen van Acket en Van den Bosch in _De Nieuwe Taalgids_ in 1912 en 1913. Daarnaast bestaat als interessante bron de beschrijving van de werken met de taalwetenschappelijk onderbouwde methode van Van Ginneken in de jaren twintig: genetisch taalonderwijs. Het is een ten onrechte wat vergeten categorie documenten m.b.t. de geschiedenis van het taalonderwijs.
15.00-15.45 Prof.dr. P. Swiggers (Katholieke Universiteit Leuven), “Enkele markanten figuren uit de 17de-eeuwse Franse grammaticale traditie”.
Lezing aan de hand van resultaten van het bibliografisch project De Clercq/Swiggers, dat de Franse grammatica’s die in de 17de eeuw in de Nederlanden zijn uitgebracht, tot onderwerp heeft.
15.45-16.00 Afsluiting.
BELANGSTELLENDEN ZIJN VAN HARTE WELKOM.
Roland de Bonth
Vakgroep Nederlands, KUN
e-mail: DeBonth@let.kun.nl
(4)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Wed, 17 May 95 12:46:51 MET
From: "D. van Schalkwyk" <wat@maties.sun.ac.ZA>
Subject: Med: 9505.08: Leksikografie in en vir Afrika
LEKSIKOGRAFIE IN EN VIR AFRIKA!
Lexikos is ’n publikasie vir die leksikografiese vakspesialis en word in die AFRILEX-reeks uitgegee. “AFRILEX” is ’n akroniem vir “leksikografie in en vir Afrika”.
Die strewe van die Buro van die WAT met die uitgee van die AFRILEX-reeks is:
(1) om ’n kommunikasiekanaal vir die nasionale en internasionale leksikografiese gesprek te skep, en in die besonder die leksikografie in Afrika met sy ryk taleverskeidenheid te dien;
(2) om die gesprek tussen leksikograwe onderling en tussen leksikograwe en taalkundiges te stimuleer;
(3) om kontak met plaaslike en buitelandse leksikografiese projekte te bewerkstellig en te bevorder;
(4) om die interdissiplinere aard van die leksikografie, wat ook terreine soos die taalkunde, algemene taalwetenskap, leksikologie, rekenaarwetenskap, bestuurskunde, e.d. betrek, onder die algemene aandag te bring;
(5) om beter samewerking op alle terreine van die leksikografie moontlik te maak en te koordineer, en
(6) om die stigting van ’n leksikografiese vereniging vir Afrika te bevorder.
Die eerste uitgawe van Lexikos bevat die volgende bydraes:
- P. Harteveld (Redakteur van Lexikos): Voorwoord / Foreword
- D.J. van Schalkwyk (Hoofredakteur van die Woordeboek van die Afrikaanse Taal), Die woord vra kontak / Words Require Contact
- A.A. Beyleveld en G.J. van Jaarsveld: Taalseksisme as ’n vorm van eensydige leksikografie
- W.F. Botha: Die lemmatisering van uitdrukkings in verklarende Afrikaanse woordeboeke
- William Branford: Some Dictionary Descriptions of Grammatical Structure
- Johan Combrink: Begripsontwikkeling
- L. Dekker: Vloek, skel en vulgariteit: Hantering van sosiostilisties aanstootlike leksikale items
- L.G. de Stadler: Sintagmatiese leksikale betrekkinge in Afrikaans
- J.C.M.D. du Plessis: Implikasies vir die leksikografie van die klassifikasie van plante en diere in die volkstaksonomie
- W. Gericke: Vroee woordelyste en woordeboeke in verband met Afrikaans
- R.H. Gouws: Die leksikografiese hantering van woordgroepstamme
- P. Harteveld: Die rekenarisering van die leksikografiese prosesse in die Buro van die WAT
- F.J. Lombard: Die aard en aanbieding van die leksikografiese definisie
- F.F. Odendal: Wat maak ons met die skarminkel in die jonkmanskas: of: aspekte van die gesag van die woordeboek
- A.F. Prinsloo: Woordeboek en gebruik: ’n bose kringloop
- P.H. Swanepoel: Polisemie in die woordeboek – ’n kognitiewe perspektief
- A.E. van Niekerk: Die leksikografiese hantering van neo-klassieke en pseudo-sintaktiese komposita
Die tweede uitgawe van Lexikos bevat die volgende bydraes:
- P. Harteveld (Redakteur van Lexikos): Voorwoord Foreword
- Marietta Alberts: Behoeftebepaling in die leksikografie
- W.F. Botha: Los of vas geskryf: die leksikograaf, die spelreels en die taalwerklikheid
- Achmat Davids: Some Lexical Aspects of Cape Muslim Afrikaans
- A. Delbridge: Lexicography in Australia
- A.E. Feinauer: Definiering in ’n aanleerderwoordeboek
- David L. Gold: On the Fourth Edition of A Dictionary of South African English
- Ernst F. Kotze: The Lexicographical Handling of Grammatical Equivalence: The Case of Afrikaans and Zulu
- F.J. Lombard: Voorbeeldmateriaal in woordeboeke
- P.T. Mtuze: A Critical Survey of Xhosa Lexicography 1772-1989
- D.J. Prinsloo: Lemmatization of Reflexives in Northern Sotho
- C.J. Scheffer: Thoughts on ISO and the Development of Terminologies in Southern Africa
- P.H. Swanepoel: Op soek na ’n adekwate linguistiese teorie vir die begronding van die leksikografieteorie en Dpraktyk – die kognitiewe grammatika as ’n moontlike alternatief
- Y. Tono: The Effect of Menus on EFL Learners’ Look-up Processes
- A.E. van Niekerk: Kollokasies: ’n Leksikografiese perspektief
- D.J. van Schalkwyk and M.T. Mey: Planning of an Organisational and Post Structure for the Bureau of the Woordeboek van die Afrikaanse Taal (WAT)
Resensie / Review: - Mohamed H. Heliel: Lexicography in Africa
Die derde uitgawe van Lexikos bevat die volgende bydraes:
- P. Harteveld (Redakteur van Lexikos): Voorwoord Foreword
- W.F. Botha: Aspekte van sintaktiese inligting in verklarende Afrikaanse woordeboeke
- G.T. Childs: Lexicography in West Africa: Preparing a Bilingual Kisi-English Dictionary
- R.H. Gouws: Afrikaans Learner’s Dictionaries for a Multilingual South Africa
- R.H. Gouws: Normatiewe leiding in woordeboeke: ’n nuwe benadering
- Reinhard Rudolf Karl Hartmann: General Lexicography in Europe
- D.C. Hauptfleisch: Racist Language in Society and in Dictionaries: A Pragmatic Perspective
- F.J. Lombard: Etikette in sinchronies verklarende woordeboeke
- Tony Naden: From Wordlist to Comparative Lexicography: The Lexinotes
- Anna Nel Otto: Grammatiese inligting ten opsigte van adjektiewe in aanleerderwoordeboeke
- L. Rademeyer: Funksies van voorbeeldmateriaal in eentalige woordeboeke
- Roy S. Rosenstein: Broadening the Perspectives of South African English and Afrikaans Research (An Interview with David L. Gold on his Work in these Fields)
- Pieter van Reenen en Maaike Mulder: Een gegevensbank van 14de-eeuwse Middelnederlandse dialecten op computer
- I.L. Vos: Komponentontleding as leksikografiese instrument
Resensies / Reviews: - J. du T. McLachlan: Die nuwe AWS in die praktyk: ’n gebruikersoorsig na twee jaar
- Edith H. Raidt: Die agtste deel van die Woordeboek van die Afrikaanse Taal
- Elaine Ridge: Chambers Schoolbag Dictionary including Southern African usage and pronunciation
- A.C. Nkabinde: G.R. Dent (Compiler) and C.L.S. Nyembezi (Ed.), Compact Zulu Dictionary. Eng.-Zulu; Zulu-Eng.
- A.C. Nkabinde: G.R. Dent and C.L.S. Nyembezi (Compilers): Scholar’s Zulu Dictionary. Eng.-Zulu; Zulu-Eng.
- David L. Gold: P.A. Joubert, Bilingual phrase dictionary/Tweetalige frasewoordeboek (E-A)
- S.A. Swanepoel: M.L.A. Kgasa, Thanodi ya Setswana ya Dikole
- A.C. Nkabinde: Ernst Kotze en Patrick Wela (Opstellers), Afrikaans/Zoeloe-Woordeboek met Engelse vertalings
- A.C. Nkabinde: Sibusiso Nyembezi, Isichazimazwi Sanamuhla Nangomuso. (Dictionary for today and the future). Zulu dictionary
- Lourens M. du Plessis: J. Smuts en I.J. Smuts, Woordeboek van Regs- en Handelsterme
- S.A. Swanepoel: J.W. Snyman (Ed./Red.), J.S. Shole and/en J.C. le Roux, Setswana English Afrikaans Dictionary Woordeboek
Publikasie-aankondigings / Publication Announcements:
24 publikasies / 24 publications
Die vierde uitgawe van Lexikos bevat die volgende bydraes:
- P. Harteveld (Redakteur van Lexikos): Voorwoord Foreword
Navorsingsartikels / Research articles: - Adelia Carstens: Ideologiese polisemie in verklarende Afrikaanse woordeboeke
- David L. Gold: Some Problems in Recording and Analyzing South African English Vocabulary Using Non-South African Texts (The Experiences of an Outsider)
- R.H. Gouws: Ostensiewe adressering in vertalende woordeboeke
- Igor A. Mel’chuk and Leo Wanner: Lexical Co-occurrence and Lexical Inheritance. Emotion Lexemes in German: A Lexicographic Case Study
- Michael Schlaefer: Der Thesaurusgedanke im Grimmschen Worterbuch
- Christelle Trautmann: Multivergensie: ’n Netwerk van ekwivalensieverhoudinge
Beskouende artikels / Contemplative Articles: - Herbert Chimhundu: Orthographic and Morphological Problems in Headword Identification: Selection and Presentation in ALLEX
- F.J. Lombard: Lexicographer, Linguist, Dictionary User: An Uneasy Triangle?
- W. Martin: Lexicologie als universitaire vakopleiding
- James S. Mdee: Swahili Learners’ Views on the Need for a Monolingual Swahili Pedagogical Dictionary
Resensie-artikels / Review Articles: - Adelia Carstens: Verklarende Afrikaanse woordeboeke as spieel van normverplasing
- Anna Nel Otto: Tweetalige Aanleerderswoordeboek. Bilingual Learner’s Dictionary.
Resensies / Reviews - F.R. Gilfillan: T.T. Cloete (Redakteur), Leon Strydom, Heilna du Plooy en Anna-Marie Bisschoff (Medewerkers), Literere terme en teoriee
- Gerard Schuring: A.D. de V. Cluver, A Dictionary of Language Planning Terms
- Fritz Ponelis: A.S. Coetser: Die Oxford Kortspelgids
- Nina Overton-De Klerk: Gertruida M. du Plooy, 500 Communication Concepts. English/Afrikaans
- I.L. Vos: P. Harteveld (Red.), L.G. de Stadler en D.C. Hauptfleisch (Medewerkers), Woordkeusegids, ’n Kerntesourus van Afrikaans
- Elaine Ridge: Rod Nesbitt, First illustrated dictionary for Namibian schools
- P.A. Mbenzi: J.J. Viljoen, P. Amakali and M. Namuandi, Oshindonga / English. English / Oshindonga. Embwiitya. Dictionary
- Jekura U. Kavari: J.J. Viljoen and T.K. Kamupingene, Otjiherero woordeboek dictionary embo romambo
Publikasie-aankondigings / Publication Announcements
10 publikasies / 10 publications
---------------------------------------------------------------- bestelVORM Pos aan: BURO VAN DIE WAT, Posbus 245, 7599 STELLENBOSCH, Republiek van Suid-Afrika. Tel. (021) 8873113. E-pos: WAT@MATIES.SUN.AC.ZA Stuur my asseblief ......... eksemplare van Lexikos 1 (AFRILEX-reeks 1:1991) @ ZAR 140,00 (landD of seepos) en ZAR 165,00 (lugpos). Stuur my asseblief ......... eksemplare van Lexikos 2 (AFRILEX-reeks 2:1992) @ ZAR 140,00 (landD of seepos) en ZAR 165,00 (lugpos). Stuur my asseblief ......... eksemplare van Lexikos 3 (AFRILEX-reeks 3:1993) @ ZAR 140,00 (landD of seepos) en ZAR 165,00 (lugpos). Stuur my asseblief ......... eksemplare van Lexikos 4 (AFRILEX-reeks 4:1994) @ ZAR 150,00 (landD of seepos) en ZAR 175,00 (lugpos). Alle pryse sluit posgeld en verpakking in. Oordrukke, waarvan die pryse wissel, is beskikbaar. Navrae word verwelkom. Tjeks in ZAR kan by Standard Chartered Bank verkry word. Tjeks moet uitgemaak word aan BURO VAN DIE WAT. Meld asseblief u naam en adres by elke betaling. Ek sluit die bedrag van R ............. in (geen KBA-bestellings nie). NAAM (EN TITEL) ADRES POSKODE Beroep -----------------------------------------------------------------
-Einde-------------------- Neder-L, no. 9505.b --------------------------
Laat een reactie achter