Subject: | Neder-L, no. 9806.c: tijdschriftenoverzicht |
From: | BJP Salemans |
Reply-To: | Elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek |
Date: | Tue, 30 Jun 1998 23:49:43 +0200 |
Content-Type: | TEXT/PLAIN |
********************* *-Zevende-jaargang--------- Neder-L, no. 9806.c -----------ISSN-0929-6514-* | | | ************************************************************ | | * Neder-L, elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek * | | ************************************************************ | | | | Maandelijks tijdschriftenoverzicht: | | =================================== | | (1) Tyd: 9806.32: De Boekenwereld, jrg. 14, no. 5, juni 1998 | | (2) Tyd: 9806.33: Moer, jrg. 30, no. 3, juni 1998 | | (3) Tyd: 9806.34: Naamkunde, jrg. 29, no. 3-4, mei 1998 | | (4) Tyd: 9806.35: De Negentiende Eeuw, jrg. 22, no. 1, maart 1998 | | (5) Tyd: 9806.36: Ons Erfdeel, jrg. 40, no. 4, september-oktober 1997 | | (6) Tyd: 9806.37: Ons Erfdeel, jrg. 40, no. 5, november-december 1997 | | (7) Tyd: 9806.38: Queeste, jrg. 5, no. 1, 1998 | | (8) Tyd: 9806.39: Tabu, jrg. 27, no. 4, 1997 | | (9) Tyd: 9806.40: Vonk, jrg. 27, no. 4, maart-april 1997 | |(10) Tyd: 9806.41: Lijst redacteurs tijdschriftenoverzicht Neder-L | |(11) Informatie over Neder-L | | | *-------------------------- --------------------------* *********************
(1)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.32-=-=
DE BOEKENWERELD, jaargang 14, nummer 5, juni 1998.
ISSN 0168-8391.
Door: Marja Smolenaars.
Boskoop, 29 juni 1998.
- Frans A. Janssen en Ruud M. Bouthoorn.
Vesalius exemplarisch: een auteur schrijft aan zijn uitgever. Blz. 218-230.
(Een vertaling van de brief van Vesalius aan Johannes Oporinus, de uitgever van De Humani Corporis Fabrica (Bazel, 1543), waaruit blijkt dat Vesalius een duidelijke mening had over de typografie van zijn meesterwerk en zelf voor de houtsneden die het boek zijn bijzondere waarde geven had gezorgd.) - Nop Maas.
Een bijster artistiek bureau. Blz. 232-241.
(Reconstuctie van het fonds van het Artistiek Bureau van J. Berg’e door middel van getraceerde advertenties. Het Bureau gaf pornografische lectuur uit in de jaren 80 van de vorige eeuw.) - Uit de tijdschriften. Blz. 242-245.
. <Door: Hans Hafkamp:> Publicaties naar aanleiding van het William Morris-jaar. - Boekbesprekingen. Blz. 246-250.
. <Door: M. Keblusek:> H. Bots, O.S. Lankhorst en C. Zevenbergen (red.). Rotterdam Bibliopolis. Een rondgang langs boekverkopers uit de zeventiende en achttiende eeuw. Rotterdam, Gemeentelijke Archiefdienst, 1997. 566 p., ISBN 9072892240. fl. 99,50.
. <Door: Jos van Waterschoot:> Jan Schilt. Hier wordt echter het belang van het boek geschaad … Het Nederlandse boekenvak 1933-1948. Amsterdam, 1995. 295 p., ISBN 9053301364. fl. 49,50. - Verschenen boeken, op blz. 251-252.
- Catalogi, op blz. 253.
- Verschenen catalogi, op blz. 254-256.
- Veilingen, op blz. 258-260.
- Berichten, op blz. 260-264.
(Sierpapier in Modena en Milaan; De KB verwerft boek uit het bezit van Willem van Oranje; Bibliotheek van Bert van Selm onder de hamer; British Library opengesteld voor publiek; Studiedag ‘Het Reveil in druk’; Engelse achttiende-eeuwse prentkunst in de Whitworth Art Gallery te Manchester; De Catalogus ‘Librorum Werbrouck’ heruitgegeven; Hans Furstner overleden.) - Agenda (Veilingen, Beurzen en Tentoonstellingen), op blz. 265-267.
- Over de auteurs, op blz. 268.
- Vraag & Aanbod, op blz. 268.
(2)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.33-=-=
MOER, TIJDSCHRIFT VOOR HET ONDERWIJS IN HET NEDERLANDS, jaargang 30, nummer 3, juni 1998.
ISSN 0166-3755.
Door: Herman Giesbers, Bedrijfscommunicatie Letteren, KUN.
Nijmegen, 19 juni 1998.
- Redactioneel:
Geert van de Ven:
Redactioneel: Alle hens aan dek! Vernieuwing in het NT2-onderwijs. Blz. 97-99.
(Over de ontwikkeling van het denken in leerlijnen naar het denken in termen van leren op maat in het NT2-onderwijs.) - Peter Prins.
Taalbeleid … dat zie je!! Werken aan taalonderwijs op meertalige basisscholen. Blz. 100-107.
(Bij het ontwikkelen van taalbeleid is het belangrijk dat je als school je eigen weg vindt. Tegelijkertijd is het goed inspelen op taalachterstanden een complex proces, waarbij het soms moeilijk is door de bomen het bos te blijven zien. Peter Prins beschrijft de vijf fasen waarin taalbeleid kan worden opgezet.) - Peter van Os.
Begrijpend lezen in circuit op de basisschool. Blz. 108-115.
(In circuitonderwijs kunnen leerlingen opdrachten kiezen die aansluiten bij hun tempo, niveau, interesse en/of leerstijl. Peter van Os laat zien hoe het circuitonderwijs op een Rotterdamse basisschool vorm krijgt.) - Nicoline Smal & Jeanne Kurvers.
De eerste schooldagen. Vier analfabete leerlingen in het voortgezet onderwijs. Blz. 116-123.
(Emin, Sadia, Yamina en Jamil zijn tieners die in de loop van het vorige schooljaar naar Nederland kwamen. Alle vier hadden ze geen tot weinig ervaring met onderwijs. In het kader van een afstudeerproject werden deze leerlingen gevolgd tijdens hun eerste periode in het Nederlandse onderwijs. Een verslag van de bevindingen.) - Forum:
Hans Goosen.
Mosterd na de maaltijd? Een kort antwoord op de reactie van Dick Prak. Blz. 130.
(Discussie over het leesdossier.) - De Literatuurmuur:
Maeike Bosma & Carien Bakker.
Bernlef, Hersenschimmen. Blz. 124-129.
(Bosma en Bakker laten leerlingen kennismaken met het boek Hersenschimmen van J. Bernlef.) - Idee:
. De Bezige Bij. Geen ogenblik bang geweest. Negentien avonturen. Amsterdam, De Bezige Bij, 1997.
. H. Schuurmans. Plotter wil niet zwemmen. Hasselt, Clavis, 1997. - Leesvoer:
. M. Werts. Suggesties voor intercultureel onderwijs. Primair onderwijs. Enschede, SLO, 1997.
. S. Verhallen & H. Snoeken. Vakonderwijs aan anderstaligen. Amsterdam, ITTA, 1995.
. J. Bakermans. Zelfstandig leren. Amersfoort, CPS, 1997.
. P. Bos, Development of bilingualism. A study of school-age Moroccan children in the Netherlands. Tilburg, Tilburg University Press, 1997.
. G. Boterblom, Dossier: Boudewijn Buech. Arnhem, Uitg. Ellesy, 1997.
. C. Gerritsma & R. van der Veen (red.), Prisma Uittrekselboek 5. Nederlandse literatuur 1994-1996. Utrecht, Het Spectrum, 1997.
. Levende Talen Special, Talen in de nieuwe tweede fase.
. W. de Moor, Onder zeil naar Ithaka. Den Haag, NBLC, 1997.
. M. Lunter, Lezen over Thea Beckman. Den Haag, NBLC, 1997.
. E. Roskam, Lezen over Kees van Kooten, Den Haag, NBLC, 1997. - VON-info. Blz. 142-144.
(Over de ‘ouderwetse schooljuf’ en ander ongemak.)
(3)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.34-=-=
NAAMKUNDE, Mededelingen van het Instituut voor Naamkunde en Dialectologie te Leuven en het Meertensinstituut te Amsterdam, jaargang 29, nummer 3-4, mei 1998.
ISSN 0167-5357.
Door: Tanneke Schoonheim, Instituut voor Nederlandse Lexicologie.
Leiden, 5 juni 1998.
- W. Pijnenburg.
In memoriam Maurits Gysseling. Blz. 115-117. - D. Gerritzen.
Motieven bij de keuze van voornamen. Blz. 119-143. - P. Slechten.
Symposium in Bilzen: inleiding. Blz. 145-148. - V. Mennen.
Een historische verkenning van de laatste 100 jaar toponymie in Vlaanderen. Blz. 149-171. - J. Segers.
Cuvelier en Huysmans 100 jaar later: moet de toponymische studie van Bilzen nog geschreven worden? Blz. 173-193. - A. Marynissen.
Plaats- en persoonsnaamgeving in Bilzen. Blz. 195-216. - M. Ceunen.
Cuvelier en Huysmans: twee Bilzense pioniers. Blz. 217-239. - Boekbesprekingen:
. <Door: T. Looijenga, op blz. 241-245:> E.A. Makaev. The Language of the Oldest Runic Inscriptions. A Linguistic and Historical-Philological Analysis.
. <Door: F. Debrabandere, op blz. 246-248:> L. Herz. Dictionnaire ‘etymologique de noms de famille francais d’origine ‘etrang’ere et r’egionale avec l”etymologie de quelques noms ‘etrangers c’el’ebres. - Kroniek:
. <Door: R. Rentenaar, op blz. 249-253:> Nederland.
. <Door: K.F. Gildemacher, op blz. 254-257:> Friesland.
. <Door: A. Marynissen, op blz. 258-262:> Vlaanderen.
(4)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.35-=-=
DE NEGENTIENDE EEUW, jaargang 22, nummer 1, maart 1998.
ISSN 1381-8546.
Door: Jan Stroop, vakgroep Nederlandse Taalkunde, UvA.
Zaandam, 11 juni 1998.
- Henk te Velde.
De vanzelfsprekendheden van de negentiende eeuw. Blz. 1-3.
(Inleiding bij deze aflevering, die de artikelen bevat die voortvloeien uit het symposion van de Werkgroep 19e eeuw ‘De vanzelfsprekende stijl’ van 15 november 1997 in Amsterdam.) - P.B.M. Blaas.
De onzekere burgerij. Blz. 4-24.
(Over enkele begrippen die in de negentiende eeuw zelf zijn aangewend om eigentijdse ervaringen onder woorden te brengen: een overgangsperiode; een burgerlijke eeuw; een nerveuze eeuw; modernisering; van burgerlijke naar moderne cultuur.) - Boudien de Vries.
Een weldadig verschil? Standsbesef en het onbehagen van de burgerij. Blz. 25-35. - Marita Mathijsen.
Literatuur als leefwijze; Vanzelfsprekendheden in de literatuur. Blz. 36-48.
(Lezers; uitgevers; de professionalisering van de beschouwers van de letterkunde; de schrijvers; de literatuur.) - E. Becker.
Eclecticisme; ‘Kleptomanie’ als positieve stijl. Blz. 49-71.
(Historisme & stijlpluralisme; de gulden middenweg; grensvervaging tussen high en low art; kunstenaarsateliers als eclectische showcase of spiegel der ziel. Met 17 afbeeldingen.) - Remieg Aerts.
Bevoegde autoriteiten; burgerlijke intellectuelen in de negentiende eeuw; een groepsportret. Blz. 72-95.
(Met o.a. een portret van de Spektatorkring in 1864.) - Jo Tollebeek.
De ontdekking van de vanzelfsprekende stijl; een nabeschouwing. Blz. 96-110. - Aankondigingen en mededelingen (op blz. 111-112):
. Alexander Ver Huell (uitgave van de briefwisseling)
. Dagboek Jacob Mees (uitgave dagboek)
. De titel van kunstwerken (uitgave oratie Leo H.Hoek)
. Cyriel Buysse (afl. XIII van de mededelingen Genootschap)
. Stichting De Haagsche School-Prijs (scriptie-prijsvraag)
(5)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.36-=-=
ONS ERFDEEL, jaargang 40, nummer 4, september-oktober 1997.
ISSN 0030-2651.
Door: Jaap van Veen.
Uithoorn, 9 oktober 1997.
- Ad Zuiderend.
Herman de Coninck, balancerend tussen Toon Hermans en Hans Faverey. Blz. 482-493.
(Wie beter op de hoogte is van de Nederlandse poezie dan van het Vlaamse culturele leven in de ruimere zin, kan zich moeilijk voorstellen hoeveel ingrijpender de dood van Herman de Coninck in Vlaanderen is geweest dan in Nederland.) - Daan Cartens.
Reiziger door de tijd. Over het werk van Marcel M”oring. Blz. 494-501.
(Marcel M”oring werd direct al met zijn debut Mendels erfenis door critici als Carel Peeters en Michael Zeeman gewaardeerd als een belangrijk auteur, die veelomvattende problemen aan de orde durfde te stellen.) - Bianca Stigter.
Niets hoeft te worden weggegooid. Het werk van Guido Geelen. Blz. 502-508.
(Sommige dingen zijn er alleen om kapot te gaan. Ze worden ontworpen, gemaakt, verscheept en verkocht om uiteindelijk hun bestaansrecht te vinden in een korte handeling: rang tegen de muur, kleng op de grond, scherven, snel in de vuilnisbak.) - Stefan Hertmans.
Een kerkhof voor naamlozen. Blz. 509-522.
(Een serie korte anecdotes). - Marc Hooghe.
Televisie op het beklaagdenbankje. Televisie en de ondergang van de democratische politieke cultuur. Blz. 523-531. - Geert van Istendael.
Eilandjes in wanorde, lieflijke, eigen wanorde. Over Dirkje Kuik. Blz. 532-541.
(Over de boeken en tekeningen van Dirkje Kuik.) - Thomas van den Bergh.
De grote vlucht in taal. Cabaret in Nederland in de jaren negentig. Blz. 543-551.
(Er wordt gezegd dat het goed gaat met het cabaret in Nederland. Zeker is dat er heel veel cabaret gemaakt wordt; maar of het altijd goed is?) - Pieter Leroy.
Over de besluitvorming bij grote infrastructuurwerken. Blz. 553-561.
(Niet alleen in de Lage Landen, maar door heel Europa lijkt een nieuwe fase in de modernisering van de infrastructuur aangebroken.) - Johan de Merrienboer.
Psychologie van een tijdvak. De Wederopbouw naar de Koude oorlog onder Vader Drees. Blz. 562-573. - Marita Mathijsen.
De kameleontische neerlandicus. Blz. 575-581..
(In Nederland zijn er in de negentiende eeuw ten minste twee historische blunders gemaakt met gevolgen die zo ver strekken, dat ze letterlijk tot op de dag van vandaag nog voelbaar zijn.) - Culturele Kroniek.
Literatuur:
. <Door: Frank Hellemans:> Over ‘Figuranten’ van Anton Grunberg.
. <Door: Joris Gerrits:> Over ‘Ongehoord. Een keuze uit gedichten 1957-1997’ van Hedwig Speliers.
. <Door: Pierre H. Dubois:> Over ‘Ik heb nu weer tijd’ van Adriaan Morrien.
. <Door: August Hans den Boef:> Over ‘Poeder en Wind’ van K. Schippers.
. <Door: Stefaan Evenepoel:> Over ‘Het lied van de Krekel’ van J. Eijkelboom.
. <Door: Luc Devoldere:> Over ‘Verrassingen’ van Patricia de Martelaere.
Beeldende Kunst:
. <Door: Dirk van Assche:> Over het Paleis voor Schone Kunsten te Rijsel.
. <Door: Paul Depondt:> Over de Documenta te Kassel tot 28 september 1997.
. <Door: J. van Waterschoot:> Over Eigentijdse Exlibriskunst.
Theater:
. <Door: Jos Nijhof:> Over Theaterfestival als bode van de tijdgeest.
Muziek:
. <Door: Jan Rubenstein:> Donemus, vijftig jaar promotie van de Nederlandse muziek.
. <Door: Hugo Heughebaert:> Over de muziek van Piet Swerts.
Film:
. <Door: Gerdin Linthorst:> Over Nederlandse literatuur verfilmingen.
. <Door: Wim de Poorter:> Over Gaston’s War.
Taal- en cultuurpolitiek:
. <Door: Filip Matthijs:> Dutch Art: An Encyclopedia van Sheila D. Muller.
. <Door: Paul Gillaerts:> Over de nieuwe bijbelvertaling in voorbereiding.
. <Door: Luc Devoldere:> Over 70 jaar Nederlands aan de Katholieke Universiteit van Rijsel.
Publicaties:
. <Door: Gie van den Berghe:> Om erger te voorkomen. De voorbereiding en de uitvoering van de vernietiging van het Nederlandse jodendom tijdens de Tweede Wereldoorlog.
. <Door: Reinier Salverda:> Over ‘De Stille kracht van de taal. Over de wederzijdse beinvloeding van het Nederlands en het Indonesisch’ van Derk Jan Eppink..
. <Door: Luc Devoldere:> ‘Herinnering is een vorm van hoop. Vlaanderen in de postmoderniteit’ van Ludo Abicht. . <Door: Pieter Leroy:> ‘Wat kan ik voor u doen? Ruimtelijke wanorde in Belgie: een hypotheek op onze toekomst’ van Peter Renard.
. <Door: Jan W. de Vries:> Over ‘Vadertaal en moederland, Over het Nederlands in de Lage Landen en Europa’ van Martien J.G. de Jong.
. <Door: Jan Tollebeek:> Over ‘De Gouden Delta der Lage Landen. Twintig eeuwen beschaving tussen de Seine en de Rijn’.
. <Door: Luc Francois:> Over de Franse Nederlanden.
. <Door: Frans Oudejans:> De actuele geschiedenis van twee grote kranten.
. <Door: Geert Vanpaemel:> Dijksterhuis. Een biografie van K. van Berkel.
. <Door: Lauran Toorians:> Leenwoordenboek, De invloed van andere talen op het Nederlands van Nicoline van der Sijs.
. <Door: Wim Rutgers:> Haakmat en Para over Suriname.
Bibliografie: Het Nederlandstalige boek in vertaling.
(6)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.37-=-=
ONS ERFDEEL, jaargang 40, nummer 5, november-december 1997.
ISSN 030-2651.
Door: Jaap van Veen.
Uithoorn, 31 mei 1998.
- Jeroen Overstijns.
Felix Timmermans mee naar het volgende millennium? Blz. 643-653.
(Behoort het werk van Felix Timmermans tot de culturele hoogtepunten die Vlaanderen deze eeuw voortbracht?) - Paul Janssen.
De regionale orkesten in Nederland. Zin en onzin van reorganisaties. Blz. 655-667.
(“Het gevaar dreigt dat het orkest in een spiraal belandt van – bijvoorbeeld – de productie van steeds meer cd’s ten behoeve van steeds meer op het buitenland gericht prestige met een daarop afgestemd repertoire.”) - Anneke Reitsma.
‘Het oor te luisteren leggen’. Poezie en essays van Huub Beurskens. Blz. 669-678.
(Toen de Tachtigers ruim honderd jaar geleden het l’art-pour-l’art-principe formuleerden als basis van hun poetica was dat een verfrissende stellingname, die het begrip ‘Schoonheid’ definitief wenste te ontdoen van welke ethische bijklank dan ook.) - Lieven van den Abeele.
‘Even naar het museum. Zo terug’. Over de bijna kunst van Wim Delvoye (1). Blz. 679-685.
(Het veelzijdige werk van Wim Delvoye lijkt op het eerste gezicht vol tegenstrijdigheden.) - Wim Rutgers.
De demonen van het verleden. Het werk van Hugo Pos. Blz. 687-693. - Juleke van Lindert.
‘De natuur zelf op het doek’. Schilders van de Haagse School. Blz. 694-702.
(‘De landsschapskunst staat aan de vooravond van een verandering’ schreef de Fransman Ren’e Menard in 1873 in de Gazette des Beaux-Arts.) - S. Theissen.
Het onderwijs van het Nederlands in Franstalig Belgie. Blz. 703-711.
(Het is algemeen bekend dat het onderwijs in het Nederlands in Franstalige Belgie op een lange traditie kan bogen.) - Ger Groot.
Wat belangrijk is komt niet van ons. De cultuurkritiek van Herman de Dijn. Blz. 712-719.
(Wie aan het einde van de jaren negentig pleit voor een minder grote nadruk op technische en natuurwetenschappelijke vakken in het onderwijs mag rekenen op gefronste wenkbrauwen.) - Michail Fainstein.
Peter de Grote in Zaandam. Blz. 720-733.
(1997 was het jaar van Peter de Grote: in Nederland en Rusland werd op grote schaal het feit herdacht dat de Russische tsaar Peter de Eerste 300 jaar geleden Nederland bezocht.) - Bart Vervaeck.
Belachelijk, niet te snappen, en toch ernstig. Het werk van Peter Verhelst. Blz. 734-747.
(Dit jaar viert Peter Verhelst zijn tienjarig bestaan als schrijver. Het zal hem verdrieten, want hij vindt dat het geschrevene zichzelf moet uitgummen.) - Culturele Kroniek
Literatuur:
. <Door: G.F.H. Raat:> Bespreking ‘Vuile handen. Het Bureau 2’ en ‘Plankton. Het Bureau 3’ van J.J. Voskuil.
. <Door: Hugo Brems:> Bespreking ‘Overval’ van Gwij Mandelinck
. <Door: Karel Osstyn:> Bespreking ‘Het lelietheater’ van Lulu Wang.
. <Door: Ad Zuiderent:> Bespreking ‘Anthropos’ van Lloyd Haft.
. <Door: Luc Devoldere:> Bespreking ‘Dag lieve vis’ van Cyrille Offermans.
. <Door: Louis van Dievel:> De strips van Marc Sleen.
. <Door: Joris Gerrits:> Bespreking ‘ Entre deux mers’ van Lut de Block.
Beeldende kunst:
. <Door: Jan van Hove:> Over de tentoonstelling ‘Paris-Bruxelles/Brussel-Parijs’ te Gent.
. <Door: Jos’e Boyens:> Over ‘Een signaal in de Nederlandse beeldhouwkunst: Pearl Perlmutter’.
Theater:
. <Door: Fred Six:> Over ‘De soap van bloed en wraak’ en experiment van Tom Lanoye om 40 bedrijven, 300 personen en 200 scenes in drie avonden van elk twee stukken te persen.
Muziek:
. <Door: Johan de Roey:> Over Wannes van de Velde.
. <Door: Jan Rubinstein:> Over ‘Het Nederlands repertoire verkeerd geholpen’.
Taal- en cultuurpolitiek:
. <Door: Reinier Salverda:> Over ‘Dertiende Colloquium Neerlandicum: Tweehonderd jaar Neerlandistiek’.
. <Door: Filip Matthijs:> Over ‘Het buitenland en wij’. Presentaties van Nederlandse Taal en Cultuur in het buitenland.
. <Door: Luc Devoldere:> Over ’50 jaar “Kommitee voor Frans-Vlaanderen”‘.
Publicaties:
. <Door: Kaat Wils:> Over ‘Huizinga en de troost der geschiedenis’.
. <Door: Bruno Wever:> Over ‘Memoires’ van Wies Moens.
. <Door: Luc Decorte:> Over ‘Herge. Biografie’ van Pierre Assouline.
. <Door: Ludo Vandamme:> Over ‘Antwerpen in de tijd van de reformatie’ van Guido Marnef.
Bibliografie, het Nederlandstalige boek in vertaling. Opsomming van boeken die in andere talen zijn overgezet.
(7)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.38-=-=
QUEESTE, Tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden,
jaargang 5, nummer 1, 1998.
ISSN 0929-8592.
Door: Theo Meder.
Amsterdam, 9 juni 1998.
- Clara Strijbosch.
Niets dan de waarheid? De reisverhalen van Brandaan en Marco Polo. Blz. 1-14. - F.J. Lodder.
Spreken of zwijgen? Over schuld en dilemma’s in “De Borchgravinne van Vergi”. Blz. 15-31. - Erwin Huizenga.
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Flebotomie en hematoscopie in enkele Middelnederlandse traktaten. Blz. 32-57. - Naar aanleiding van…
. <Door: B.A.M. Ramakers, op blz. 58-63:> Mireille Vinck-Van Caekenberghe: Een onderzoek naar het leven, het werk en de literaire opvattingen van Cornelis van Ghistele.
. <Door: W. Waterschoot, op blz. 64-68:> B.A.M. Ramakers: Spelen en figuren. Toneelkunst en processiecultuur in Oudenaarde tussen Middeleeuwen en Moderne Tijd.
. <Door: Herman Brinkman, op blz. 69-72:> J. Reynaert: Catalogus van de Middelnederlandse handschriften in de bibliotheek van de Universiteit te Gent.
. <Door: Marie-Jos’e Heijkant, op blz. 72-78:> Bart Besamusca & Frank Brandsma (red.): De kunst van het zoeken. Studies over ‘avontuur’ en ‘queeste’ in de middeleeuwse literatuur.
. <Door: Theo Meder, op blz. 78-82:> Dini Hogenelst: Sproken en sprekers. Inleiding op en repertorium van de Middelnederlandse sproke.
. <Door: Gundolf Keil, op blz. 82-83:> Een nuttelike practijke van cirurgien. Geneeskunde en astrologie in het Middelnederlandse handschrift Wenen, ONB, 2818.
. <Door: A. Janse, op blz. 84-87:> Wim van Anrooij (red.): De Haarlemse gravenportretten. Hollandse geschiedenis in woord en beeld.
. <Door: A.G. van Melle, op blz. 88-90:> De Burggravin van Vergi. Een middeleeuwse novelle. Vertaald door Willem Wilmink e.a.
. <Door: Carla Dauven-Van Knippenberg, op blz. 91-95:> Urban Kusters e.a.: Kulturnachbarschaft. Deutsch-Niederl”andisches Werkstattgesprach zur Medi”avistik.
(8)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.39-=-=
TABU, Bulletin voor Taalwetenschap, jaargang 27, nummer 4, 1997.
ISSN 0165-9200.
Door: Ton van der Wouden, NWO/vakgroepen Nederlands RUG en ATW RUL, vdwouden@let.rug.nl (New URL: http://www.let.rug.nl/~vdwouden).
Oegstgeest, 23 juni 1998.
- Sjef Barbiers.
Over modaliteit, polariteit en transities. Blz. 129-140.
(Een repliek op Jack Hoeksema’s kritiek in het vorige nummer op Barbiers’ uniforme analyse van modale werkwoorden, toegespitst op negatief-polair “moeten” (ik moet die analyse niet). “De kritiek van Hoeksema op een uniforme benadering van modale werkwoorden en ‘moeten’ in het bijzonder is hiermee afdoende weerlegd.”) - Jack Hoeksema.
Antwoord aan Barbiers. Blz. 141-142.
(Dupliek van Hoeksema, die niet overtuigd is. “Dit alles neemt niet weg dat ik waardering heb voor andere aspecten van Barbiers’ behandeling van modale werkwoorden, met name zijn karakterisering van niet-verbale complementen.”) - Victor Sanchez Valencia.
Semantische aspecten van ZODRA. Blz. 143-160.
(Hoe verklaren we het feit dat “zodra” soms wel en soms niet het voorkomen van negatief-polaire uitdrukkingen als “ook maar” mogelijk maakt? Met hulp van Alice Freed: “Alleen episodische zodra-zinnen dulden geen ‘ook maar’ in de bijzin.”) - Jack Hoeksema.
Ieder moment: scalaire universele kwantificatie. Blz. 161-170.
(Over zinnen als “de trein kan ieder moment arriveren”. “Universele temporele kwantoren in nonveridicale prospectieve omgevingen kunnen een bijzondere lezing krijgen waarin ze naar de onmiddellijke toekomst verwijzen. Deze, hier ‘imminent’ gedoopte lezingen zijn met name dan natuurlijk, wanneer het temporele naamwoord in de kwantor een zogeheten ‘minimizer’ (aanduider van minimale hoeveelheid of mate) is.”) - Eric Hoekstra.
Iets over de werkwoordsvolgorde in “dat ie komen kijken is”. Blz. 171-177.
(De variant in de titel wordt met name in Zeeland, Vlaanderen en Belgisch Brabant aangetroffen; in de standaardtaal kan alleen “ik denk niet dat ie is komen kijken”. In het noorden komen ook nog constructies met “te” voor (“ik denk niet dat ie gekomen is te kijken” enz.).)
(9)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.40-=-=
VONK, Tijdschrift van de Vereniging voor het Onderwijs in het Nederlands vzw, jaargang 27, nummer 4, maart-april 1997.
ISSN 0770-2086.
Door: Rita Rymenans, vakgroep didactiek Nederlands, Universiteit Antwerpen (UIA).
Antwerpen, 2 juni 1998.
Themanummer ‘Literatuuronderwijs: grenscorrecties – verslag van een conferentie georganiseerd aan de Universiteit Gent op 22/11/97’.
- Ronald Soetaert & Rob van Kranenburg.
‘Culturele studies’ in het taalonderwijs. Cultuur en taal in een netwerk. Blz. 4-14.
(Ronald Soetaert en Rob van Kranenburg openen dit themanummer met een ‘state of the art’, gecombineerd met de vraag naar de ‘arts of the future’. Hun verhaal begint in de vroege jaren ’70 met de introductie van de communicatieve benadering binnen het taalonderwijs. Als reactie tegen het traditioneel literatuuronderwijs stond niet langer Literatuur met een grote L centraal, maar wel de leerling/lezer. Steeds meer vaste grenzen gingen vervagen: tussen Westerse en niet-Westerse, elitaire en populaire, tekstuele en audiovisuele literatuur, ruimer nog cultuur. De auteurs stellen een herziening van het literaire curriculum voor vanuit het perspectief van de discipline ‘culturele studies’ en vanuit recente inzichten uit het taalonderwijs.) - Johan van Iseghem.
Literaire competentie. De mazen van het net. Blz. 16-24.
(Op basis van zes jaren begeleidingspraktijk en klasobservatie in het secundair onderwijs stelt Johan van Iseghem een aantal aandachtspunten centraal naar de betekenis van het begrip ‘literaire competentie’. Uitgaande van een definitie van een ‘literair competente lezer’ illustreert hij in deze bijdrage dat de didactische literatuur en de klaspraktijk helemaal niet zo helder zijn als de consensus over de doelstellingen wil laten veronderstellen. Hij breekt een lans voor zoveel mogelijk verschillende benaderingen van teksten vanuit een brede context en met een functionalistische invalshoek. In dat perspectief pleit hij voor de interactie tussen goed literatuuronderwijs en zinvol taalvaardigheids- en taalbeschouwingsonderwijs.) - Wam de Moor.
De toekomst van het literatuur- (en kunst)onderwijs in Nederland. Blz. 26-37.
(In Nederland lijkt het beleid de band tussen literatuuronderwijs en onderwijs Nederlands te hebben losgelaten. Bij de curriculumherziening voor de bovenbouw van het algemeen vormend secundair onderwijs wordt voor alle leerlingen het vak ‘Culturele en Kunstzinnige Vorming 1’ ingevoerd. Verder kan het literatuuronderwijs bij Nederlands en de moderne vreemde talen samengevoegd worden tot ‘Geintegreerd Literatuuronderwijs’. Tegen de achtergrond van die vernieuwingen tracht Wam de Moor een antwoord te formuleren op volgende vragen: welke vormen en inhouden zijn typisch voor literatuur? hoe kun je leerlingen enthousiasmeren? wat zijn kunstervaringsmethoden? hoe beoordeel je leerlingen op hun omgang met literatuur? en waar is er sprake van overlap met andere kunstvormen?) - Mark Van Bavel.
Pleidooi voor een leerlinggericht curriculum voor literair lezen. Blz. 39-45.
(Hoe de vele grenscorrecties structureel ingebed worden in de Vlaamse leerplannen toont Mark Van Bavel in zijn pleidooi voor een leerlinggerichte benadering van literair lezen in het secundair onderwijs. Aan de hand van drie thematische gedichten over lezen loopt hij het curriculum langs. De leraren van de eerste graad vervullen hierin een sleutelrol: het is uitermate belangrijk dat zij de tekst- en leeservaring van de leerlingen ernstig nemen. In de volgende graden wordt deze ervaringsgerichte lijn doorgetrokken en aangevuld met tekstbestudering. Als ultieme streefdoel wordt literaire competentie vooropgesteld.) - Cor Geljon.
Houd altijd Ithaka in gedachten. Over de grenzen van de Odyssee. Blz. 47-57.
(Aan het verhaal van de cycloop aan wiens geweld Odysseus en zijn makkers door list weten te ontsnappen, hebben vele kunstenaars zich geinspireerd. Cor Geljon toont hoe interdisciplinariteit mogelijkheden biedt om een ‘oude’ tekst als de Odyssee nieuw leven in te blazen via samenwerking met diverse collega’s van andere vakken. Samen met classica Caroline Fisser ontwikkelde hij enkele lessen waarin onder andere de vertelstijl van Homerus zelf wordt vergeleken met die van ‘navertellers’ als Evert Hartman, en waarin thema’s als liefde, trouw en heldendom worden behandeld. Maar het project heeft nog veel meer uitgewerkt, zoals een verkenning van de relatie boek en film, boek en beeldende kunsten, boek en muziek…) - Andr’e Mottart & Ive Verdoodt.
De Engelse landschapsdroom. Over vakoverschrijdend literatuuronderwijs en milieu-educatie. Blz. 59-64.
(And’e Mottart en Ive Verdoodt verkennen de grenzen tussen literatuur, kunst en milieugeletterdheid. Hierbij staan reflectie op de verschijning van het Engelse landschap in diverse cultuuruitingen en het kijken naar landschapsschilderijen centraal. Dit leidt tot een visie op het tijdloze, arcadische en geidealiseerde Engelse landschap als een belangrijk deel van de nationale identiteit; de ‘Engelse droom’ als een variant op de veel bekendere ‘American dream’. Tegelijkertijd komen we tot een bewustwording van het feit dat onze visie op de natuur een historische constructie is. Een en ander geeft aanzet tot een reeks bruikbare lesideeen waarin schilderijen, films, foto’s en literatuur aan bod komen.) - Andr’e Mottart.
De onttovering van het verleden. Consciences Leeuw van Vlaanderen, maar zonder klauwen… Blz. 66-79.
(Andr’e Mottart gaat nader in op de vraag hoe via de literatuur een culturele identiteit wordt geconstrueerd en hoe via historische romans een collectief geheugen wordt gecreeerd. Aan de hand van De Leeuw van Vlaanderen van Hendrik Conscience bespreekt hij de rol van het onderwijs van de ‘nationale’ literatuur bij de constructie van een Vlaamse identiteit. In de voorgestelde lessenreeks komt ook de actuele discussie over nationalisme aan bod, zoals die vandaag in de openbaarheid gevoerd wordt. Om de receptie van Consciences werk te illustreren, worden fragmenten uit schoolboeken van 1909 tot vandaag kritisch doorgelicht en als onderdeel van het literatuuronderwijs geintroduceerd.) - Andr’e Mottart & Sandra Fauconnier.
Lezen in een tijd van kijken. Blz. 15, 25, 38, 46, 58.
(De studiedag is afgesloten met het overschrijden van de ultieme grens: die van de realiteit. Andr’e Mottart en Sandra Fauconnier, samenstellers van de portfolio in dit themanummer, bieden u tussendoor een presentatie van ‘(literaire) kunst’ in cyberspace. Een blik op de toekomst?) - Ingeblikt. Blz. 82-85.
Korte inhoud van: Handleiding Leesdossier, ABC van het Leesdossier, Ons Erfdeel 40/4-5, Moer 1998/1, Spiegel 15/2, Noordzee taal en letteren, Caleidoscoop Leesonderzoek 1998, Vlaams Theater Instituut, Woordenschat en taalonderwijs aan allochtone leerlingen, Nachbarsprache niederl”andisch 97/2, Nova et vetera LXXV/4.
(10)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=Neder-L-bericht, no. 9806.41-=-=
*-------------Redacteurs--tijdschriftenoverzicht--Neder-L-----------------* | Amsterdamer Beitraege Tanneke Schoonheim | | <Tanneke@rulxho.LeidenUniv.nl> | | de Achttiende Eeuw: Robert Arpots <R.Arpots@mailbox.kun.nl> | | de Boekenwereld: Marja Smolenaars <msmolenaars@compuserve.com> | | Driemaandelijkse Bladen: Harrie Scholtmeijer | | <Harrie.Scholtmeijer@meertens.knaw.nl> | | Gramma/TTT: Peter-Arno Coppen <P.A.Coppen@let.kun.nl> | | Leuvense Bijdragen: Hans Smessaert | | <Hans.Smessaert@arts.kuleuven.ac.be> | | Literatuur: Jos'e Rekers <jjrekers@hotmail.com> | | Literatuur Zonder Toin Duijx <Duijx@rulfsw.leidenuniv.nl> | | Leeftijd: | | Mededelingen Stichting Marco de Niet <Marco.deNiet@konbib.nl> | | Jacob Campo Weyerman: | | Meesterwerk: Roland de Bonth <deBonth@let.kun.nl> | | Millennium: Paul Wackers <wackers@let.kun.nl> | | Moer: Herman Giesbers <H.Giesbers@let.kun.nl> | | Naamkunde: Tanneke Schoonheim | | <Tanneke@rulxho.LeidenUniv.nl> | | Nederlandse Letterkunde: Karel Bostoen <bostoen@rullet.leidenuniv.nl> | | Nederlandse Taalkunde: Luuk Lagerwerf <l.lagerwerf@wmw.utwente.nl> | | Neerlandica Extra Muros: Olga van Marion <ovmarion@rullet.leidenuniv.nl>| | de Negentiende Eeuw: Jan Stroop <J.Stroop@mail.uva.nl> | | Ons Erfdeel: Jaap van Veen <Jaap_van_Veen@compuserve.com> | | Ons Geestelijk Erf: Thom Mertens <csp.mertens.t@alpha.ufsia.ac.be> | | de Parelduiker: Wieneke 't Hoen <Wieneke.t.Hoen@chi.knaw.nl> | | Queeste: Theo Meder <Theo.Meder@meertens.knaw.nl> | | Spiegel der Letteren: Betty van Wonderen | | <Betty=van=Wonderen@uba.uva.nl> | | Taal en Tongval: Roland de Bonth <deBonth@let.kun.nl> | | Taalbeheersing: Louise Cornelis <lcornelis@compuserve.com> | | Tabu: Ton van der Wouden <vdwouden@let.rug.nl> | | TNTL: Andre Bouwman <bouwman@rulub.leidenuniv.nl> | | Trefwoord: Roland de Bonth <deBonth@let.kun.nl> | | Tydskrif vir Nederlands Jean Jordaan <rgo_anas@rgo..sun.ac.za> | | en Afrikaans: | | Vaktaal: Marcel Uljee <juljee@stad.dsl.nl> | | Volkskundig Bulletin: Theo Meder <Theo.Meder@meertens.knaw.nl> | | Vonk: Rita Rymenans <rymenans@uia.ua.ac.be> | | de Zeventiende Eeuw: Ton Harmsen <harmsen@rullet.leidenuniv.nl> | *-------------------------------------------------------------------------*(11)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
*-------------------------------------------------------------------------* | | | Informatie over Neder-L: | | ======================== | | Algemene informatie opvragen over Neder-L: stuur mail naar | | listserv@nic.surfnet.nl met daarin de boodschap: GET NEDER-L INFO | | Abonnement nemen op Neder-L: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl | | met als boodschap: SUB NEDER-L uw-voornaam/voorletters uw-achternaam | | Neder-L op het web/WWW: Neder-L-nummers zijn vanaf januari 1997 in | | web-formaat te lezen via: http://baserv.uci.kun.nl/~salemans/ | | Nadere informatie over Neder-L in web-formaat: zie artikel 9706.01 | | Er is ook een WWW-archief met alle e-mailversies van Neder-L sinds | | juni 1992, dat ook op trefwoord doorzocht kan worden; de URL van dit | | listserv-archief: http://listserv.surfnet.nl/archives/neder-l.html | | Neder-L wordt ook verspreid via de Internet-newsgroup bit.lang.neder-l | | Oude Neder-L-bulletins opvragen: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl| | met daarin een boodschap als: GET NEDER-L LOG9206 | | (resultaat: logboek met Neder-L-artikelen van juni '92 wordt gestuurd)| | Of maak gebruik van het listserv-archief (zie enkele regels hierboven)| | Bijdrage voor Neder-L opsturen: stuur mail naar neder-l@nic.surfnet.nl | | Contact met redactie: stuur mail naar Salemans@baserv.uci.kun.nl, naar | | Willem.Kuiper@hum.uva.nl, naar Piet.Verkruijsse@hum.uva.nl (voor de | | evenementenagenda), naar Oostendorp@rullet.leidenuniv.nl (voor | | neerlandistiek op het Web), of naar P.A.Coppen@let.kun.nl | *-------------------------------------------------------------------------**-Einde-------------------- Neder-L, no. 9806.c --------------------------*
Laat een reactie achter