Subject: | Neder-L, no. 9810.b |
From: | BJP Salemans |
Reply-To: | Elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek |
Date: | Sat, 24 Oct 1998 04:33:25 +0200 |
Content-Type: | TEXT/PLAIN |
********************* *-Zevende-jaargang--------- Neder-L, no. 9810.b -----------ISSN-0929-6514-* | | | ************************************************************ | | * Neder-L, elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek * | | ************************************************************ | | | | Onderwerpen in dit bulletin: | | ============================ | | (1) Rub: 9810.16: Evenementen-agenda, met: | | - Willem Kloos-avond, 23 oktober (A'dam) | | - 4e Perdu poezieboekenbeurs, 25 oktober (A'dam) | | - Opening dubbeltentoonstelling 'Het Reveil in druk', | | 23 oktober (A'dam) | | - Symposium Jan Campert-stichting 'Visies op Vestdijk'| | 20 november (Den Haag) | | - Symposium over Metamorfoze-programma (conservering | | bibliotheekmateriaal), 11 november (Den Haag) | | - Docentendagen in het Letterkundig Museum (Den Haag):| | 30 oktober: Literatuur in het studiehuis | | 6 november: Kinderboeken en de lespraktijk | | - Museumfestival, 18 oktober t/m 22 november (Leiden) | | (2) Vac: 9810.17: Vacature NIWI (Den Haag): junior-informatiespecialist | | voor NIWI-project 'Bibliografische Attenderingslijst' | | (3) Med: 9810.18: In memoriam Teun Hoekstra (1953-1998) | | (4) Med: 9810.19: Prometheus gaat nieuwe literatuurgeschiedenis uitgeven| | (5) Med: 9810.20: Rectificatie. Vier particuliere boekenverzamelaars | | spreken over hun collecties op 11 december te A'dam | | (6) Med: 9810.21: Culturele avond 'Een verwonderlijk schone ontmoeting: | | Gelderland ontdekt Vlaanderen'; Nijmegen, 6 november | | (7) Med: 9810.22: Najaarsbijeenkomst E. du Perron Genootschap op 14 | | november in Utrecht | | (8) Med: 9810.23: Vestdijk-tentoonstelling van 9 oktober tot 20 november| | te Leeuwarden | | (9) Red: 9810.24: AVT/An'ela-prijs voor Anastasia Giannakidou, LOT-prijs| | voor Frank Jansen | |(10) Art: 9810.25: Frank Jansen: Popularisering van de taalkunde | |(11) Sym: 9810.26: Symposium 'Vertaling & Technologie' op 13 november in | | Gent | |(12) Sym: 9810.27: Vertaaldag Afrikaans-Nederlands en omgekeerd: | | 'Klippies in die pad', op 14 november te Leiden | |(13) Col: 9810.28: Column Coppen: Linguistisch Miniatuurtje LI: En die | | z'n moeder kan niet fietsen | |(14) Informatie over Neder-L | | | *-------------------------- --------------------------* *********************
(1)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Mon, 12 Oct 1998 22:18:57 +0100
From: P.J. Verkruijsse <piet.verkruijsse@hum.uva.nl>
Subject: Rub: 9810.16: Evenementen-agenda
==================
Evenementen-agenda
==================
AMSTERDAM, Perdu, Kloveniersburgwal 86, 020-6276295, 4220542.
Willem Kloos-avond, 23 oktober 1998, 20.15 uur.
- ‘Je kunt me niet zoo laten verrekken. De literaire erfenis (deel I) van Willem Kloos’. De persoonlijke levenshouding van Willem Kloos was er aanvankelijk een van een zelfverzekerde boheme, maar werd na een aantal jaren die van een totaal geisoleerde, alcoholische ziel. Gedurende geruime tijd ziet Kloos talloze inrichtingen van binnen. In deze periode onderhoudt hij, smekend om geld en aandacht, een wanhopige correspondentie met bevriende schrijvers en kunstenaars. M.m.v. Wilbert Smulders, Jilles Heringa, Marc Kregting, Koos Dalstra en Erik Menveld.
AMSTERDAM, Perdu, Kloveniersburgwal 86, 020-6276295, 4220542.
4e Perdu poezieboekenbeurs, 25 oktober 1998, 13 uur. Vrij entree.
- Boekenbeurs met optredens van o.a. Jill Boeuf, Anneke Brassinga, Tatjana Daan, Engmar Heytze, Rozalie Hirs, Tonnus Oosterhoff, Theatergroep Persplex, The Vocal Department.
AMSTERDAM, Universiteitsbibliotheek, Singel 425, 020-5252143.
Opening dubbeltentoonstelling ‘Het Reveil in druk’, 22 oktober 1998, 16 uur.
- Opening van de dubbeltentoonstelling met de UB-VU met een toelichting op de expositie door prof. dr. P. Visser, aanbieding van de catalogus aan mr. J.L. Heldring door prof. dr. J.W. Gunning, voorzitter van de Stichting Reveil-archief, en openingswoord door mr. J.L. Heldring.
DEN HAAG, Koninklijke Bibliotheek, Aula, Prins Willem-Alexanderhof 5, 070-3533637.
Symposium van de Jan Campert-stichting: Visies op Vestdijk, 20 november 1998, 10.30 – 18 uur. Toegang f.40,-.
- Symposium, mede georganiseerd door de Vestdijkkring, met als sprekers vakmensen op de terreinen waarop de duivelskunstenaar uit Doorn zich als liefhebber begeven heeft: de historicus prof. dr. Jan Bank, de zenuwarts prof. dr. A. van Dantzig, de literatuurwetenschapper dr. Harry Bekkering, de cultuurhistoricus prof. dr. Hans van den Bergh en de musicoloog Marius Flothuis. Dick Vestdijk en Harm van der Gaag lezen fragmenten uit het werk van Vestdijk.
Inschrijving voor 7 november door f.40,- over te maken op postgiro 536331 van de Jan Campert-stichting te Den Haag o.v.v. ‘symposium’. Leden van de Vestdijkkring, vrienden van de Campert-stichting en studenten f.20,-.
DEN HAAG, Koninklijke Bibliotheek, Aula, Prins Willem-Alexanderhof 5.
Symposium over het Metamorfoze-programma, 11 november 1998, 13.30 – 17 uur.
- Symposium, georganiseerd door het Bureau Conservering Bibliotheekmateriaal, met voordrachten van Dennis Schouten, Marion van Brunschot, Goffe Germeraad, Salma Chen, Flip Maarschalkerweerd, Jan van Breenen en Hans Jansen, die allen verbonden zijn aan instellingen waar aan het conserveringsproject gewerkt wordt. Om 16.30 uur uitreiking van de Victorine van Schaickprijs en van een aanmoedigingsprijs.
Aanmelden bij Bureau Conservering Bibliotheekmateriaal, t.a.v. Ingeborg Verheul, Postbus 90407, 2509 LK Den Haag, 070-3140373, fax 3140427.
DEN HAAG, Letterkundig Museum, Prins Willem-Alexanderhof 5, 070-3339666.
Docentendagen in het Letterkundig Museum, 30 oktober en 6 november 1998.
- 30 oktober: Literatuur in het studiehuis, met een lezing door Piet Calis en twee reeksen workshops door Remco Ekkers, Willem Jan Otten, Joop Dirksen, Ronald Giphart, Anna-Marie Luecken, Heere Heeresma, Jean Pierre Rawie, Joke Klumper en Karin Spaink.
6 november: Kinderboeken en de lespraktijk, met een lezing door Helma van Lierop en twee reeksen workshops door Jacques Vriens, Marianne Busser, Ron Schroeder, Rita Baptiste, Wim Burkunk, Muriel Steegstra, Rindert Kromhout, Jose Peijen, Juliette de Wit en Joke Linders.
Nadere informatie over de docentendagen met certificaat van nascholing: Carina Brummel 070-3339605.
LEIDEN, diverse locaties.
Museumfestival, 18 oktober t/m 22 november 1998, iedere zondagmiddag.
- Het thema van het Museumfestival van dit jaar is ‘musea en literatuur’. Aan zes schrijvers is gevraagd hun voorliefde voor een museum te verwoorden of op andere wijze tot uiting te brengen. De opening vindt plaats op 17 oktober om 15.30 uur in De Waag, Aalmarkt 21, door Ton Brandenbarg.
Voor de volgende manifestaties dient men contact op te nemen met de deelnemende musea: Rijksmuseum voor Volkenkunde (18 oktober, Abdelkader Benali), Rijksmuseum van Oudheden (25 oktober, Jan Wolkers), Museum Boerhaave (1 november, Boudewijn Buech), Rijksmuseum Het Koninklijk Penningkabinet (8 november Geerten Meijsing), Stedelijk Museum De Lakenhal (15 november, Armando) en Naturalis (22 november, Doeschka Meijsing).
Boekpublicatie als dl. 10 in de reeks Leids Verleden: ‘Het beeld verwoord – schrijvers in 6 Leidse musea’.
(2)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Thu, 22 Oct 1998 15:20:53 MET-1MEST
From: Paul Doorenbosch <Paul.Doorenbosch@NIWI.KNAW.NL>
Subject: Vac: 9810.17: Vacature NIWI (Den Haag): junior-informatiespecialist voor NIWI-project 'Bibliografische Attenderingslijst'
=============================================
Vacature NIWI (Den Haag):
junior-informatiespecialist voor NIWI-project ‘Bibliografische Attenderingslijst’
=============================================
Per 1 november heeft het NIWI een vacature voor een Junior-informatiespecialist voor het project Bibliografische Attenderingslijst voor docenten neerlandistiek in het buitenland.
Het gaat om een baan in tijdelijke dienst voor 40 uur (incl. ADV). Het splitsen van de baan in twee aanstellingen behoort tot de mogelijkheden. De aanstelling loopt maximaal 14 maanden met een proeftijd van 2 maanden. De aanstelling vindt plaats via een detacheringsbureau of bij uitzondering op een tijdelijk contract. Vakantie, ADV en vergoeding woonwerkverkeer zijn overeenkomstig het RWOO. Salaris is minimaal fl. 3305,- bruto p.m., excl. 8% vakantiegeld. De standplaats is Den Haag.
De werkzaamheden bestaan uit het maken van samenvattingen van nieuw verschenen, in Nederland uitgegeven, literatuur op het gebied van de Nederlandse taal, letterkunde, (kunst-)geschiedenis, cultuur etc. De samenvattingen moeten worden ingevoerd in het GGC van Pica (catalogiseersysteem). Vier maal per jaar verschijnt er een tijdschrift waarin de beschrijvingen met samenvattingen zijn opgenomen. Dit tijdschrift wordt verspreid onder docenten neerlandistiek in het buitenland en onder diverse Nederlandse en Belgische culturele instellingen en overheidsinstellingen in het buitenland.
Van kandidaten vragen we een goede schrijfvaardigheid, brede kennis en belangstelling, goede typevaardigheid, productiegerichtheid en het vermogen zelfstandig te kunnen werken. Studenten of net-afgestudeerden in Nederlandse taal- en letterkunde, historische wetenschappen, cultuurgeschiedenis of verwante opleiding genieten de voorkeur.
Voor inlichtingen over de functie kan contact worden opgenomen met Paul Doorenbosch, tel 020-4628656 of Marga de Bolster, tel. 070-3140249.
Sollicitaties kunt u richten aan drs. P.M. Doorenbosch, hoofd Bibliografische Bestanden NIWI, Postbus 95110, 1090 HC Amsterdam.
(3)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Tue, 20 Oct 1998 10:27:31 +0200
From: Marc van Oostendorp <oostendorp@rullet.LeidenUniv.nl>>
Subject: Med: 9810.18: In memoriam Teun Hoekstra (1953-1998)
=====================================
In memoriam Teun Hoekstra (1953-1998)
=====================================
In de nacht van 17 op 18 oktober is Teun Hoekstra overleden in een ziekenhuis in Los Angeles. Hoekstra was tot zijn dood als syntacticus verbonden aan de vakgroep Algemene Taalwetenschap van de Rijksuniversiteit Leiden. Twee jaar geleden werd er bij hem kanker geconstateerd. Teun Hoekstra was een vechter, en hij heeft ook tegen zijn ziekte gevochten.
Teun Hoekstra maakte Leiden tot een centrum van de generatieve syntaxis in Nederland. Hij schreef een beroemd proefschrift over transitiviteit en een groot aantal artikelen over onder andere nominalisaties, small clauses, parasitaire gaten en andere onderwerpen uit de syntaxis van — vooral — het Nederlands, en de laatste jaren ook over kindertaal; samen met Hans Bennis publiceerde hij een tweetal inleidingen in zijn vak; hij organiseerde belangrijke congressen; en hij was een inspirerend en enthousiast docent die een hele generatie syntactici heeft opgeleid. Had hij meer tijd gehad, dan waren het vele generaties geworden. Dat heeft niet zo mogen zijn.
Collega’s en vrienden worden uitgenodigd om de herdenkingsplechtigheid bij te wonen die op woensdag 28 oktober 1998 om 11.00 uur gehouden wordt in het Auditorium van het Academiegebouw van de Leidse universiteit. Na afloop is er gelegenheid tot het overbrengen van condoleances aan de familie.
(4)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: 5 oktober 1998, 8.33 u
From: Nederlandse Taalunie <secr@ntu.nl>
Subject: Med: 9810.19: Prometheus gaat nieuwe literatuurgeschiedenis uitgeven
======================================================
Prometheus gaat nieuwe literatuurgeschiedenis uitgeven
======================================================
Uitgeverij Prometheus gaat de nieuwe literatuurgeschiedenis uitgeven. Dat zijn de Stichting Literatuurgeschiedenis en de Amsterdamse uitgeverij overeengekomen. Prometheus zal bij dit project samenwerken met de Vlaamse uitgeverij Standaard.
De nieuwe literatuurgeschiedenis, de opvolger van ‘Knuvelder’, telt zeven delen en zal tussen 2004 en 2006 verschijnen. Aan dit overzichtswerk wordt meegewerkt door negen prominente Nederlandse en Vlaamse wetenschappers. De hoofdredactie is in handen van dr. A.J. Gelderblom (Universiteit Utrecht) en prof. dr. A.M. Musschoot (Universiteit Gent). De Stichting Literatuurgeschiedenis heeft voor Prometheus gekozen na een open inschrijving waarop zeven uitgeverijen hebben gereageerd.
Het besluit om een nieuwe literatuurgeschiedenis te laten samenstellen werd in oktober 1997 genomen door het Comite van Ministers van de Taalunie. Dit nadat literatuurwetenschappers uit Noord en Zuid op een studiedag in de Eerste Kamer in Den Haag hadden laten weten dat er behoefte bestaat aan een overzichtswerk voor het hele Nederlandse taalgebied.
De Taalunie stelt voor een periode van zes jaar 400.000 gulden (7,3 miljoen Belgische frank) per jaar beschikbaar om de nieuwe literatuurgeschiedenis te kunnen maken.
(5)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Mon, 12 Oct 1998 22:18:57 +0100
From: P.J. Verkruijsse <piet.verkruijsse@hum.uva.nl>
Subject: Rub: 9810.20: Rectificatie. Vier particuliere boekenverzamelaars spreken over hun collecties op 11 december te A'dam
================================
Rectificatie
Boekenverzamelaars aan het woord
================================
Onder auspicien van de Dr. P.A. Tiele-Stichting zal, in samenwerking met de Leerstoelgroep Boek-, archief- en informatiewetenschap van de Universiteit van Amsterdam, op vrijdag 11 december 1998, van 13.30 tot 17 uur, een bijeenkomst worden georganiseerd, waarop vier particuliere boekenverzamelaars zullen spreken over hun collecties.
Het betreft de volgende sprekers:
13.30 uur prof. dr. P.J. Buijnsters: Over de collectie Buijnsters-Smets, die bestaat uit Nederlandstalige geillustreerde boeken uit de 18e eeuw, waarbinnen kinderboeken een bijzondere plaats innemen.
14.15 uur dr. K.J. Nijkerk: Modern maar mooi: het verzamelen van moderne bibliofiele boeken.
15.30 uur J. Witteveen: Het verzamelen van waardeloze boeken.
16.15 uur prof. dr. A. Heertje: Het collectioneren van oude drukken op het gebied van de economie.
De lezingen zijn gratis toegankelijk voor contribuanten van de Tiele-Stichting, leden van de Werkgroep van Huffel, studenten van de genoemde leerstoelgroep en verder voor alle belangstellenden, voor zover de beschikbare ruimte dat toelaat. Plaats: Doelenzaal Universiteitsbibliotheek Amsterdam, Singel 425, 1012 WP Amsterdam. Inlichtingen: 020-5252294, 5252050, b.g.g. 0546-813767.
Hannie van Goinga
(6)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Fri, 16 Oct 1998 16:20:10 +0200
From: Jos Muyres <J.Muyres@let.kun.nl>
Subject: Med: 9810.21: Culturele avond 'Een verwonderlijk schone ontmoeting: Gelderland ontdekt Vlaanderen' op 6 november te Nijmegen
=============================
Gelderland ontdekt Vlaanderen
=============================
In januari gaat de nieuwe cursus van de stichting De Verwondering van start. Als voorproef organiseert de Stichting – in samenwerking met het Algemeen Nederlands Verbond, de Orde van den Prince, het Louis Paul Boongenootschap, het Studie- en Documentatiecentrum Vlaamse literatuur, het Vrijdagtheater, de Vrienden van het Filmarchief, de Reunistenkring Nederlands en de Letterenfaculteit van de KUN – een culturele avond onder het motto ‘Een verwonderlijk schone ontmoeting: Gelderland ontdekt Vlaanderen’, waarin de provincie Oost-Vlaanderen centraal staat.
Programma ‘Gelderland ontdekt Vlaanderen’
- Welkomstwoord door Bert Vanheste. Van De Verwondering naar Het Vlaams cultureel kwartier.
- Vlaamse polyfonie door Hortus Musicus o.l.v. Reinier Wakelkamp.
Het vocaal ensemble Hortus Musicus legt zich toe op de uitvoering van meerstemmige vocale muziek uit de Renaissance. Het trad ondermeer op in Utrecht (Oude Muziek), Den Bosch, Beek, Parijs en Praag. Het verleende medewerking aan tal van radio- en CD-opnamen. Het koor zingt een gedeelte uit zijn programma l’Homme arm’e; in de Nederlanden (1450-1600): Dufay (Ave Regina), Ockeghem (Alma), Obrecht (Credo), Pierre de la Rue (Credo), Josquin des Prez (Cantate Domino), Willaert (Pater noster – Ave Maria). - Presentatie van de Cursus Oost-Vlaanderen: literatuur, cultuur en samenleving, door Bert Vanheste.
Elf luisterlessen op maandagavond vanaf 11 januari 1999. Over Het Lam Gods en de Sint-Baafs, de Latemse symbolisten en expressionisten, de Vlaamse polyfonie, Reinaert de Vos, Virginie Loveling,Cyriel Buysse, Monika van Paemel, Tom Lanoye, Hugo Claus, Louis Paul Boon en vele anderen. - Louis Paul Boon en de anderen. Fragmenten uit Oost-Vlaamse poezie en proza. Gebracht door de vermaarde Gentse voordrachtkunstenares Tine Ruysschaert.
- Vlaams-Gelderse Ontmoetingen. Toon Hagen, decaan Faculteit der Letteren, voorzitter ANV-Gelderland, voorzitter Raad voor de Taalunie, over de nieuwste initiatieven.
- Filmfragment over Rubens door Henri Storck, vriend en collega van Joris Ivens. Ingeleid door Emile Poppe, Stichting Vrienden van het Filmarchief.
- Hugo Claus: Het Schommelpaard (beginfragment), gespeeld door het Vrijdagtheater uit Nijmegen. Inleiding en regie: Ad Beukering.
Gelderland ontdekt Vlaanderen
vrijdag 6 november 1998 om 20.00 uur.
Aula KUN / Comeniuslaan 2 / Nijmegen
(toegang gratis)
Plaatsen reserveren kan bij:
De Verwondering (Stichting ter bevordering van de Nederlandse belangstelling voor de Vlaamse literatuur in een brede culturele context):
Uniceflaan 37 / 6525 JL Nijmegen / tel. 024 – 356 26 49.
(7)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Fri, 16 Oct 1998 14:58:05 +0100
From: Reinder Storm <Reinder.Storm@konbib.nl>
Subject: Med: 9810.22: Najaarsbijeenkomst E. du Perron Genootschap op 14 november in Utrecht
===========================================
Najaarsbijeenkomst E. du Perron Genootschap
===========================================
U I T N O D I G I N G
De najaarsbijeenkomst van het E. du Perron Genootschap wordt gehouden op
zaterdag 14 november a.s.
in de Linteloozaal van Stadskasteel Oudaen, Oudegracht 99, Utrecht (hartje centrum)
P R O G R A M M A
13.30 Ontvangst met koffie
14.00 Korte huishoudelijke vergadering. O.a. mededeling van de voorzitter ter zake van de samenstelling van het bestuur
14.15 Leo Fiethen houdt een lezing met de titel: ‘Vigo Thelen en zijn vrienden in Nederland’
15.00 Pauze
15.30 Voordracht van Kees Thomassen over Marsman en Du Perron
Vervolgens is er zoals gewoonlijk gelegenheid tot vragen stellen en informeel samenzijn. Nr. 9 van de Cahiers voor een lezer wordt uitgereikt.
E. du Perron Genootschap
Van Beverningkstraat 23 – 2582 VB DEN HAAG – 070-3060439
E-mail: reinder.storm@konbib.nl
(8)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Mon, 5 Oct 1998 16:01:46 +0100
From: Frysk Letterkundich Museum <post@flmd.nl>
Subject: Med: 9810.23: Vestdijk-tentoonstelling van 9 oktober tot 20 november 1998 te Leeuwarden
================================================
Vestdijk-expositie in Frysk Letterkundich Museum
================================================
Dit jaar is het herdenkingsjaar van Escher, Schurer, Slauerhoff en Vestdijk, alle vier honderd jaar geleden in Fryslan geboren. Na de grote zomerexpositie over Fedde Schurer geeft het Frysk Letterkundich Museum en Dokumintaasjesintrum nu op kleinere schaal aandacht aan Vestdijks relatie met Fryslan.
Simon Vestdijk (1898-1971) werd geboren in Harlingen en volgde daar de driejarige HBS. Daarna volgden nog twee jaar aan de Rijks-HBS in Leeuwarden, dezelfde school waar ook Slauerhoff op zat, een klas hoger. In 1917 verhuisde hij naar Amsterdam om daar medicijnen te gaan studeren. In de jaren dertig begon zijn carriere als productief schrijver die het hem zelfs mogelijk zou maken om van zijn pen te leven.
Vestdijk had niet een speciale binding met Fryslan als provincie. Die vormde voor hem een schimmige achtergrond. Naar eigen zeggen voelde hij bij terugblikken op zijn jongensjaren in Harlingen aan de ene kant zijn satirische zenuwen trillen (verwerkt in Meneer Visser’s hellevaart), maar aan de andere kant voelde hij ook affiniteit met de stad van zijn jeugd. Harlingen en Leeuwarden zijn op herkenbare wijze terug te vinden in zijn werk: In Kind tussen vier vrouwen en sommige Anton- Wachterromans, in De koperen tuin en in nog enkele romans.
Aan de hand van foto’s, gedichten, boeken en fragmenten uit het werk zullen de schimmige contouren van Vestdijks relatie met Fryslan wat meer relief krijgen. Speciale aandacht is er voor receptie en ‘nachleben’ van Vestdijk: vertalingen, de voorleesmarathon van De koperen tuin, de Anton-Wachterprijs en niet te vergeten dat wat wijlen Anne Wadman, Fries schrijver en groot Vestdijk-kenner, gepresteerd heeft op het gebied van de Vestdijk-studie. Dat de familie Vestdijk niet volslagen geisoleerd stond van het Friese leven blijkt uit de Leeuwarder Courant van 1916, waaruit Vestdijk-biograaf Hans Visser een kinderverhaal van Vestdijks moeder heeft opgediept. Dat wordt nu voor het eerst weer publiek gemaakt.
- Expositie Vestdijk en Fryslan
- van 9 oktober tot en met 20 november 1998 in het FLMD (Frysk Letterkundich Museum), Grutte Tsjerkestrjitte 212 Leeuwarden.
- Open maandag tot en met vrijdag van 9.00 – 12.30 en van 13.30 – 17.00.
- Toegang f 1,-.
(9)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Tue, 20 Oct 1998 11:51:58 +0200
From: Marc van Oostendorp <oostendorp@rullet.LeidenUniv.nl>
Subject: Red: 9810.24: AVT/An'ela-prijs voor Anastasia Giannakidou, LOT-prijs voor Frank Jansen
===========================================
AVT/An’ela-prijs voor Anastasia Giannakidou,
LOT-prijs voor Frank Jansen
===========================================
Tijdens het feestelijke Taalgala op 16 oktober 1998 werden drie prijzen uitgereikt aan taalkundigen. Anastasia Giannakidou kreeg de AVT/An’ela-dissertatieprijs voor het beste proefschrift van 1997. Zij verdedigde haar dissertatie ‘The Landscape of Polarity Items’ in januari 1997 aan de Rijksuniversiteit Groningen. Haar promotor was prof. dr. F. Zwarts. De andere kandidaten voor deze prijs waren Chris Reintges en Jenny Doetjes. Frank Jansen kreeg de LOT-prijs voor het beste populair-wetenschappelijke artikel. Het publiek kende ook een prijs toe, voor de beste voordracht tijdens het Taalgala. Ook deze prijs ging naar Frank Jansen.
Jansen greep zijn dankwoord voor de toekenning van de LOT-publiekprijs aan om een voorstel te doen dat het populariseren van taalkundige publicaties kan vergemakkelijken. In het direct volgend Neder-L-artikel 9810.25 volgt de kern van zijn dankwoord, enigszins bewerkt door de auteur naar aanleiding van de op- en aanmerkingen tijdens de discussie tijdens het Taalgala.
Marc van Oostendorp,
namens de redactie
(10)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Tue, 20 Oct 1998 11:51:58 +0200
From: Frank Jansen <Frank.Jansen@let.uu.nl>
Subject: Art: 9810.25: Frank Jansen: Popularisering van de taalkunde
===========================================
Popularisering van de taalkunde
Frank Jansen, UIL-OTS, Universiteit Utrecht
===========================================
Het gaat redelijk goed met het populariseren van de taalkunde. Er is een wekelijks radioprogramma aan gewijd (Wat een taal!), er is een maandblad met 46.000 abonnees (Onze Taal), er zijn druk bezochte websites en de grote uitgeverijen hebben een uitgebreid fonds van boeken over dit onderwerp die gretig aftrek vinden.
En toch kan het veel beter, vind ik. Ten eerste als je kijkt naar de aanbodzijde: er zijn in Nederland maar liefst 500 taalonderzoekers werkzaam. Die zouden toch alleen al bij toeval op resultaten moeten stuiten die voor de buitenwereld interessant zijn. Ten tweede is daar de vraagzijde, waaronder ik niet alleen de vragen over taal beschouw waarvan het publiek zich bewust is, maar ook de taalonwetendheid waarvan datzelfde publiek op gezette tijden blijk geeft.
Marmeladetest
Hoe kan het beter? Mijn gedachten hierover zijn sterk beinvloed door een college aan de Universiteit Utrecht waaraan ik verbonden ben, te weten Publiekgericht Schrijven. Dat houdt in de praktijk in: het populariseren van wetenschappelijk werk in de Letteren, dus niet alleen taalkunde, maar ook letterkunde, geschiedenis en kunstbeleid. Bij dit college moet de deelnemer onder meer een dissertatie of een uitgebreid wetenschappelijk artikel transformeren tot een populair-wetenschappelijk artikel voor een wetenschapsbijlage of een weekblad.
De deelnemers moeten zelf een geschikt stuk kiezen. En dat gebeurt op grond van de vermoedelijke interessantheid voor de leek. Daarvoor hebben we de marmeladetest. Stel dat je bij het ontbijt de resultaten in een zin samenvat. Als de marmeladetest slaagt, laat je gesprekspartner zijn marmeladebeschuitje zover scheef hangen dat de marmelade in dikke klodders op zijn kimono valt.
Sommige deelnemers hoef je niets te vertellen over interessantheid. Anderen hebben behoefte aan informatie over dit onderwerp. Zij komen dan te weten dat egoisme een belangrijke voedingsbron is: ‘Wat zit er voor mij in?’. Maar daarnaast ook conversatiewaarde: ‘Hoe bestaat het dat iets precies anders is dan iedereen altijd dacht?’. Er bestaan ook lijstjes van zaken die iedereen interesseren: mensen (en dan vooral kinderen (en dan weer vooral babies)), liefde, dood en macht. Wat dichter bij huis gebeurt, is inherent interessanter dan wat veraf gebeurt. Al kan het exotische ook weer fascinerend worden.
Nu weer terug naar het college. Elke keer heb ik bij de tweede bijeenkomst dezelfde ervaring. Een student, of eigenlijk een studente, en niet de minste, vertelt dat ze een interessant artikel op de korrel had genomen, totdat ze bij de marmeladeproef merkte dat er een afschuwelijke platitude uit rolde, van het type: oudere kinderen gebruiken verbindingswoorden beter dan jongere. Of: allochtonen gebruiken vooral Nederlandse woorden voor begrippen die in hun oorspronkelijk cultuur niet relevant zijn.
Dat is voor de wetenschap zelf niet erg. Opbouwen van een model betekent vaak toetsen of zekerheden wel zo zeker zijn. Veel problemen zijn alleen problemen in een wetenschappelijke theorie, die je echt wel moet kennen wil je ze begrijpen. Maar een wetenschap die voornamelijk producten voortbrengt die falen voor de marmeladetest … zo’n wetenschap kun je maar beter niet gepopulariseren. Gelukkig is het in mijn waarneming lang niet zover. De linguistiek heeft namelijk een paar sterke punten.
Diversiteit in de linguistiek
Ten eerste de diversiteit van de soorten linguistiek en van haar objecten. Die maakt het ons mogelijk hetzelfde pad te betreden als de sterrenkunde en de archeologie: twee onpraktische wetenschappen die veel leken toch kunnen boeien. Nu wordt er met heel veel geld van de Nederlandse belastingbetaler een reeks grammatica’s van Tibetaanse talen opgezet. Waarom niet een artikel geschreven over de drie voornaamste structuurverschillen tussen het Nederlands en zo’n Tibetaanse taal?
Waarom niet? Ik denk dat dat de taalkundigen lijden aan een Mombasa-mentaliteit. Het eerste wat je ziet als je het havenkantoor van Mombasa betreedt, is de leuze: ‘Mombasa, center of the world’. Met daaronder een wereldkaart, die inderdaad bewijst dat Mombasa precies even ver weg ligt van Toulouse als van Canberra.
Net zo bestaat er bij sommigen de neiging om in de linguistiek een kern te onderscheiden, uiteraard precies overeenkomend met de activiteiten van die sommigen. En ver buiten die kern bevindt zich een periferie, waar de anderen hun modieuze en oppervlakkige activiteiten verrichten.
Deze voorstelling van zaken is niet alleen oppervlakkig en kinderachtig. Hij is ook onjuist. De veelvormigheid van al die soorten taalkundes is juist het wezen van de taalkunde. Deze kernopvatting is ook contraproductief. Hij leidt tot parochialiteit en stammenstrijd, verlies aan invloed en gebrek aan aandacht voor soorten linguistiek die zich mogelijk goed lenen voor popularisering.
Toepasbaarheid
Een tweede sterke kant van de linguistiek is het gegeven dat zoveel ervan een praktisch toepasbare kant heeft. En daarmee heb ik iets veel ruimers op het oog dan de klassieke takken van interventielinguistiek, zoals de taalbeheersing en de toegepaste taalkunde. Ik denk aan alle soorten taalkundes die kunnen worden ingezet om ontwikkelingen in de internationale politiek begrijpelijk te maken. Juist deze sterke kant maakt het ons mogelijk om het zelfde populariseringspad op te gaan als de psychologie. Neem bijvoorbeeld de wijsneuzige beschouwingen van psychologen en psychiaters over het ‘Clinton-complex’ die de afgelopen weken in bijvoorbeeld NRC Handelsblad verschenen. Daarnaast zou een artikel over des presidents taalgedrag, althans zijn openbare taalgedrag, toch geen gekke indruk gemaakt hebben?
Wat let ons? Ik denk dat er twee praktische bezwaren zijn die verhinderen dat mijn droom onze daad wordt:
- De mensen die kunnen schrijven, hebben onvoldoende mogelijkheden zelf de geschikte stoffen te vinden.
- De mensen die iets weten van een een opwindend taalkundig nieuwtje weten niet wie daarover boeiend en begrijpelijk zou kunnen schrijven.
Bronnen
Waar zijn de interessantste wetenschappelijke bronnen te vinden? Ik denk hier niet in de eerste plaats aan proefschriften, alleen al omdat zich tegenwoordig daarover de voorlichtingsafdelingen van de universiteit ontfermen. En die kunnen het ook niet helpen dat juist van proefschriften de conclusies nogal eens lijken op heftig klapperende open deuren. Ik heb wel het oog op artikelen in wetenschappelijke bladen, omdat daarin vaak interessantere, verrassendere en meer grensverleggende gedachten voorkomen. Maar de voornaamste reden is wel deze: voor zover ik weet, ontbreekt tot dusver een systematische signalering van zulke artikelen.
Schrijvers
Natuurlijk is een beetje schrijftalent nooit weg. Maar ik denk dat het belang van een fonkelende stijl voor geslaagde popularisering nogal overdreven wordt. Zo’n stijl zal zelden lezers over de streep helpen als die niet in het onderwerp geinteresseerd zijn. Hoogstens kan een slechte stijl ertoe leiden dat lezers het stuk terzijde leggen. Maar dan hebben we het over een echt erbarmelijke stijl, die niet hoeft voor te komen bij iemand die een cursus populariserend schrijven heeft gevolgd.
Naar mijn idee moeten gegadigden vooral over ambitie om te populariseren beschikken en voldoende tijd daarvoor hebben. Het is eigenlijk niet reeel dat van de wetenschappers zelf te verwachten. Iemand met een psychische habitus die het mogelijk maakt vier jaar lang zich te concentreren op een enkel woordje is niet automatisch geschikt om dat onderzoek te populariseren. Populariseren veronderstelt immers aandacht voor de ander, en vooral voor waar die ander nieuwsgierig naar is. Onze wetenschapper zal de grootste moeite hebben te beseffen dat zijn fascinatie juist voor die ander het grootste raadsel is.
Een dubbel voorstel
Het voorgaande is de aanloop tot de volgende twee voorstellen:
- Kan het LOT niet een gegevensbestand opzetten en beheren, van personen die over taalonderwerpen willen schrijven (met hun specialismen)
- Kan het LOT niet een gegevensbestand opzetten en beheren, met tips van artikelen met mogelijk interessante resultaten?
Het tweede bestand wordt natuurlijk elk kwartaal ververst. Er zouden vooral wetenschappelijke artikelen in moeten komen van auteurs die beschikbaar zijn voor een aanvullend interviewtje. Dat maakt het populariseren alleen maar makkelijker.
Toen ik dit voorstel aan een – overigens zeer gewaardeerde – sparringpartner voorlegde, kwam er een slodder aan bezwaren. Allemaal van het type: dan moeten we al die tips gaan controleren en we worden het nooit eens over wat de goede artikelen zijn.
Dat is juist niet mijn bedoeling. Wat een goede aanleiding voor een populair-wetenschappelijk stuk is, is niet des wetenschappers. Dat bepaalt de popularisator … met de marmeladetest.
(11)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Thu, 8 Oct 1998 15:25:46 MET
From: Fons Maes <Maes@kub.nl>
Subject: Sym: 9810.26: Symposium 'Vertaling & Technologie' op 13 november 1998 te Gent
================================================
Aankondiging symposium ‘Vertaling & Technologie’
De vertaler van de 21e eeuw
================================================
Het Departement Toegepaste Taalkunde van de Mercatorhogeschool in Gent organiseert op 13 november 1998 ter gelegenheid van zijn 30e verjaardag een colloquium over ‘Vertaling & Technologie’.
Op de drempel van de 21e eeuw krijgt de vertaler (m/v) steeds meer concurrentie te duchten van automatische vertaalprogramma’s. De steeds krachtiger vertaalhulpmiddelen die op de markt komen, leveren de menselijke vertaler tijdwinst en verhoogde efficientie op en stellen hem in staat zo zijn natuurlijke voorsprong op de vertaalmachine te consolideren.
Omdat ook de vertaalopleidingen die nieuwe technologieen in hun curricula moeten integreren, nodigt het Departement Toegepaste Taalkunde van Mercator een aantal deskundigen in dit zeer snel groeiende onderzoeks- en praktijkgebied uit om verslag te doen van hun ervaringen en/of onderzoeksresultaten, en een aantal bedrijven om hun producten voor te stellen. Het is de bedoeling hierover van gedachten te wisselen met collega’s uit andere (ver)taalopleidingen, onderzoekers in vertaalkunde en toegepaste taalkunde, vertalers, geinteresseerden in technologie voor (ver)taalkundige doeleinden.
Het symposium bestaat uit plenaire lezingen, parallelsessies en demonstraties.
Het symposium vindt plaats in de Mercatorhogeschool, Departement Toegepaste Taalkunde, Brusselsepoortstraat 93, B-9000 Gent.
Tot 31 oktober 1998 kost inschrijving 1200 BEF. Daarna is de prijs 1500 BEF.
Meer informatie vindt u op het volgende adres:
Mercatorhogeschool – Departement Toegepaste Taalkunde
Colloquium 30 jaar, t.a.v. prof. dr. Willy Vandeweghe
Brusselsepoortstraat 93
B-9000 Gent
++32 9 265 85 30 (tel)
++32 9 265 85 31 (fax)
w.vandeweghe@mercator-hs.be
Programma en abstracts zijn beschikbaar op
http://www.mercator-hs.be (in de agenda-rubriek)
(12)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Mon, 12 Oct 1998 10:01:51 +0100 (MET)
From: Eep Francken <EEPFRANC@rullet.LeidenUniv.nl>
Subject: Sym: 9810.27: Vertaaldag Afrikaans-Nederlands en omgekeerd: "Klippies in die pad" op 14 november 1998 te Leiden
====================================================================
Vertaaldag Afrikaans-Nederlands en omgekeerd: “KLIPPIES IN DIE PAD”
====================================================================
Op zaterdag 14 november organiseren de Opleidingen Nederlands en “Dutch Studies” van de Leidse universiteit: “Klippies in die pad”, een dag over vertalen Afrikaans-Nederlands en Nederlands-Afrikaans. Met medewerking van:
- Daniel Hugo, dE vertaler Afrikaans-Nederlands
- Riana Scheepers (“Dulle Griet”)
- Riet de Jong-Goossens, dE vertaalster Nederlands-Afrikaans
- Ena Jansen (Universiteit van die Witwatersrand)
- Lidewijde Paris (uitgeefster van Afrikaanse boeken in Nederlandse vertaling voor Nijgh & Van Ditmar)
Deelnemers betalen fl. 38,- voor het programma, incl. lunch, koffie, thee, borrel. Gereduceerd tarief voor studenten fl. 12,50. Opgave (voor reductie: met vermelding van onderwijsinrichting en kaartnummer) bij het Secretariaat Nederlands Univ. Leiden, Postbus 9515, 2300 RA Leiden, onder gelijktijdige overmaking van de deelnamekosten naar giro 1570369 t.n.v. Universiteit Leiden, Buco/Nederlandkunde, Leiden, o.v.v. Klippies.
Verdere inlichtingen: tel. 071 527 2233 of 071 527 2604. Aanvang 10.30 u. Plaats: Cleveringaplaats 1, Leiden.
(13)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Thu, 15 Oct 1998 12:22:51 +0200
From: Peter-Arno Coppen <P.A.Coppen@let.kun.nl>
Subject: Col: 9810.28: Column Coppen: Linguistisch Miniatuurtje LI: En die z'n moeder kan niet fietsen
================================================================
Linguistisch Miniatuurtje LI: En die z’n moeder kan niet fietsen
================================================================
Problemen verdwijnen alleen maar als je ze oplost. Vergeten, links laten liggen, dat biedt allemaal maar zeer tijdelijk soelaas. Ze zijn als paardenbloemen die je ergens halverwege de wortel doorsteekt: uit de halve wortel groeien meerdere nieuwe exemplaren.
Zo zeurt er al sinds een jaar of twintig een constructie door mijn hoofd die ik nooit naar bevrediging heb kunnen wegredeneren. Niet dat ik daar dagelijks last van heb, maar irritant is het wel. Tot overmaat van ramp is het brandpunt van de hedendaagse theoretische taalkunde ook nog wat van het onderwerp weggedreven, zodat het wellicht niet eens opportuun is om me in het huidige tijdsgewricht met deze problematiek bezig te houden. Toch wil ik in een verloren moment mijn gedachten nog wel eens laten gaan.
Waar heb ik het over? Om dat duidelijk te maken, moet ik de kwestie eerst in zijn historische context plaatsen. Stel u voor, generatieve grammatica, eind jaren zeventig (veel mensen spraken toen nog van TGG). Van anaforentheorie had nog niemand gehoord, DPs bestonden nog niet (al was Postal indertijd hartelijk uitgelachen toen hij beweerde dat pronomina eigenlijk determiners waren), en het begrip “functionele projectie” was in een tijd dat taalkundigen nog maar net bekomen waren van de notie “X-bar”, nog onbekend. Waar discussieerden taalkundigen toen over?
In die tijd lag, althans wat betreft de theoretische taalkunde in Nederland, de aandacht bij syntactische domeinen en meer in het bijzonder extractie daaruit. Wat zijn de parameters voor de domeinbeperkingen? Kent het Nederlands alleen subjacentie of zijn de condities strikter? Dissertaties van taalkundigen als Van Riemsdijk en Koster hielden zich met deze vragen bezig. Zo stelde Van Riemsdijk bijvoorbeeld voor om PPs als gesloten domeinen te beschouwen, met een kleine opening (de “R-positie”) om te verklaren hoe de – splitsbare – voornaamwoordelijke bijwoorden konden ontstaan.
In de zelfde periode woedde er een discussie in taalkundig Nederland over het gesloten karakter van NPs in relatie tot PP-vooropplaatsing. Uit NPs, zo leek het, kun je in het algemeen niet extraheren. Alle voorbeelden van schijnbare PP-extractie uit NP kunnen ook worden beschouwd als losse PPs. Zo lijkt in een zin als “van Jan stond er een foto in de krant” de PP “van Jan” wel een bijvoeglijke PP (“een foto van Jan”), maar daar kun je vraagtekens bij zetten als je kijkt naar een zin als “van sommige kinderen stond er een foto in de krant”. Immers, als “van sommige kinderen” bijvoeglijk is, dan zou de onderliggende NP luiden “een foto van sommige kinderen”. En deze NP is quantificationele onzin. De quantor “sommige” verdraagt geen narrow scope.
Nou heb ik indertijd wel eens gedacht aan constructies die deze twee verschijnselen (R-extractie uit PPs, extractie uit NPs) combineerden. Je hoort ze veel in discussies over familierelaties: “Zeg ken jij die-en-die? Dat is nog verre familie van me.” “O ja, hoe zit dat dan?” “Nou, mijn vader had een oom, en die z’n moeder had een nicht, en daar weer een zoon van, dat is de grootvader van die-en-die.” U kent die uiteenzettingen. Een minieme bloedverwantschap wordt blootgelegd in afzonderlijke stapjes, waarbij je als argeloze toehoorder het spoor al snel bijster raakt. Het is op zo’n punt in de discussie dat je vaak de titel van dit miniatuurtje hoort.
Nou gaat het me om de frase “daar weer een zoon van”. Wat is dat voor een woordgroep? Gezien het feit dat de woordgroep hier in een herhalend onderwerpconstructie staat (“daar weer een zoon van, dat is de grootvader van die-en-die”) zou je zeggen dat het een NP moet zijn. In dergelijke constructies kun je niet zomaar willekeurige delen van de VP topicaliseren (*”volgens mij Jan, dat is de dader” of *”de president in verwarring gebracht, die zag ik laatst op de TV”).
De gedachte dat “daar weer een zoon van” een NP is wordt ondersteund door de (beperkte) mogelijkheid om het weer in te bedden in een PP: “de vrouw van daar weer een zoon van”, dat lijkt een heel acceptabele woordgroep in de gegeven context. Maar ook de plaatsingsmogelijkheid op de eerste zinsplaats is een sterk argument voor deze stelling: “daar weer een zoon van heeft bij mij in de klas gezeten”. Niks mis mee. “Daar weer een zoon van” is onderwerp.
Maar als “daar weer een zoon van” een NP is, dan is de afleiding problematisch. Uiteraard moet “daar” afkomstig zijn van een PP-interne positie (“van dat”). Via de R-positie van Van Riemsdijk (“een zoon daarvan”) wordt het R-pronomen geeextraheerd naar een NP-initiele positie (“daar een zoon van”). Dat zou betekenen dat ook voor de NP een R-positie moet worden aangenomen. Maar in dat geval zou je verwachten dat je vanuit alle bijvoeglijke PPs R-pronomina kunt extraheren. En dat is niet zo.
R-extractie uit bijvoeglijke PPs lijkt beperkt tot een klasse van functionele PPs. PPs bij relatietermen doen het (“vader, broertje, vrouw, baas, vriend van”), fotonomina (“picture nouns”, zoals “foto, schilderij van, boek over”) en sommige nominalisaties (nomina creationis, zoals “daar de schrijver van”, “daar de bedenker van”).
Ook de distributie van de resulterende NPs is beperkt. Ze kunnen zoals gezegd zelfstandig voorkomen of ingebed in andere PPs (“een handtekening van daar de schrijver van”), maar daarbij is weer niet ieder voorzetsel mogelijk (*”volgens daar de bedenker van”, *”langs daar een schilderij van”).
En ten slotte is verdere extractie uiterst beperkt. De zinssnede “daar de vriend van een zusje van” kan ik, op de toppen van mijn taalkundige tenen staande, nog net hebben. Maar bij “daar de schrijver van een boek over” en “daar de zoon van de bedenker van” haak ik zo ongeveer af.
In mijn dissertatie heb ik voorgesteld om pronomina te beschouwen als determiners in N-projecties van een lager niveau. Getransponeerd naar de huidige inzichten zouden pronomina daarmee DPs worden die ingebed zijn in QPs. Deze N-projecties (DPs dus) konden aan de NP (QP) worden geadjungeerd in constructies als [NP [N2 wij] [NP [QP alledrie] t]] (dat zou dus nu worden [QP [DP wij] [QP alledrie t]]), maar ook in de quantitatieve er-constructie [NP [N2 er] [NP [QP drie] t]] ([QP [DP er] [QP drie t]]). Probleem van deze analyse was, dat van “er drie” niet aangetoond kon worden dat het een woordgroep was. Twee zaken leken vast te staan: het quantitatieve “er” vormde samen met het bijbehorende telwoord geen woordgroep (“er drie”), terwijl het prepositionele “er” dat met het bijbehorende voorzetsel juist wel kon (“erop”). De NP lijkt dus geen R-positie te hebben, de PP wel.
Onze constructie nu gooit dubbel roet in het eten. Niet alleen zijn woordgroepen als “een neef van daar een dochter van”, en zelfs “daar de zoon van een broer van” acceptabel, aantonend dat dat “daar” samen met de NP een woordgroep vormt, maar ook is *”de zoon daar van een broer van” volslagen onacceptabel. Waarom eigenlijk?
Peter-Arno Coppen
(14)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
*-------------------------------------------------------------------------* | | | Informatie over Neder-L: | | ======================== | | Algemene informatie opvragen over Neder-L: stuur mail naar | | listserv@nic.surfnet.nl met daarin de boodschap: GET NEDER-L INFO | | Abonnement nemen op Neder-L: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl | | met als boodschap: SUB NEDER-L uw-voornaam/voorletters uw-achternaam | | Neder-L op het web/WWW: Neder-L-nummers zijn vanaf januari 1997 in | | web-formaat te lezen via: http://baserv.uci.kun.nl/~salemans/ | | Nadere informatie over Neder-L in web-formaat: zie artikel 9706.01 | | Er is ook een WWW-archief met alle e-mailversies van Neder-L sinds | | juni 1992, dat ook op trefwoord doorzocht kan worden; de URL van dit | | listserv-archief: http://listserv.surfnet.nl/archives/neder-l.html | | Neder-L wordt ook verspreid via de Internet-newsgroup bit.lang.neder-l | | Oude Neder-L-bulletins opvragen: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl| | met daarin een boodschap als: GET NEDER-L LOG9206 | | (resultaat: logboek met Neder-L-artikelen van juni '92 wordt gestuurd)| | Of maak gebruik van het listserv-archief (zie enkele regels hierboven)| | Bijdrage voor Neder-L opsturen: stuur mail naar neder-l@nic.surfnet.nl | | Contact met redactie: stuur mail naar Salemans@baserv.uci.kun.nl, naar | | Willem.Kuiper@hum.uva.nl, naar Piet.Verkruijsse@hum.uva.nl (voor de | | evenementenagenda), naar Oostendorp@rullet.leidenuniv.nl (voor | | neerlandistiek op het Web), of naar P.A.Coppen@let.kun.nl | *-------------------------------------------------------------------------**-Einde-------------------- Neder-L, no. 9810.b --------------------------*
Laat een reactie achter