Subject: | Neder-L, no. 0812.b |
From: | “Ben B.J. Salemans” |
Reply-To: | Elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek |
Date: | Wed, 24 Dec 2008 23:55:57 +0100 |
Content-Type: | text/plain |
********************* *-Zeventiende-jaargang----- Neder-L, no. 0812.b -----------ISSN-0929-6514-* | | | ************************************************************ | | * Neder-L, elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek * | | ************************************************************ | | | | Onderwerpen in dit bulletin: | | ============================ | | (1) Rub: 0812.20: Evenementenagenda, met: | | 01. Brussel: 'Over de zin en onzin van "Vlaamse | | poezie"', woensdag 28 januari 2009 | | (2) Vac: 0812.21: Vacature voor een deeltijds (60 procent) assistent | | Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit | | Brussel (deadline: vr 26 december 2008) | | (3) Vac: 0812.22: Vacature voor een (Boekgeschiedenis)onderzoeker naar | | de wisselwerking tussen de Zuid-Nederlandse en de | | Latijns-Amerikaanse boekenmarkten aan de KU Leuven | | (deadline: di 6 januari 2009) | | (4) Med: 0812.23: KANT-conferenties in Gent: Monica van Paemel (op do | | 21 januari 2009), Ludo Abicht (op wo 18 februari | | 2009) en Frank Willaert (op wo 18 maart 2009) | | vertellen over hun werk | | (5) Med: 0812.24: Het woord van het jaar 2008 is bekend: swaffelen | | (6) Med: 0812.25: Oudste schrift nu digitaal: kleitabletten als eerste | | collectie online in nieuwe beeldbank UB VU | | (7) Web: 0812.26: Meer dan 22.000 biografieen online; Instituut voor | | Nederlandse Geschiedenis (ING) en DBNL presenteren het| | digitale Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek | | (8) Lit: 0812.27: Pas verschenen: Ursula Joza. Die mittelniederlaendi- | | sche Theophiluslegende. Text und Kommentar. Herausg. | | von A. Berteloot und P. Wackers. (Norderstedt 2008) | | (9) Sym: 0812.28: Workshop 'Lange Gedichten in de (moderne) Nederlandse | | letterkunde', Utrecht, vr 19 juni 2009 (Oproep tot | | bijdrage) | |(10) Col: 0812.29: Column 65 van Marc van Oostendorp: De Vlaming in mij | |(11) Col: 0812.30: Linguistisch Miniatuurtje CXXVII: Hoger Onderwijs | |(12) Informatie over Neder-L | | | *------------------------- -------wo-24-december-2008-* *********************
(1)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: 24 december 2009
From: F.Petiet <f.petiet@uva.nl>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081220.html
Subject: Rub: 0812.20: Evenementenagenda
=================
Evenementenagenda
=================
Passa Porta, Antoine Dansaertstraat 46, 1000 Brussel
Brussel: ‘Over de zin en onzin van “Vlaamse poezie”‘, woensdag 28 januari 2009, 20.00 uur; entree: EUR 4/5.
- Debat-met-gedichten n.a.v. Hotel New Flandres, aan de vooravond van Gedichtendag. Avond over de zin en onzin van “Vlaamse poezie” Was en is de Vlaamse poezie nog steeds een wereld apart? En hoe divers en vernieuwend is zij de voorbije decennia geweest? Een stevig debat-met-gedichten aan de vooravond van Gedichtendag, naar aanleiding van de vuistdikke en spraakmakende bloemlezing ‘Hotel New Flandres. 60 jaar Vlaamse poezie’ (Poeziecentrum). Met de samenstellers (Erwin Jans, Patrick Peeters en Dirk van Bastelaere), critici Hans Vandevoorde, Marc Reugebrink en Philip Hoorne, en andere stemmen. Moderator is Dirk De Geest (KUL). Georganiseerd door Het beschrijf. Reserveren: http://www.passaporta.be/index.php?q=/passaporta/nl/reservation/ reservation/74/
(2)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: maandag 15 december 2008 22:48
From: Hans Vandevoorde <hans.vandevoorde@vub.ac.be>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081221.html
Subject: Vac: 0812.21: Vacature voor een deeltijds (60 procent) assistent Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit Brussel (deadline: vr 26 december 2008)
==========================================
Vacature assistent Nederlandse letterkunde
aan de Vrije Universiteit Brussel
==========================================
Bij de Vakgroep Taal- en Letterkunde van de Vrije Universiteit Brussel is een betrekking van assistent (60 procent) Nederlandse letterkunde vacant.
Het betreft een tijdelijke aanstelling voor twee jaar, die hernieuwbaar is.
Vereisten:
De kandidaat moet beschikken over een diploma van master in de Taal- en Letterkunde (specialisatie Nederlands) of een gelijkgesteld diploma.
Omschrijving van de functie:
- bijstand bij onderwijs in bachelor;
- ondersteuning van bachelor- en masterproef;
- voorbereiden van een doctoraal proefschrift;
Indiensttreding: 1 maart 2009.
Inlichtingen: hans.vandevoorde@vub.ac.be; tel.: +32/(0)2/629 26 66; +32/(0)9/221 84 93.
Sollicitatie indienen tegen uiterlijk 26 december 2008.
De kandidaten worden verzocht daartoe gebruik te maken van het daartoe bestemde kandidaatstellingsformulier met cumulatieformulier dat gedownload kan worden via http://aivpc34.vub.ac.be/Vacatures_AP/FMPro?-db=Vac_AP.FP3&- format=record_detail.html&RECID=1620&-find of bekomen kan worden bij de Dienst Personeel (tel. +32/(0)2/629.20.02) van de Vrije Universiteit Brussel, Pleinlaan 2 te 1050 Brussel.
Vacaturenummer: LW/2008/017.
(3)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: vr 19-12-2008 19:31
From: Pierre Delsaerdt pierre.delsaerdt@ua.ac.be via p.j.verkruijsse@planet.nl
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081222.html
Subject: Vac: 0812.22: Vacature voor een (Boekgeschiedenis)onderzoeker naar de wisselwerking tussen de Zuid-Nederlandse en de Latijns-Amerikaanse boekenmarkten aan de KU Leuven (deadline: di 6 januari 2009)
========================================================
Vacature voor een
100 procent doctoraatsbursaal Vroegmoderne Geschiedenis,
Subfaculteit Geschiedenis, KU Leuven
========================================================
Functiebeschrijving
De Onderzoekseenheid Geschiedenis van de Nieuwe Tijd van de KU Leuven is op zoek naar een doctoraatsbursaal (100 procent) in het kader van het FWO-Onderzoeksproject G.0533.09 ‘The Infrastructure of Globalisation. The Printing Press of the Southern Netherlands and the Creation of the Spanish Colonial Empire in Peru, 1535-1800’. Dit project van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen kadert in een breder onderzoek naar de rol van het Zuid-Nederlandse drukwerk in de verschillende gebieden van de Spaanse monarchie, in het bijzonder Nieuw-Spanje en, op termijn, Azie.
Van de kandidaat wordt verwacht dat hij over het onderzoeksthema binnen de gestelde termijn een doctoraatsverhandeling in het Engels voorlegt, en dat hij zijn onderzoek voorstelt op internationale colloquia en via publicaties in internationale tijdschriften.
De kandidaat krijgt eveneens een beperkte administratieve opdracht (10 procent) binnen de Onderzoekseenheid.
De functie gaat in vanaf 1 februari 2009 voor de duur van twee jaar, hernieuwbaar.
Functie-eisen
Kandidaten beschikken over:
- een diploma Licentiaat of Master in de Geschiedenis, specialisatie Geschiedenis van de Nieuwe Tijd; zij behaalden hun diploma met minstens onderscheiding
- een uitstekende passieve en actieve kennis van het Spaans
- ervaring met boekgeschiedenis strekt tot voordeel
Additionele informatie
Bijkomende informatie over deze vacature kan U verkrijgen bij de twee promotoren:
Prof. dr. Werner Thomas, KU Leuven
E-mail adres: werner.thomas@arts.kuleuven.be
Prof. dr. Pierre Delsaerdt, Universiteit Antwerpen
E-mail adres: Pierre.Delsaerdt@ua.ac.be
Solliciteren
U kan tot 6 januari 2009 naar deze functie solliciteren via de website van de KU Leuven (http://www.kuleuven.be). Het verdient aanbeveling om uw kandidatuur niet alleen elektronisch in te dienen via de genoemde website van de K.U.Leuven, maar ook via mail te sturen naar de twee promotoren.
(4)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Wed, 17 Dec 2008 15:53:35 +0100
From: KANTL <agenda@kantl.be>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081223.html
Subject: Med: 0812.23: KANT-conferenties in Gent: Monica van Paemel (op do 21 januari 2009), Ludo Abicht (op wo 18 februari 2009) en Frank Willaert (op wo 18 maart 2009) vertellen over hun werk
=====================================================
KANTL-conferenties met Van Paemel, Abicht en Willaert
=====================================================
Net zoals in 2008 organiseert de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde naar aanleiding van nieuw werk van haar leden drie conferenties waarin de auteurs hun publicatie toelichten en, in het geval van creatief werk, er ook uit voorlezen.
De KANTL-conferenties 2009 worden gehouden door Monika van Paemel, Ludo Abicht en Frank Willaert. De auteurs vertellen over hun werk, waarna het publiek met hen in discussie kan treden.
Donderdag 21 januari 2009: Monica van Paemel
Bij Querido verscheen van Monica van Paemel ‘De koningin van Sheba’ en een omnibus met de Van Puynbroeckx-romans: ‘Marguerite’ (1976), ‘De vermaledijde vaders’ (1985) en ‘Celestien’ (2004). Op donderdag 21 januari 2009 geeft de auteur tekst en uitleg over deze publicaties.
Woensdag 18 februari 2009: Ludo Abicht
Ludo Abicht houdt op woensdag 18 februari 2009 een lezing over ‘Het lunapark en andere plekken’, een werk met autobiografische inslag dat bij Uitgeverij Pelckmans verscheen.
Woensdag 18 maart 2009: Frank Willaert
Op woensdag 18 maart 2009 vertelt Frank Willaert over ‘Hadewijchs mystieke Minneliederen’, het eerste deel van Hadewijchs verzamelde werken, die hij samen met Veerle Fraeters bij de Historische Uitgeverij publiceert. Het ensemble Graindelavoix o.l.v. Bjorn Schmelzer zingt bij deze gelegenheid liederen van Hadewijch.
Iedereen is van harte uitgenodigd!
De KANTL-conferenties gaan door in het Academiegebouw in de Koningstraat 18 in Gent. Zij beginnen telkens om 20 uur en worden rond 21.30 uur gevolgd door een kleine drink. De toegang bedraagt 5 euro, voor de drie conferenties samen betaalt men 12 euro.
Info en inschrijvingen: info@kantl.be of 09/265.93.40.
Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde (KANTL)
Koningstraat 18 – B-9000 Gent
Tel: + 32 9 265 93 40 / Fax: +32 9 265 93 49
E-mail: secretariaat@kantl.be
http://www.kantl.be
(5)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Tue, 16 Dec 2008 09:17:14 +0100
From: PR-afdeling Van Dale Uitgevers <PR@vandale.nl>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081224.html
Subject: Med: 0812.24: Het woord van het jaar 2008 is bekend: swaffelen
================================================
Het woord van het jaar 2008 is bekend: swaffelen
================================================
Van 1 t/m 15 december kon gestemd worden op de tien genomineerde woorden voor het Woord van het jaar 2008. Op internetsites, weblogs, nieuwsgroepen en in tv-programma’s werd de afgelopen weken vaak en veel gediscussieerd over de genomineerde woorden en werden er oproepen tot stemmen geplaatst. 55.000 mensen hebben de site http://www.woordvanhetjaar.nl bezocht en ruim 16.000 mensen lieten daar hun stem achter.
Met 57 procent van de stemmen is ‘swaffelen’ winnaar van deze verkiezing en gaat het woord de geschiedenis in als het Woord van het jaar 2008.
De top drie van 2008:
- swaffelen
- wiien
- bankendomino
Definitie van ‘swaffelen’:
‘(van mannen) het geslachtsdeel laten slingeren en moedwillig tegen een object aantikken, o.a. met het oogmerk hierdoor een ander of zichzelf op te winden’
De Woord van het jaar-verkiezing is een samenwerking van Genootschap Onze Taal, dagblad De Pers en Van Dale Uitgevers.
(6)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Thu, 18 Dec 2008 09:20:44 +0100
From: Wendy Faber <W.Faber@ubvu.vu.nl>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081225.html
Subject: Med: 0812.25: Oudste schrift nu digitaal: kleitabletten als eerste collectie online in nieuwe beeldbank UB VU
===================================================================
Oudste schrift nu digitaal
Kleitabletten als eerste collectie online in nieuwe beeldbank UB VU
===================================================================
De Universiteitsbibliotheek van de Vrije Universiteit Amsterdam bezit een kleine collectie 5000 jaar oude archeologische voorwerpen uit het Nabije Oosten, bestaande uit 49 kleitabletten en 94 andere voorwerpen (de collectie Van der Meer-Cools).
Dit collectieonderdeel van de bibliotheek wordt nu als eerste digitaal aangeboden in de nieuwe beeldbank, vergezeld van de beschikbare gegevens uit de literatuur. De voorwerpen zijn vanuit verschillende invalshoeken gefotografeerd (boven-, onder- en zij- aanzichten).
Beeldbank (UB VU)
De beeldbank van de Universiteitsbibliotheek gaat beelden en beschrijvingen bevatten van verschillende collecties uit het bezit van de UB, waaronder de Bijzondere Collecties en het Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme (HDC).
Toekomst
Binnenkort al wordt de portrettencollectie opgenomen (ca. 1500 gegraveerde portretten).
In 2009 zullen nog worden toegevoegd:
- alle historische kaarten van de VU (tot 1900)
- de gehele brievencollectie (16e tot 19e eeuw)
- de verzameling handschriftfragmenten.
Op dit moment worden deze collecties gedigitaliseerd en, waar nodig, beschreven. Een online bestelmodule ligt ook in het verschiet.
Meer informatie
Ga voor meer informatie naar:
http://imagebase.ubvu.vu.nl
http://imagebase.ubvu.vu.nl > about
(7)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: di 16-12-2008 14:14
From: dbnl <nieuws@dbnl.org>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081226.html
Subject: Web: 0812.26: Meer dan 22.000 biografieen online; Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (ING) en DBNL presenteren het digitale Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
=============================================================
16 december 2008 – nieuws van de DBNL:
Meer dan 22.000 biografieen online
Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (ING) en Digitale Bibliotheek Voor de Nederlandse Letteren (DBNL) presenteren het digitale Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
=============================================================
In de jaren 1911-1937 verscheen in tien delen het ‘Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek’, een lexicon met meer dan 22.000 beknopte biografieen van belangrijke of op zijn minst opvallende Nederlanders. Er was door meer dan honderd vooraanstaande historici decennialang aan gewerkt, en het is sindsdien een van de monumenten van de Nederlandse geschiedschrijving. Het NNBW geldt nog altijd als een Fundgrube van onschatbare waarde bij geesteswetenschappers, journalisten en genealogen.
Het NNBW is een unieke samenwerking van het ING en de DBNL; dit tiendelige werk is nu integraal gedigitaliseerd en volledig doorzoekbaar gemaakt. Voor het ING betekent dit een belangrijke stap in de vorming van een groot biografisch ‘portaal’, waar het o.a. samen met de DBNL de voorbereidingen voor treft. Bovendien kan het NNBW worden beschouwd als de voorganger van en het complement voor het prestigieuze project ‘Biografisch Woordenboek van Nederland’, waarvan vorige week bij het ING het zesde deel verscheen. Voor de DBNL betekent het gereedkomen van dit project dat de hoeveelheid personen van wie op http://www.dbnl.org biografische informatie te vinden is, bijna verdubbeld wordt.
NNBW bij het ING: http://www.inghist.nl/retroboeken/nnbw/
NNBW bij DBNL: http://www.dbnl.org/tekst/molh003nieu00_01/
Zie ook: http://www.dbnl.org/nieuws/16122008.htm
(8)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Wed, 17 Dec 2008 10:27:24 +0100
From: Amand Berteloot <bertelo@uni-muenster.de>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081227.html
Subject: Lit: 0812.27: Pas verschenen: Ursula Joza. Die mittelniederlaendische Theophiluslegende. Text und Kommentar. Herausg. von A. Berteloot und P. Wackers. (Norderstedt 2008)
==============
Pas verschenen
==============
Ursula Joza. Die mittelniederlaendische Theophiluslegende. Text und Kommentar. Herausgegeben von Amand Berteloot und Paul Wackers. Norderstedt, Books on Demand, 2008. ISBN 978-3-8370-6495-7; EUR 19,80. Bestellen via: http://www.bod.de/index.php?id=296&objk_id=182809
Omstreeks 650 werd de oudste versie van de legende van Theofilus opgeschreven door Eutychianus, die beweert ooggetuige van het gebeuren te zijn geweest. Paulus Diaconus, een benedictijn uit de 8e eeuw, vertaalde deze Griekse tekst in het Latijn. Dankzij de Latijnse versie werd de legende in heel Europa bekend en er ontstonden talrijke bewerkingen in verschillende volkstalen.
In haar dissertatie, die zij op 7 oktober 2005 aan het Institut fuer Niederlaendische Philologie van de Westfaelische Wilhelms- Universitaet te Muenster verdedigde, bestudeerde Ursula Joza de Middelnederlandse legende.
Haar boek presenteert een kritische, geannoteerde editie van de tekst uit het Hulthemse Handschrift en een daarbij aansluitend onderzoek, waarin ze het verhaal vooral vanuit theologisch- liturgisch perspectief bekijkt. De auteur vergelijkt de tekst uit het Hulthemse Handschrift met de Latijnse brontekst en met andere Nederlandse en Duitse versies. Ze gaat de discussie aan met de vroegere uitgevers van het Nederlandse gedicht en pleit voor een opwaardering van de esthetische kwaliteit van de tekst. Ze levert en passant ook argumenten voor een datering ervan in de 13de eeuw.
Ursula Joza was als gevolg van een ernstige ziekte niet meer in staat om haar dissertatie zelf persklaar te maken. Ze overleed in maart 2007. Haar manuscript werd bewerkt en posthuum uitgegeven door de beide neerlandici die in 2005 deel uitmaakten van de promotiecommissie.
Het boek is verschenen bij de uitgeverij Books on Demand GmbH te Norderstedt en is via de boekhandel resp. via www.bod.de (http://www.bod.de/index.php?id=296&objk_id=182809) verkrijgbaar (ISBN 978-3-8370-6495-7). Op dit adres kunnen ook kostenloze recensie-exemplaren aangevraagd worden.
(9)-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: ma 15-12-2008 14:19
From: Fabian Stolk <F.R.W.Stolk@uu.nl>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081228.html
Subject: Sym: 0812.28: Workshop 'Lange Gedichten in de (moderne) Nederlandse letterkunde', Utrecht, vr 19 juni 2009 (Oproep tot bijdrage)
===================================================================
Workshop ‘Lange Gedichten in de (moderne) Nederlandse letterkunde’, Utrecht, vrijdag 19 juni 2009
Oproep tot bijdrage
===================================================================
Naast de dichtvorm die vandaag het populairst is, het korte, lyrische gedicht, bestaan er lange gedichten, epische gedichten: van Gorters ‘Mei’ tot Spinoys ‘L’, van Boons ‘kleine eva’ tot Ankers ‘Goede manieren’, en nog vele ervoor, ertussen en erna, romantisch of symbolistisch, modernistisch, dan wel postmodernistisch. Binnen de Nederlandstalige letterkunde worden deze teksten niet veronachtzaamd, maar toch zelden als aparte soort benaderd en onderzocht. Om expliciet aandacht te schenken aan het lange, het verhalende gedicht, en om te verkennen of onderzoek van deze tekstsoort zo vruchtbaar is als wij vermoeden, nodigen wij vakgenoten en vakverwanten uit tot deelname aan een workshop.
De workshop is explorerend van opzet en komt voort uit ons recente onderzoek. We nodigen bij deze collega’s uit die, elk in een bijdrage van maximaal vijftien minuten, willen reageren op een of meer van de door ons geformuleerde – elkaar soms tegensprekende – stellingen, en wel aan de hand van een door henzelf als ‘prototypisch’ lang of episch ervaren gedicht naar keuze (zie voor suggesties de ‘grosllijst’ op de website). We verwachten geen volledig dichtgetimmerde, universeel geldende betogen, wel kritische, polemische vakkundige referaten, waarop iedereen verder door kan denken en die tijdens de workshop tot een vruchtbare discussie kunnen leiden.
De workshop vindt plaats op vrijdag 19 juni 2009, 11.00 – 17.00 uur, in de Sweelinckzaal, Drift 21 te Utrecht.
Een voorstel voor een bijdrage kunt u voor 15 februari 2009 bezorgen aan dietlinde.willockx@ua.ac.be.
We vragen van u:
- een aanduiding van de stelling(en) waarop u reageert (de stellingen worden aan het eind van dit bericht weergegeven)
- een kernachtig resume van het referaat (max. 150 woorden)
- de titelbeschrijving van de tekst die u als uitgangspunt voor uw reflectie hanteert.
We stellen het op prijs als niet alleen de canon wordt behandeld, maar ‘Mei’, ‘Bezette stad’, ‘Awater’, ‘Tempel en kruis’, ‘Pornschlegel’ en dergelijke meer kunnen zeker als referentiekader worden ingezet.
Zie voor deze tekst, de stellingen en de groslijst ook: http://www.let.uu.nl/~Fabian.Stolk/personal/WorkshopLangeGedichten.htm
of http://www.ua.ac.be/dietlinde.willockx (klikken op documenten).
Dr. Dietlinde Willockx
Universiteit Antwerpen
Departement Letteren
Grote Kauwenberg 19
2000 Antwerpen
dietlinde.willockx@ua.ac.be
Telefoon 032204286
Dr. Fabian R.W. Stolk
Universiteit Utrecht
Departement Nederlands / OGC
Trans 10
3512 JK Utrecht
F.R.W.Stolk@uu.nl
Telefoon 030 253 81 83 / 06 207 196 22
Stellingen Workshop Lange Gedichten, Utrecht 19 juni 2009
- Er moet onderscheid gemaakt worden tussen diverse soorten poetische teksten: lange, epische, verhalende, anekdotische gedichten, gedichtencycli, reeksen.
- Een lang gedicht is ‘episch’ te noemen wanneer de narratieve structuur minstens een vertelinstantie omvat en een personage dat handelt en spreekt.
- Elke literaire tekst is als een verhalende tekst te lezen. Het narratieve kan geen criterium zijn voor het onderscheid tussen korte, lange en epische gedichten.
- Analyse van het narratieve element van (lange en korte) gedichten kan inzichten in de betekenisstructuur van die gedichten opleveren.
- Anders dan een kort, lyrisch gedicht zoekt een lang gedicht altijd actief naar een houding ten opzichte van de maatschappij, de wereld waarin het is ontstaan.
- Een lang gedicht vertegenwoordigt het collectieve geheugen, ook in de moderne tijd.
- Typisch lyrische thema’s zoals liefde, en natuur- of stad- en land-evocaties komen in lange gedichten zondermeer voor, terwijl ze in epische gedichten in functie staan van het in de plot verbeelde ethische of esthetische thema.
- Poetische vormkenmerken – zoals uiteenlopende vormen van rijm, aansprekingen, enjambementen, antimetrieen – functioneren in lange gedichten anders dan in korte.
- Het lange gedicht in de moderne tijd heeft een andere functie en status dan het vroegere epos of het berijmde verhaal.
- Het onderscheid tussen diverse soorten lange/epische/verhalende (etc.) gedichten is futiel en zinloos.
(10)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Date: Tue, 23 Dec 2008 10:37:00 +0100
From: Marc van Oostendorp <marc.vanoostendorp@gmail.com>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081229.html
Subject: Col: 0812.29: Column 65 van Marc van Oostendorp: De Vlaming in mij
=================
De Vlaming in mij
=================
Ik heb mezelf leren kennen terwijl ik de afgelopen maanden meewerkte aan het tweede deel van de Morfologische Atlas van de Nederlandse Dialecten (MAND), dat binnenkort verschijnt. Zo heb ik de Vlaming in mij ontdekt.
Dat zit zo. Taalkundigen zeggen meestal dat we in het Nederlands twee rijtjes persoonlijk voornaamwoorden hebben. De Algemene Nederlandse Spraakkunst (ANS) noemt het ene rijtje “vol”: “ik”, “jij”, “hij”, “zij”, “het”, “wij”, “jullie”, “zij”. Het andere rijtje heet “gereduceerd”: “‘k”, “je”, “ie/die”, “ze”, “’t”, “we”, “je”, “ze”. Die terminologie suggereert dat het gereduceerde rijtje door middel van klankverandering is afgeleid van het volle rijtje. Zoals je het woord “minuut” informeel als “menuut” kunt uitspreken, zo kun je we zeggen in plaats van “wij”.
Historisch zijn de vormen ongetwijfeld op die manier aan elkaar gerelateerd, maar sinds het Utrechtse proefschrift van Egon Berendsen (1986) weten we dat in het moderne Nederlandse de twee rijtjes echt twee losse rijtjes zijn. “Je” en “jij” zijn bijvoorbeeld echt verschillende woorden, die deels verschillende dingen betekenen (“je wordt moe” kan zoiets betekenen als “men wordt moe”, maar “jij wordt moe” kan dat niet).
Nu is er met twee vormen in het gereduceerde rijtje nog iets bijzonders aan de hand. Dat blijkt al uit de spelling: “‘k” en “’t” worden zonder klinker geschreven, en volgens de ANS soms zo uitgesproken. Over “‘k” zegt de ANS (paragraaf 5.2.3.1, http://www.let.ru.nl/ans/e-ans/05/02/03/01/body.html) bijvoorbeeld:
“De (…) als “‘k” gespelde gereduceerde enkelvoudige onderwerpsvorm kan als sjwa + “k” en als “k” worden uitgesproken: het eerste vooral na medeklinkers (“heb ‘k”, “toen ‘k”), het tweede vooral voor medeklinkers en na klinkers (“‘k zou”, “zou ‘k”).”
Over “’t” zegt de ANS iets soortgelijks (http://www.let.ru.nl/ans/e- ans/05/02/05/01/body.html). Daardoor ontstaat gemakkelijk het idee dat het verschil tussen [k] en [uk] of [t] en [ut] een puur uitspraakverschil is, gebaseerd op principes van welluidendheid.
Als je daar even over nadenkt, en de juiste voorbeelden erbij zoekt, merk je dat dit niet precies klopt. Zo klinkt “kep” voor “ik heb” in mijn oren veel minder vreemd dan “koor” voor “ik hoor”, terwijl toch in allebei de gevallen het volgende woord met een klinker begint (of eigenlijk met een [h], maar die valt weg). Op dezelfde manier zeg ik makkelijker “ksal” voor “ik zal” dan “kseg” voor “ik zeg” en “kben” voor “ik ben” dan “kbeloof” voor “ik beloof”.
Hoe zit dat? “Hebben”, “zullen” en “zijn” kun je allemaal gebruiken als hulpwerkwoord, “horen”, “zeggen” en “beloven” niet. Kennelijk hecht de vorm met alleen de medeklinker zich makkelijker aan hulpwerkwoorden dan aan zelfstandige werkwoorden, in ieder geval voor mijn taalgevoel.
Maar verbazingwekkend genoeg wordt dat taalgevoel weerspiegeld in het landschap van het Nederlandse taalgebied. In de database van het zogenoemde Goeman-Taeldeman-Van Reenen Project (GTRP) zitten gegevens over hoe dialectsprekers in 613 plaatsen in Nederland en Vlaanderen (inclusief Frans-Vlaanderen) allerlei Nederlandse woorden en zinnetjes in hun dialect vertaalden. De MAND is op deze database gebaseerd. Als we de plaatsen op de kaart zetten waar mensen spontaan “ik heb” vertaalden met “kep” of “ik hoorde” met “koorde” krijgen we het volgende:
[kep.jpg], [koorde.jpg]
Het “kep”-gebied is duidelijk veel groter dan het “koor”-gebied. Kep zegt men in heel Vlaanderen, en koor in een kleiner gebied. De gebieden worden nog kleiner als we “ksal” en “kseg” met elkaar vergelijken:
[ksal.jpg], [kseg.jpg]
De gebieden zijn kleiner, maar het effect is hetzelfde: “kseg” wordt in veel minder plaatsen gezegd dan “ksal”. (Deze kaarten staan overigens niet in de MAND, ze zijn exclusief voor Neder-L gemaakt.)
Ik ben Hollands als het gras en mijn dagen in West-Vlaanderen zijn op de vingers van een hand te tellen. Hoe is het dan mogelijk dat mijn taalgevoel overeenkomt met een geografisch patroon dat we elders vinden? Al kan ik het niet bewijzen, ik vermoed dat alle sprekers hetzelfde gevoel hebben over het verschil tussen hulpwerkwoorden en zelfstandige werkwoorden. Alleen trekt in Vlaanderen de klinkerloze vorm sterker dan in Nederland, en zullen deelnemers aan een enquete dus in meer gevallen voor zo’n vorm kiezen.
Er zijn twee schalen: de een is (grofweg) “keb”-“koor”-“ksal”- “kseg”; de ander is geografisch met Frans Vlaanderen als het middelpunt. De kans dat persoon x bij werkwoord y een klinkerloze vorm van “ik gebruikt is volgens een wiskundige formule te berekenen uit die twee schalen.
En zo zit er in ons allemaal een Vlaming.
Marc van Oostendorp
(11)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=
Thu, 18 Dec 2008 09:50:55 +0100 [18-12-08 09:50:55 CET]
From: Peter-Arno Coppen <P.A.Coppen@let.ru.nl>
URL: http://www.neder-l.nl/bulletin/2008/12/081230.html
Subject: Col: 0812.30: Linguistisch Miniatuurtje CXXVII: Hoger Onderwijs
=================================
Linguistisch Miniatuurtje CXXVII:
Hoger Onderwijs
=================================
Geachte heer van het octrooibureau,
Uw vraag naar een grammaticaal advies ten aanzien van een formulering uit een octrooiaanvraag van uw client brengt mij in een lastig parket. U legt mij een bepaalde formulering voor (‘Het eerste vlak is hoger dan het tweede vlak’), en vraagt mij wat de meest waarschijnlijke bedoeling van uw client is geweest.
Welnu, geachte heer van het octrooibureau, de beste manier om de bedoeling van een taalgebruiker te bepalen is domweg te vragen wat hij of zij bedoeld heeft. Taalkundig gezien heeft de taalgebruiker een bedoeling verpakt in een talige code, die vervolgens door de lezer weer wordt geinterpreteerd tot -hopelijk- dezelfde bedoeling.
Ik begrijp natuurlijk wel dat er een juridisch conflict kan ontstaan als de lezer een andere bedoeling uit de tekst haalt dan de schrijver beweert erin gestop te hebben, maar in de taalfilosofie is het nog maar de vraag of de tekst een objectieve betekenis heeft die onafhankelijk is van beide taalgebruikers.
Ik zal proberen mij uit deze netelige kwestie te redden door uw probleem ‘filologisch’ te benaderen. Ook de filoloog immers bestudeert teksten waarvan de oorspronkelijke lezers en schrijvers in het algemeen niet meer geconsulteerd kunnen worden.
Centraal in de aangehaalde passage staat de constructie ‘hoger zijn dan’. Deze constructie kan een aantal kwalitatieve betekenissen hebben, die in de specifieke context van de tekst niet van belang zijn. Zo kan ‘hoger’ verwijzen naar een waarde (‘wij schatten deze vaas hoger in dan die andere’) of een plaats in een rangorde (‘een generaal is hoger dan een kolonel’).
Het is evident dat in de context van twee vlakken waarvan er een hoger is dan het ander, de ruimtelijke betekenissen van ‘hoger’ voor de hand liggen. Dat zijn er twee: ‘hoger dan’ kan betrekking hebben op een verticale afmeting, dan wel op een positie in de ruimte. Echter, het moet worden opgemerkt dat in de context van deze tekst, in beide betekenissen de verbinding met het werkwoord ‘zijn’ ongebruikelijk is.
Wanneer van twee objecten gezegd wordt dat het een hoger is dan het ander, dan wordt gewoonlijk de verticale afmeting bedoeld, gemeten vanaf een gezamenlijk basisniveau. Zo kan van twee gebouwen gemakkelijk worden gezegd dat het een hoger is dan het ander, en hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld bergen of meubelstukken. Een tafel kan hoger zijn dan een andere tafel, maar daarvoor dienen ze wel (eventueel in gedachten) naast elkaar te worden neergezet.
Dat komt omdat ‘hoog’ niet zomaar een lengtemaat is, maar een doelgerichte orientatie heeft. Hoogte is een eigenschap die betrekking heeft op een zekere uitgestrektheid vanuit een basisniveau in opwaartse richting. Daarmee is ‘hoog’ de tegenhanger van ‘diep’. Wie van iets zegt dat het hoog is, rekent doorgaans vanaf een al dan niet impliciet basisniveau (vaak het niveau waarop de spreker zich zelf bevindt).
In de voorliggende tekst is er sprake van twee vlakken die juist niet hetzelfde basisniveau hebben (het ene vlak begint lager dan het tweede vlak, meer precies: ze liggen aangrenzend boven elkaar). Om toch van die twee vlakken te zeggen dat het een hoger is dan het ander, zou je ze in gedachten naast elkaar moeten projecteren. Dat vereist een ongebruikelijke semantische abstractie.
Het woord ‘hoog’ kan ook verwijzen naar een absolute positie van een object, maar dan gaat het niet meer om een eigenschap, maar om een plaatsbepaling. Dat is het verschil tussen het predicatieve gebruik (als eigenschap) en het bijwoordelijke gebruik (als plaatsbepaling). Predicaten kunnen worden gecombineerd met koppelwerkwoorden, bijwoordelijke bepalingen alleen met zelfstandige werkwoorden. Als je van een object wilt zeggen dat het een hoge positie inneemt, dan zul je niet zo gauw zeggen dat het ‘hoog is’, maar eerder dat het ‘hoog zit’, ‘hoog staat’, ‘hoog ligt’, of uitgebreidere omschrijvingen gebruiken zoals ‘zich hoog bevindt’, ‘hoog gelegen is’, ‘hoog geplaatst is’, en dergelijke. Ook hier is dan ‘hoog gemeten vanaf een basisniveau.
Ook in een vergelijking ‘hoger dan’ is de bijwoordelijke lezing in combinatie met het werkwoord ‘zijn’ zeer ongebruikelijk. Het werkwoord ‘zijn’ kan wel in de betekenis “zich bevinden” zelfstandig gebruikt worden (‘ik ben in het park’), maar in combinatie met ‘hoog’ of ‘hoger’ is dit onwaarschijnlijk. Wellicht kan de ene alpinist tegen de andere zeggen ‘Ik ben al hoger dan jij’, maar dan kan volgehouden worden dat hij het heeft over de afgelegde verticale afstand, gemeten vanaf een gezamenlijk basisniveau, waardoor het toch eerder afmeting dan positie betreft.
Hoewel dus de combinatie van ‘hoger dan’ met het werkwoord ‘zijn’ in beide betekenissen ongebruikelijk is, is de predicatieve lezing (‘zijn’ als koppelwerkwoord en ‘hoger’ als eigenschap) in het algemeen waarschijnlijker dan de bijwoordelijke lezing (‘zijn’ als zelfstandig werkwoord en ‘hoger’ als bijwoordelijke bepaling).
In de context van uw octrooiaanvraag zijn er alleen maar aanwijzingen die deze uitspraak bevestigen, en geen aanwijzingen die daartegen pleiten. De betreffende passage ‘het eerste vlak is hoger dan het tweede vlak’ verwijst naar een figuur waarin de afmetingen van de vlakken weergegeven zijn met dubbele pijlen, die nader zijn toegelicht in de volgende passage: ‘…waarvan de hoogte in de tekening met de pijlen I en II is aangegeven’. Uit de pijlen I en II blijkt dat de auteur de term hoogte gebruikt om te verwijzen naar de verticale afmeting van beide vlakken. Waar in de tekst wordt gesproken over ‘hoger zijn dan’ worden dus kennelijk beide hoogtes (=verticale afmetingen) met elkaar vergeleken, ook al is dit op grond van het ontbreken van een gezamenlijk basisniveau ongebruikelijk.
Er staan ook passages in de tekst die de uitspraak bevestigen dat het bijwoordelijke ‘hoger dan’ gewoonlijk met andere werkwoorden dan ‘zijn’ wordt gebruikt. Zo staat elders in de tekst de formulering ‘waarbij het eerste vlak zich boven het tweede vlak bevindt’. De auteur gebruikt hier niet de formulering ‘waarbij het eerste vlak hoger is dan het tweede vlak’.
Deze overwegingen leiden dus duidelijk tot een conclusie: met de formulering ‘hoger zijn dan’ wordt in deze tekst kennelijk op verticale afmeting gedoeld. Dat is mijn uitspraak, en daar zult u het mee moeten doen.
Met vriendelijke groet,
Peter-Arno Coppen
Nawoord redactie Neder-L:
Dit Miniatuurtje is een bewerking door P.A. Coppen van een echt advies van zijn hand; het is dus geen fake zoals u misschien zou verwachten. De belanghebbende heeft geen bezwaar tegen publicatie op deze manier.
(12)=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-= *-------------------------------------------------------------------------* | | | Informatie over Neder-L: | | ======================== | | Algemene informatie opvragen over Neder-L: stuur mail naar | | listserv@nic.surfnet.nl met daarin de boodschap: GET NEDER-L INFO | | Abonnement nemen op Neder-L: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl | | met als boodschap: SUB NEDER-L uw-voornaam/voorletters uw-achternaam | | Neder-L op het web/WWW: Neder-L-nummers zijn vanaf januari 1997 in | | web-formaat te lezen via: http://www.neder-l.nl/ | | Nadere informatie over Neder-L in web-formaat: zie artikel 9706.01 | | Er is ook een WWW-archief met alle e-mailversies van Neder-L sinds | | juni 1992, dat ook op trefwoord doorzocht kan worden; de URL van dit | | listserv-archief: http://listserv.surfnet.nl/archives/neder-l.html | | Oude Neder-L-bulletins opvragen: stuur mail naar listserv@nic.surfnet.nl| | met daarin een boodschap als: GET NEDER-L LOG9206 | | (resultaat: logboek met Neder-L-artikelen van juni '92 wordt gestuurd)| | Of maak gebruik van het listserv-archief (zie enkele regels hierboven)| | Bijdrage voor Neder-L opsturen: stuur mail naar salemans@neder-l.nl | | Contact met redactie: stuur mail naar Salemans@neder-l.nl, naar | | f.petiet@uva.nl (voor de evenementenagenda), Willem.Kuiper@uva.nl, | | P.J.Verkruijsse@uva.nl, Marc.van.Oostendorp@meertens.knaw.nl of | | of naar P.A.Coppen@let.ru.nl | *-------------------------------------------------------------------------* *-Einde-------------------- Neder-L, no. 0812.b --------------------------*
Laat een reactie achter