Er is er een polemiek ontstaan naar aanleiding van het stuk van Marc van Oostendorp met de titel ‘Boycot het Taalunie-feestje‘ over de beslissing van de Taalunie om drastisch te snijden in de voorzieningen voor het onderwijs Nederlands in het buitenland. Geert Joris, de algemeen secretaris van de Taalunie, reageert daarop onder de titel Waar is dat feestje? Vervolgens komen daar vanuit verschillende hoeken dan weer reacties op. Een geluid van de werkvloer van de Taalunie ontbreekt echter nog. Hoe komt zo’n beslissing eigenlijk tot stand en is er binnen de organisatie draagvlak voor? Als senior adviseur voor het beleidsterrein van het onderwijs Nederlands in het buitenland binnen het Algemeen Secretariaat licht ik een tipje van de sluier op.
Jaap de Jong zegt
Dits is een veelbetekenend geluid van binnenuit de Taalunie. Ik neem aan dat Geert Joris hierover opnieuw het gesprek zal willen aangaan.
Camiel Hamans zegt
Met deze informatie kan de heer Joris nu wel inpakken. In zijn reactie op Marc van Oostendorps kritiek gaf Joris aan dat hij weliswaar inhoudelijk niet deskundig is, maar zijn staf wel, daarmee suggererend dat die staf geraadpleegd was en achter de beslissingen stond. Opnieuw een voorbeeld van management dat zonder inhoudelijke kennis van zaken beleid meent te kunnen voeren.