Deze maand verschijnt het prozadebuut van Felix Timmermans op DBNL. Schemeringen van de dood verscheen oorspronkelijk in 1910 en betekende voor de op dat moment jonge schrijver zijn grote doorbraak. Het boek bestaat uit zes mysterieuze, bijna spookachtige verhalen die aan Edgar Allen Poe doen denken. Dit in tegenstelling tot zijn latere klassieker Pallieter, die volgens M. Dupuis ‘eerder een lofzang op de levensvreugde’ is.
Willem Albert Bachienne werd geboren in 1712 en was behalve predikant goed thuis in de geografische wetenschap van zijn tijd. Zijn Beknopte beschryving nevens eene naauwkeurige afgezette kaart der Zeven Vereenigde Nederlanden uit 1793 is een geografisch werk dat een boeiende weergave biedt van Nederland, zoals we het vandaag niet meer kennen, en het territorium van België, dat toen nog opgericht moest worden.
Fritzi ten Harmsen van der Beek is een bekende naam uit het Nederlandstalige dichterspantheon van de twintigste eeuw. Met haar debuutbundel Geachte Muizenpoot en achttien andere gedichten had zij die positie in 1965 bijna onmiddellijk verworven. Zij bracht volgens recensenten onconventionele, grotesk aandoende poëzie. Hugo Claus waagde het zelfs haar toen ‘de beste hedendaagse dichter’ te noemen.
Verder publiceert DBNL deze maand ook nog het lijvige, goed ontvangen proefschrift Multatuli. Leven en werk van Eduard Douwes Dekker van Dik van der Meulen uit 2002 en de vroege bundel met natuurlyriek Het veerhuis van Ida Gerhardt uit 1945.
Laat een reactie achter