Door Emma Kemp
Vertellen dat mijn moeder, en later mijn vader, was overleden, voelde voor mij al snel als een soort zakelijke aangelegenheid. Ik herhaalde het nieuws zo vaak, dat ik het bericht liever als telegram had opgestuurd:
Droevig nieuws: vader dood STOP datum crematie volgt STOP
Deze gedachte had ik nadat ik het artikel ‘Welke woorden werken bij slecht nieuws?’ las in Onze Taal, geschreven door Saskia Aukema. Ook begon ik me af te vragen wat de reden is dat je bepaalde woorden graag hoort als je iemand hebt verloren, en waarom andere helemaal niet.
De uitspraak ‘ik weet niet wat ik moet zeggen’ horen, als je vertelt dat een dierbare is overleden, is voor mij één van de geruststellendste zinnen. Daarom vond ik het vreemd dat deze pas op nummer 7 in het artikel stond (van de 7). Ik begrijp de opzet wel: je stuurt de lezer naar huis met wat tips, een paar woorden die altijd kunnen. Maar deze uitspraak staat voor mij op nummer 1. Ik hoor liever ‘ik weet niet wat ik moet zeggen’ nadat ik iemand laat weten dat een dierbare is overleden, dan dat iemand vragen stelt of ‘wat vervelend voor je’ zegt.
Verwachtingen
Uit het artikel in Onze Taal kwam ook naar voren dat niet iedereen de uitspraak ‘sterkte’ waardeert. Wat zou er zo vervelend zijn aan dat woord? Ik denk dat het ‘m hier in zit: deze uitspraak suggereert dat de gebeurtenis tijdelijk is. ‘Sterkte’ zegt eigenlijk: ‘dit is een moeilijke periode, maar je komt er wel doorheen’, terwijl je allesbehalve denkt aan de tijd dat de moeilijke periode voorbij zal zijn. Je wilt niet door de periode heen, je wilt dat de persoon die is overleden, terugkomt. Zoals Saskia Aukema citeert: ‘Waarom zou je sterk moeten zijn?’ Bovendien: het is ontzettend moeilijk om sterk te zijn als je iemand hebt verloren, en niemand verwacht dat van je. Door ‘sterkte’ te zeggen, wek je juist de suggestie dat je niet te veel mag huilen, je je ergens doorheen moet slaan, terwijl je het liefst stil blijft staan. En dat zul je door de jaren heen nog regelmatig voelen, want de gebeurtenis is niet tijdelijk.
Zo geven uitspraken als ‘wat zul je haar missen’ en ‘wat vervelend voor je’ mij juist de kriebels. Net als ‘sterkte’ schept het een verwachting. Wat als je iemand op zo’n moment niet mist? Is er dan iets mis met je? Wat als je een overlijden soms niet als iets vervelends ziet, omdat diegene geen pijn meer heeft? De reactie lijkt heel meelevend en empathisch, maar eigenlijk zegt het precies hetzelfde als ‘ik weet precies hoe je je voelt’, en daarmee komen we bij punt 4 van het artikel uit Onze Taal: ‘Wees terughoudend met het ‘invullen’ van iemands situatie’ (oké, de voorbeelden in het artikel zijn iets extremer als het om ‘invullen’ gaat).
Alternatieven
Wat vind ik dan wél een goede reactie? ‘Was het maar niet zo’, komt bij me op. ‘Ik kan het niet bevatten’ of ‘ik kan me niet voorstellen dat hij er niet meer is’: iets wat je vóelt, iets wat echt is. Of huilen. En dan meehuilen. En vooral niet iets zeggen wat verwachtingen schept.
Daarom werkt ‘ik weet niet wat ik moet zeggen’ ook zo goed (voor mij, en ik denk ook voor veel anderen). Omdat dat iets is wat je voelt, omdat je de hele situatie even niet kunt bevatten, je je niet kunt voorstellen dat iemand er niet meer is. Misschien weet je helemaal niet hoe je je voelt na zo’n bericht, en moet het nieuws even landen. Het hoeft namelijk niet altijd om de boodschapper te gaan, de ontvanger heeft net ook een heel vervelend bericht gehoord. En soms heeft niemand zin om iets te zeggen, ook daarom werkt ‘ik weet niet wat ik moet zeggen’: daar hoeft niemand antwoord op te geven. Net als op een telegram.
Tot slot
Vandaag zei een vriendin nog tegen mij, nadat ze het overlijden van mijn ouders noemde: ‘ik hoop niet dat ik je er nu weer aan herinnerd heb’, in het artikel ook genoemd als één van de zinnen die je beter niet kunt zeggen. Ik vind het echter niet erg om aan mijn ouders herinnerd te worden, want dat betekent dat ik niet alleen aan ze denk, maar een ander ook.
Laat een reactie achter