Door Lieven Buysse, Lars Bernaert, Kristoffel Demoen, Elke D’hoker, Patrick Goethals, Liesbet Heyvaert, Alex Housen, Tanja Mortelmans, Paul Pauwels, Ann Peeters, Esli Struys, Erwin Snauwaert, An Vande Casteele, Kornee Van der Haven en Toon Van Hal.
De taalvaardigheid van instromende hogeschoolstudenten daalt: 18-jarigen weten niet meer wat woorden zoals empathie of impliceren betekenen, zo blijkt uit onderzoek van Odisee (DS 20/5). Het is maar een van de tekenen die erop wijzen dat de talenkennis van Vlaamse jongeren erop achteruit gaat. In 2016 bijvoorbeeld suggereerde het PIRLS-onderzoek – dat het niveau van begrijpend lezen in het vierde leerjaar peilt – dat de leesvaardigheid in Vlaanderen in vrije val is. Ook voor de vreemde talen werd al herhaaldelijk aangetoond dat het instroomniveau in het hoger onderwijs erop achteruitgaat. Het is tijd om in te grijpen.
Al te vaak wordt talenkennis verengd tot het louter instrumentele doel van een boodschap kunnen verstaan en zelf produceren. Uiteraard is dat een basisvereiste, maar belangrijker nog is dat taal de toegangspoort vormt naar de meest essentiële vaardigheden voor de samenleving van vandaag: kennis, inzicht en kritisch en probleemoplossend denken. Om die vaardigheden te ontwikkelen, is talenonderwijs nodig dat voorbijgaat aan het of/of-verhaal dat hetzij bijna uitsluitend inzet op communicatieve competenties hetzij op lexicale en grammaticale kennis. Uiteraard moet een mondige burger in de 21ste eeuw zich perfect kunnen uitdrukken in zijn of haar moedertaal en verschillende vreemde talen, maar dat lukt enkel met het stevige fundament van taalinzicht.
Taal biedt ook een economisch toegangsticket. In bijna elke functie kan enkel wie voldoende taalvaardig is, een duidelijke meerwaarde betekenen voor een organisatie. Veel andere nuttige en nodige vaardigheden – bv. kennis van specifieke technologische tools – kun je relatief snel en eenvoudig bijspijkeren terwijl je al aan de slag bent. Inzicht in hoe je een tekst ontrafelt of opbouwt, hoe (interculturele) communicatie verloopt, hoe je dubbele bodems in een boodschap herkent, … kun je niet op een-twee-drie verwerven.
Leerkrachten verzetten gigantisch veel werk maar krijgen niet altijd de hefbomen aangereikt om met hun leerlingen grote sprongen voorwaarts te maken. Gangbare adviezen duwen hen vaak in een richting waarbij van leerlingen verwacht wordt dat ze de regels van de taal impliciet verwerven door structuren meteen in concrete situaties te gebruiken. Daarbij moet men al te vaak een stap overslaan, waardoor leerlingen uiteindelijk wel “iets” communiceren maar wat precies en in welke vorm, lijkt van ondergeschikt belang. De rol die literatuur in taalbewustzijn en -verwerving kan spelen, wordt ook snel geminimaliseerd, net als haar potentieel om inlevingsvermogen, cultureel bewustzijn en maatschappelijk inzicht te bevorderen.
De nood aan taalprofessionals is hoog. Gemotiveerde leerkrachten die gebeten zijn door taal kunnen leerlingen met een minder sterk ontwikkeld “taalgevoel” verder brengen dan ze ooit gedroomd hadden en zo meer deuren openen voor die jongeren. Nochtans is er een nijpend tekort aan taalleerkrachten dat enkel groter zal worden als we nu niet ingrijpen. Ook buiten het onderwijs verloopt de zoektocht naar taalprofessionals niet altijd vlot. De vertaalsector groeit jaarlijks bijvoorbeeld met zo’n 7% maar er studeren steeds minder vertalers af. En uit een recent onderzoek van de Nederlandse Taalunie blijkt dat de taalsector zich vertakt in zowat alle economische sectoren.
Om het tij te keren, is een hele batterij aan maatregelen nodig. De uitwerking van eindtermen en leerplannen voor de hervorming van het secundair onderwijs kan een kans bieden om het talenonderwijs op dat niveau bij te sturen, op voorwaarde dat men daarbij de gepaste expertise mee aan boord neemt. Maatschappelijke sensibilisering is minstens even belangrijk. De universitaire talenopleidingen, de taalsector en de Vlaamse overheid moeten een campagne lanceren die de keuze voor taalvakken en -opleidingen bevordert, geletterdheid promoot en meertaligheid aanmoedigt. Dat is een logische en noodzakelijke stap na de succesvolle STEM-campagne voor de technische vakken. Tot slot moeten er dringend middelen komen om meer systematisch in te zetten op kwalitatieve en onderzoeksgebaseerde nascholing van leerkrachten – omdat geletterdheid en meertaligheid beginnen bij onderlegde en begeesterende taalleerkrachten. Enkel zo kan Vlaanderen zijn ambitie waarmaken van een leidende kenniseconomie in een geglobaliseerde wereld. Als de nieuwe Vlaamse regering dit alles ter harte neemt, zal ze weten wat gedaan maar absoluut ook een partner vinden in alle Vlaamse universitaire taalopleidingen.
Dit artikel verscheen eerder in De Tijd.
DirkJan zegt
Hier lopen allerlei zaken door elkaar heen. Slechtere beheersing van talen, met name het Nederlands, en een afnemende belangstelling voor talenstudies. Denken de critici dat hier hier een causaal verband tussen bestaat? En is de taalbeheersing zoveel slechter dan vroeger, is die niet anders geëvolueerd, maar niet per definitie slechter? Is het allemaal op te lossen door een kwalitatieve impuls met nascholing van docenten? Ik heb zo mijn twijfels.