Door Yves T’sjoen
Waarom zetten platformen, raden en andere belangenorganisaties (voorlopig) weinig zoden aan de dijk voor de talenstudies? Op basis van inschrijvingscijfers aan de alma mater blijkt dat een aantal taalrichtingen de studentenregistraties ziet dalen. Ondanks alle acties – verenigingen, colloquia, overlegsessies – en hooggestemde verklaringen stellen we vandaag aan de alma mater een spijtige neerwaartse trend vast in studiekiezers (generatiestudenten) voor talen, vooral maar niet uitsluitend het Nederlands. De opleiding klassieke talen bijvoorbeeld zit dan weer in de lift. Wanneer het zo verder gaat, moeten de raden en platformen straks nog de necrologie van de neerlandistiek schrijven. Nochtans bestaan al sinds twee jaar een Nederlandse Raad en een Vlaams Platform voor de neerlandistiek. Daarnaast zijn ook al enige tijd interuniversitair samengestelde talenplatformen bijzonder actief die méér doen dan de bekommernissen van de neerlandistiek behartigen.
Weinig zoden aan de dijk
- De politieke overheden in Nederland en Vlaanderen zijn gastvrij maar blijken vooralsnog volstrekt hardhorig voor verzuchtingen van talenplatformen en de Nederlandse Raad respectievelijk het Vlaams Platform voor de neerlandistiek.
- Verwachtingen zijn hooggestemd – nobele intenties liggen ten grondslag aan alle institutionele initiatieven, zowel op het gebied van de neerlandistiek als van de talenstudies – maar de verzoekschriften raken nauwelijks of geen gevoelige snaar. Niet alleen uit politieke onwil of door hooghartige onverschilligheid. Hoewel onwil of onverschilligheid natuurlijk niet moeten worden uitgesloten. De vragen raken de koude kleren niet van het huidige politieke bestel. Regeringen en beleidsmakers zijn niet echt bezig met taal en cultuur. Economisch niet rendabel, zo luidt de misvatting. Toch weiger ik het te geloven.
- Er zijn in Covid-tijden andere prioriteiten dan de neerlandistiek te redden, bij uitbreiding de talenstudies. Ook pre-corona was dat trouwens al zo. Wanneer de cultuursector vandaag het kind is dat met het viruswater is weggegooid, kun je vermoeden hoe politieke bestuurders en hun ambtelijke apparaten de studie van de Nederlandse taal en letteren bejegenen, de talenstudies in het algemeen.
Diagnose
- De Nederlandse Raad voor de neerlandistiek en de Vlaamse tegenhanger, gehuisvest in de KANTL, bestaan per definitie uit neerlandici, taal- en letterkundigen. Oproepen ten aanzien van ministers en hun kabinetten om iets te bewerkstelligen, zo is de inschatting, zullen meer respons krijgen indien ook vertegenwoordigers van STEM, bèta’s en gamma’s, deel uitmaken van de gremia. Ze zijn er, zelfs in groten getale, en moeten zich wellicht méér laten horen. De verdediging van de neerlandistiek en de talenstudies wordt in de media af en toe opgenomen door wiskundigen, geneesheren en economen. Het verdient aanbeveling ook bij deze collega’s aan te kloppen. Er zijn geen betere pleitbezorgers denkbaar, omdat hen alvast geen professioneel opportunisme voor de voeten kan worden geworpen. Natuurlijk vinden wij ons vak spannend en uitdagend, het mooiste vak ter wereld, en dat is het ook. Nu wordt door de belangengroepen toch vooral voor eigen parochie gepreekt. Predikanten hebben doorgaans iets narcistisch. Uit angst (bijvoorbeeld voor banenverlies, bezuinigingen) komen nooit overtuigende voorstellen. Met Calimero’s geraken we niet ver. De verdediging van de talen(studie), zeker voor de buitenwacht, wordt kortom beter mee ondersteund door niet-taalkundigen en niet-letterkundigen.
- Wij zijn als aficionado’s van de talen soms te snel blij met een dode mus. Wanneer een minister of een kabinetsmedewerker in Brussel of Den Haag, zelfs een Vlaams parlement, universitaire collega’s ontvangt, betekent dat helaas niet zo veel. Luisterbereidheid wanneer de gesprekspartner hardhorig of onverschillig blijkt, stelt niet zo veel voor. Wanneer het gehoor dan ook zeer beperkt blijkt, of partijen tijdens de hoorzitting zelfs hun spreekwoordelijke kat sturen, dan is het wellicht een maat voor niets. Alle nobele intenties ten spijt.
Suggesties
- Ligt het aan de strategie dat zo weinig wordt geluisterd? Nu wordt in verspreide slagorde opgetreden, een Raad voor neerlandistiek in Nederland, een Platform voor het Nederlands in Vlaanderen, de interuniversitair gedragen talenplatformen in noord en zuid. Het is denkbaar ook voor de geesteswetenschappen zweeppartijen in het leven te roepen. De werkwijze waarvoor op heden is gekozen, heeft nog niet het gewenste resultaat geboekt. Een gezamenlijke modus operandi is de boodschap. Tijd voor geconcerteerde actie die ons vak nieuwe perspectieven biedt. Beter met één stem spreken dan in een polyfonie van belangen en discoursen. De politiek weet handig in te spelen op dat gebrek aan eensgezindheid, die veelheid aan goedbedoelde maar weinig effectieve samenwerkingsverbanden en denkgroepen.
- Zolang universiteiten en kredietverstrekkers zoals NWO en FWO in het Engels communiceren, zolang universiteitsbibliotheken in Nederland zich in slecht Engels presenteren, zolang onderzoeksgroepen vinden dat je aan een universiteit of hogeschool in de Lage Landen niét van het Nederlands gebruikmaakt, zolang werkseminaries over onderzoek uitsluitend in het Engels plaatsvinden, zolang we toelaten dat in de neerlandistiek proefschriften uitsluitend in het Engels worden geschreven en verdedigd (niet tweetalig), is dit allemaal praat voor de vaak, gezanik in de marge.
- Universiteiten in Nederland en Vlaanderen kunnen maar beter zelf het voortouw nemen en een wervende talencampagne starten. En zelf aan taalhygiëne doen. Een campagne, misschien naar het voorbeeld van STEM, met meer aandacht voor STEAM en met initiatieven die nu al worden ondernomen (taalportaal, academisch Nederlands en Engels). Met een goede taalbeheersing is elke wetenschapsdiscipline gebaat. Het zijn niet alleen de universitaire studie van het Nederlands of uitsluitend de talenstudies die een duw in de rug kunnen gebruiken. Ze hebben nood aan een geconcerteerde actie in de Lage Landen. Het gaat hier over de Artes als geheel.
- Universitaire docenten in Nederland en Vlaanderen doen het al. Waarom niet naar de middelbare school trekken om leerlingen te enthousiasmeren, een lans te breken voor een talenstudie, een pleidooi te houden voor ons mooie vak, voor een geesteswetenschappelijke opleiding? Een terugval van de generatiestudenten met 50% aan de Universiteit Gent, gemeten over een decennium, noemt men in economische termen een deficit. Een historisch dieptepunt. Bruggen slaan, passie overdragen, de leefwereld van de jongeren van vandaag tegemoet treden: ik ben er zeker van dat deze ondernemingen rendabel zijn.
- Een communicatieve werkstrategie, de lobby, is dringend nodig in noord en zuid (hoe verschillend de neerlandistiek in Nederland en Vlaanderen ook is, met andere grondplannen en bouwstijlen). Een zogeheten overlegde actie dringt zich op zodat we gesteund door ministers en kabinetten kunnen werken aan een neerlandistiek 2.0. Laat duizend bloemen bloeien, jawel, maar dan moeten ze wel worden gevoed en een gunstig klimaat vinden. Met velen zullen we werken aan de talenstudies en de geesteswetenschappen van morgen. Hoe verschillend de actiepunten ook zijn, voor elk van de belangen is gezamenlijk overleg nodig en de bemiddeling van een stem (no pun intended). Werk aan de winkel. Op de fundamenten van vandaag kan met een gericht actieplan de wereld van morgen worden gebouwd.
De inschrijvingscijfers voor Nederlands zijn bedroevend aan de UGent. In het academiejaar 2010-2011 registreerden 152 studenten, op 18-9-2020 (de sluitingsdag voor de inschrijvingen) zijn dat nog 69 generatiestudenten. Hier en daar kan nog een lichte verschuiving optreden in de curricula. Moge dit symbolisch getal, negenenzestig, de belofte inhouden van een hergeboorte van de studie Nederlands. De toekomst is aan de jongeren die we als vakgenoten (weer) moeten zien te bereiken. Met de steun van Den Haag en Brussel is dat een haalbare kaart. Nu moet worden geluisterd en een plan gemaakt.
Afbeelding: Snappy Goat
Rolf den Otter zegt
Agri & Food
Chemie
Creatieve Industrie
Energie
Hightech
Logistiek
Life Sciences & Health
Tuinbouw
Water
Dat zijn de topsectoren. De focuspunten. Misschien een idee om of duidelijk te maken dat met een stevige Neerlandistieke basis bovenstaande alleen maar geholpen worden, of dat er eens goed naar de sector (en definitie van) Creatieve industrie gekeken kan worden? En tja, voor relevantie moet gevochten worden. De tijd van vanzelfsprekend is over.
Ronald V. zegt
Prachtige wetenschappen. Maar daarnaast heeft een samenleving ook intellectuelen nodig om bijvoorbeeld literatuur, hypes, privacy en democratie uit te leggen, het liefst in historisch perspectief. De zogeheten menswetenschappen zijn net als de natuurwetenschappen en toegepaste natuurwetenschappen zeer echte wetenschappen. Zeer hebben niet altijd direct nut maar indirect hebben ze wel degelijk nut. Maar blijkbaar is het moeilijk uit te leggen dat de cultuurwetenschappen ook echte wetenschappen zijn en dat ze indirect bijdragen aan een samenleving van mondige burgers. Bovendien bevredigen de cultuurwetenschappen de menselijke nieuwsgierigheid. En mensen hebben recht op zulke nieuwsgierigheid en op bevrediging daarvan.
Een samenleving heeft intellectuelen nodig, wil een samenleving niet ontaarden in een dictatuur van bureaucratische technocraten, die niet kunnen reflecteren, zoals de baasjes van Facebook.
Onze politici missen een intellectuele visie op de samenleving. En dat is een ernstige tekortkoming.
DirkJan zegt
Ben ik wel benieuwd hoe het dit jaar met de aantallen eerstejaarsstudenten Nederlands is gesteld. Misschien nog wat te vroeg voor landelijke cijfers, maar wellicht kunnen direct betrokkenen, zoals Marc van Oostendorp, hier melden hoeveel nieuwe studenten hun universiteit dit jaar telt.
Zal corona nog van invloed zijn geweest,. daardoor meer of minder aanmeldingen? Geen idee.
[ En ik hoor of lees eigenlijk niets meer over de acties in het wetenschappelijk onderwijs of voor de neerlandistiek (is die fietsactie aan het beging van het academisch jaar mislukt?) en hoe het nu staat met de werkdruk met het online-onderwijs. Valt het allemaal wel mee of moeten al die hoogleraren en docenten binnenkort aan de beademing? ]
DirkJan zegt
Op 24 september vroeg ik hier belangstellend (en ik ben nimmer cynisch of reageer met leedvermaak!):
“Ben ik wel benieuwd hoe het dit jaar met de aantallen eerstejaarsstudenten Nederlands is gesteld. Misschien nog wat te vroeg voor landelijke cijfers, maar wellicht kunnen direct betrokkenen, zoals Marc van Oostendorp, hier melden hoeveel nieuwe studenten hun universiteit dit jaar telt.
Zal corona nog van invloed zijn geweest,. daardoor meer of minder aanmeldingen? Geen idee.”
Er kwam geen antwoord, maar Marc heeft een artikeltje getweet waarin de nieuwe cijfers staan. Het spreekt allemaal voor zich en Marc is nog steeds strijdbaar, vooral ook in zijn kruistocht tegen minister Ingrid van Engelshoven (die hij nu ook fel verwijt dat ze toestaat dan in het hoger onderwijs geen mondkapjes verplicht zijn), maar ik zou zeggen, richt je vooral op je eigen zaken binnen de Neerlandistiek en binnen je eigen universiteit, daar zijn je krachten al volop nodig lijkt me. Laat die minister maar lekker verder sudderen in dat Haagse koekenplannetje van haar, daar valt niets meer van te verwachten, maar de victorie is vooralsnog (helaas) niet in Nijmegen begonnen.
Instroom bacheloropleidingen neerlandistiek
2010-2011 |2019-2020 2020-2021
Leiden 89 59 44
Groningen 76 28 31
Utrecht 80 44 55
UvA 178 45 39
VU 18
Nijmegen 62 41 31
Totaal 503 217 200
https://www.advalvas.vu.nl/nieuws/nog-maar-200-eerstejaars-voor-studie-nederlands
“Het is nog erger dan het lijkt”, zegt de Groningse hoogleraar Mathijs Sanders. “Door de coronacrisis telt het hele hoger onderwijs dit jaar meer studenten, maar daar ziet de studie Nederlands er niet veel van terug.”
DirkJan zegt
M,
Dat op deze cijfers vooralsnog geen enkele reactie komt verbaast me, maar ergens begrijp ik het ook wel en wellicht komen er van de week nog reacties in aparte stukken, ik wil dat zeker aanmoedigen.
En als zo vaak laveer ik tussen twee standpunten in, nu tussen gevoelens van verbazing en begrip, maar ook tussen, wat recent een paar keer op mijn pad kwam, de vraag, Is de samenleving maakbaar of niet? De maakbaarheid is een ideaal van links (bedankt Joop!) en rechts, inclusief de liberalen, vinden dat je als overheid heel terughoudend moet zijn en het moet laten bij ‘fatsoenlijk besturen’, aldus onlangs opgetekend uit de mond van Wiegel.
Nu ben ik een linkse jongen en geloof ik zeker in een mate van maakbaarheid als het gaat om verbetering van de sociaaleconomische omstandigheden van mensen, om werk en inkomen, daar draait het voor de meeste mensen ook allemaal om en het zijn de voorwaarden voor verdere ontplooiing. Ook vind ik dat de overheid een actieve rol moet spelen voor goed onderwijs en kunst en cultuur financieel moet steunen, moet subsidiëren (Rutte vindt dat hij liever 100 euro voor een concert van de Toppers in de Arena betaalt dan op een pluchen subsidiestoeltje in het Concertgebouw naar het 4e pianoconcert van Rachmaninov zit te luisteren.)
Maar maak je van die laatste bemoeienissen van de overheid met onderwijs en met name met kunst en cultuur ook betere mensen, zoals in linkse kringen gedacht wordt? Ik weet dat niet zo zeker, daar ben ik dan toch ook wat liberaal in, want ik ben er niet van overtuigd dat een minister als Ingrid van Engelshoven met maatregelen of een zak geld de Neerlandistiek kan redden. In die maakbaarheid geloof ik niet echt, dat wil zeggen, niet in de rol van de overheid. Wel geloof ik in de bevlogenheid van leraren, of in iemand als Marc van Oostendorp die groepen, of individueel, mensen, jongeren positief kunnen beïnvloeden en dat geldt ook bijvoorbeeld voor het stimuleren van het lezen van boeken, van literatuur, maar om tot dat lezen te komen moeten we NIETS verwachten van een minister Ingrid, maar wel van een meester Kees.
Nog een tegenstrijdige ontwikkeling die nu weer opspeelt, is de kritiek op de grote en verkeerde aandacht in het onderwijs voor begrijpend lezen, met name als examenonderdeel. Hou ermee op, zeggen velen, en dan komt het vanzelf weer goed met het enthousiasme van jongeren voor het vak Nederlands en het lezen van boeken en dan lopen de universiteiten voor de studie Nederlands ook weer vol. Was het maar zo simpel, ik geloof dat niet en we moeten zeker niet begrijpend lezen afschaffen nu er tegelijkertijd de ontwikkeling is, een spiraal naar beneden, dat steeds meer jongeren, steeds slechter begrijpend kunnen lezen, dat vak is dus keihard nodig, meer dan ooit! Ga er dus allemaal maar aanstaan met je goeie gedrag. En zolang de maatschappij, de wereld de cultuur onomkeerbaar verandert, doe je niets tegen al die mensen die nu liever vanaf de bank kijken naar de verfilming van het privéleven van Connie Palmen in 10 delen, dan in een fauteuil een klein bundeltje openslaan om wat verstilde poëzie van Ida Gerhardt te lezen.
Het is is min of meer allemaal de schuld van de politiek, van D66, van minister Ingrid van Engelshoven. Nu vind ik haar ook niet meer dan een anderhalf ons basterdsuiker, maar richt jullie pijlen zoals ik al schreef, op de eigen mogelijkheden en kracht binnen de Neerlandistiek zelf, op de leraren Nederlands in het onderwijs, op de universiteiten. Marc van Oostendorp is furieus-fel op deze minister, maar laat hij vooral ook woedend zijn op de bestuurders van al die universiteiten, ook die van hem in Nijmegen. die kennelijk allemaal onwillig zijn, of niet bij machte om naast het stimuleren en promoten van hun vakgroep Nederlands, ook als eerstverantwoordelijken de werkomstandigheden van hun academische werknemers dienen te verbeteren. Laat je niet door hun in de luren leggen door dezelfde fout te maken dat die bestuurders allemaal naar Den Haag wijzen. Van de hand en de boezem. Dus fiets niet naar Den Haag, maar trek op naar de bestuursgebouwen van al jullie universiteiten!
Tot slot voor nog wat mogelijke extra discussie op deze druilorige zondagmiddag, op 4 oktober Wereld (eet geen!) Dierendag, de dag in 1992 – ook een zondag – die ik me nog precies kan herinneren waar ik toen was en wat ik deed, maar onlangs schreef Charlotte Remarque, de dochter van Sylvia Witteman, een kort esseetje in de Volkskrant waarin ze met een vlotte pen schreef waarom volgens haar jongeren minder of niet meer lezen.
https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/waarom-jongeren-minder-lezen-en-niet-omdat-ze-er-te-lui-voor-zijn~b313e36a/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.nl%2F
Nu is ze zelf wel een boekenlezer. maar als ze schrijft over de efficiency van jongeren als reden van ontlezing, dan denk ik, Ja, efficiency betekent nu steeds korte stukjes lezen, korte berichtjes typen, maar hoezo efficiency als ze dus daardoor bij elkaar opgeteld de godganse dag op hun telefoon zitten te koekeloeren en niet meer zonder instant-prikkels rustig een boek kunnen lezen! Tel uit je tijdwinst.
De victorie om het tij te keren voor meer studenten Nederlands is dus niet begonnen in Nijmegen. Dat verbaast me en stelt me ook teleur, want wie zou er nu niet Nederlands willen studeren met zo’n bevlogen weledelzeergeleerde hoogleraar in de Neerlandistiek?
Courage en ik Ik groet u sahib,
DJ
__
4 oktober 1992 was de dag van De Bijlmerramp.