Door Margot Kalse en Olga van Marion
Polyphemus aan de stranden
Liedeken; Van den wreden herder Poliphemus. Voyse, Belle bersieere s Ian Peetre, &c.
Door Margot Kalse en Olga van Marion
Nederlanders zingen heel veel, niet alleen in kerken en koren, maar ook op feestjes, bij bruiloften en onder de douche. Dat doen ze al eeuwen. Wie verliefd of verlaten is zingt een popliedje, wie in nood is het Wilhelmus of een psalm, en wie een kind in slaap sust een wiegenlied. Een gouden tijd voor het Nederlandse lied is de periode van de late zestiende en de zeventiende eeuw, wanneer al die liedjes verzameld in liedbundeltjes op de markt komen, geschikt voor jong en oud. Muzieknotatie is niet nodig, want de boekjes bevatten contrafacten: teksten van liedjes met aanduiding van de bekende melodie waarop ze gezongen kunnen worden.
Voor de Top 40 van de Gouden Eeuw hebben we de veertig populairste melodieën uit de Nederlandse Liederenbank geselecteerd, die destijds in het Nederlandse taalgebied het meest gebruikt zijn. Bij deze melodieën hebben we mooie, ontroerende en verrassende liedteksten uit die tijd gezocht om Nederlandstaligen van nu in staat te stellen kennis te maken met de rijkdom van dit cultureel erfgoed. Iedereen kan nu met behulp van de muzieknotatie of de midi-files de liedjes leren zingen. Van tijd tot tijd zullen we een exemplaar uit de Top 40 publiceren, tot we bij de allerpopulairste melodie op nummer 1 zijn.
In het boekje waarin alle liedjes verschijnen, willen we uw commentaar graag verwerken.
Polyphemus aan de stranden
Deze van oorsprong Franse melodie is bekend geworden onder de naam ‘Polyphemus aan de stranden’ door de vele contrafacten die op dit Nederlandse liedje zijn geschreven. De Franse melodie heet ‘Belle bergère champêtre’ – op z’n Hollands ‘Belle bersieere s Ian Peetre’, zoals de dichter Cornelis Stribee zelf schrijft in de wijsaanduiding van zijn lied over de cycloop Polyphemus. De tekst treffen we in verschillende liedboekjes aan; wij hebben gekozen voor de versie van Cornelis Stribee zelf, in diens bundel Chaos ofte Verwerden Clomp (1641, 2e druk 1643). Het is een vereenvoudigde versie van het lied van de verliefde Polyphemus in Ovidius’ Metamorfosen, boek 13. Waternimf Galatea hoort dit liefdeslied van de lelijke reus aan, maar is op haar beurt verliefd op de mooie jongen Acis. Omdat zij niet ingaat op Polyphemus’ avances, neemt de cycloop wraak. Terwijl Galatea weet te vluchten, wordt Acis door een rotsblok verpletterd.
Liedeken; Van den wreden herder Poliphemus. Voyse, Belle bersieere s Ian Peetre, &c.
3. ‘Galathee’ heeft hy gesongen,
‘Sal den Jonghen
Poliphemeus noyt sijn brant
Met sijn water-Nimph verkoelen,
Moet ick voelen
Dat den AEthna my vermant?
4. Galathee komt doch wat nader,
Denckt, mijn Vader
Is een Zee-Godt onbevreest:
Voor Jupijn noch voor sijn Donder
(Ist geen wonder?)
Ben ick noyt vervaert geweest.
5. Galathee braveert de Werelt,
Geen beperelt
Is soo eel, noch ghy Jupijn,
Sy is blosender als Flora
Trots Aurora,
Klaerder als een Christalijn.
6. Uyt u Oogjens Paragonne
Haelt de Sonne
Hare schijnsel diese geeft,
Ghy verdooft de gulde Mana:
Ja Diana
By u schoonheydt niet en heeft.
7. Dus mijn schoone Galathea
Oogt mijn Vee na
’t Geen de Cyclops Bergen deckt.
En mijn Knods bedwingt de Landen,
En de Sanden
Alsoo wijt ons Landtschap streckt.
8. Ick heb (o Godin volwaerde)
In mijn Gaerde
Al de vruchten Pomonee;
Daer ick op mijn Pijp sal spelen,
En soo quelen
Aengenamer dan Orphee.
9. Ghy seght ick heb maer een Ooge,
Siet om hooge
Phebus heefter oock maer een;
Sonder d’welck dat Aerd’ en Hemel,
En ’t gewemel
Van de Sterren noyt en scheen.’
10. Noyt hiel hy zijn Oog uyt ’t Westen,
Dan ten lesten
Keerden hy hem raesend’ om’
Om sijn Galathees beminde
Te verslinden,
Gaf een yselijck gebrom.
11. Van dit grouwelijck nae botsen
Spleet de Rotsen
Van den Bergh AEthna heel;
Galathee die teeg aen vluchten,
Doch het suchten
Was tot Acis achterdeel.
Cornelis Stribee
Seyssem | zeis |
hem | zich |
ruys-pijp | blaasinstrument met een riet |
vermant | overmant |
een | [er staat: in] |
Zee-Godt | namelijk Neptunus |
vervaert | bang |
beperelt | ‘geparelte’, parels |
Flora | godin van de lente en de bloesem |
trots | niet onderdoend voor |
Aurora | godin van de dageraad |
Ooghjes Paragonne | schitterendste ogen |
Mana | elders: mane |
Diana | godin van de maan |
Pomonee | van Pomene (godin van het fruit) |
Orphee | Orpheus, legendarische zanger |
Phebus | Apollo, god van de zon |
d’welck dat | [er staat: dien was] |
sijn Galathees beminde | de beminde van zijn Galatea, Acis |
verslinden | verpletteren |
naerbotsen | naschokken hiervan |
achterdeel | nadeel |
Tekst uit: Cornelis Stribee, Chaos ofte Verwerden Clomp. In-houdende verscheyde vermakelijcke Lietjes; tot lust, ende vermaeck, van de vrolijcke Jeugt (2e verb. druk, Dordrecht: Jan Canijn, 1643), pp. 27-32. Transcriptie dbnl: https://www.dbnl.org/tekst/stri015chao01_01/stri015chao01_01_0007.php
Melodie uit: Sparens Vreughden-Bron, uytstortende Veel Nieuwe als Singens-waerdige Deuntjens. Dl. 1 (Haarlem, Michiel Segerman 1643), p. 209. http://eeb.chadwyck.co.uk/search/displayThumbnails.do?ItemID=ned-kbn-all-00002273-001 (beeld 236 van 272)
Laat een reactie achter