Uit het promotieonderzoek van Kila van der Starre blijkt dat de meeste mensen vooral, of zelfs enkel, in aanraking komen met poëzie buiten het boek. Nederlandse volwassenen ervaren poëzie vooral tijdens speciale gelegenheden, op televisie en radio en in de openbare ruimte. Ook komen ze gedichten tegen in kranten en tijdschriften, in het interieur en online. In die vormen is poëzie springlevend en wijdverspreid.
Poëzie maakt dus deel uit van ons dagelijks leven. Mensen gebruiken gedichten bijvoorbeeld om te rouwen, om te troosten, om te onderwijzen, om te herinneren, om liefde te uiten, om geld te verdienen en als versiering en protest.
Uit het onderzoek blijkt dat poëzie circuleert, vaak geheel buiten boeken om, en dat de betekenis van een gedicht kan verschillen per persoon, per moment en per materiële drager, zelfs wanneer de tekst van het gedicht ongewijzigd blijft.
Zes casussen in Nederland en Vlaanderen stonden centraal, gericht op poëzie buiten het boek (Plint en straatpoëzie), poëzie buiten de auteursfunctie (tatoeages en rouwadvertenties) en poëzie buiten de traditionele literaire poortwachters (Candlelight en Instagram).
Het onderzoek laat vooral zien dat een breed perspectief op poëzie nodig is, omdat als we enkel kijken naar poëzie in boeken, we het grootste gedeelte van het poëziepubliek, het poëziegebruik en de poëzie zelf over het hoofd zien.
De resultaten van dit onderzoek kunnen gebruikt worden (en zijn deels al gebruikt) om het literatuuronderwijs aantrekkelijker en effectiever te maken op scholen, om literaire organisaties en uitgevers een breder publiek te laten bereiken en om regionale en nationale poëziebevorderingsinitiatieven te verbeteren.
Kila van der Starre verdedigt haar proefschrift Poëzie buiten het boek. De circulatie en het gebruik van poëzie op vrijdag 12 februari 2021 om 16:15 uur aan de Universiteit Utrecht. Meer informatie.
Laat een reactie achter