• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

In Memoriam Pieter Muysken, fenomeen

10 april 2021 door Frans Hinskens Reageer

Biografisch

Pieter Muysken werd in 1950 geboren in Oruro, Bolivia, waar zijn vader werkzaam was als mijningenieur. Na zijn jeugd in Brunssum en middelbare schooltijd in Heerlen, vertrok hij naar de VS, waar hij in 1972 zijn BA ‘Latin American Studies’ en Spaans behaalde aan Yale College, een afdeling van de gelijknamige universiteit. In 1973-‘74 was hij student-assistent aan het Instituut voor Algemene Taalwetenschap van de Universiteit van Amsterdam. Daar studeerde hij in 1974 af op een scriptie getiteld Some syntactic aspects of creolization, vanaf 1976 was hij er wetenschappelijk medewerker en in 1977 promoveerde hij aan de Universiteit van Amsterdam op een proefschrift met de titel Syntactic developments in the verb phrase of Ecuadorian Quechua.

In 1989 werd hij hoogleraar Algemene Taalwetenschap, meer in het bijzonder Sociolinguistiek en Creolistiek, aan de Universiteit van Amsterdam. In 1998 vertrok hij naar Leiden, waar hij hoogleraar Taalwetenschap werd voor het specialisme Ibero-American Linguistics. In 2001 verruilde hij de Universiteit Leiden voor de Radboud Universiteit Nijmegen, waar hij voor de derde keer aantrad als hoogleraar Taalwetenschap. In 2017 ging hij met emeritaat – ‘reluctantly’, zoals hij later zelf zou schrijven (Muysken 2020).

In 2010 werd hij buitengewoon hoogleraar aan de Universiteit Stellenbosch en verder was hij gasthoogleraar aan de universiteiten van Salzburg, Massachusetts en Montreal. De lijst met universiteiten wereldwijd waar hij uitgenodigd werd als spreker of docent is lang en omvat onder meer Harvard University. Daarnaast was hij lid van talloze wetenschappelijke instellingen (onder andere de KNAW), gremia, commissies en adviesorganen in binnen- en buitenland.

Olympische blik

Zijn taalwetenschappelijke expertise omvatte enerzijds de vele deelgebieden van het onderzoek van taalcontact en anderzijds de formele taaltheorie. Onder de koepel taalcontact valt zijn werk aan onder meer pidgins en creooltalen, twee-/meertaligheid, codewisseling, psycholinguïstische aspecten van tweetaligheid en codewisseling, mengtalen (‘mixed languages’), ‘areal linguistics’ (de tak van de taalwetenschap die zich bezig houdt met ‘Sprachbünde’), tweedetaalverwerving, ontlening, etnolecten en erftalen (‘heritage languages’). Hij was een internationaal gerespecteerd kenner van de Andes-talen en zette zich in voor de documentatie van de ongeveer 30 verschillende talen van Bolivia – waarvan een groot deel bedreigd is (Muysken 2020).

Enkele van zijn publikaties zijn klassiekers geworden, waaronder het in 1981 verschenen paper ‘Halfway between Quechua and Spanish: the case for relexification’, één van de eerste taalwetenschappelijke studies over mengtalen.

De teller voor het totale aantal gepubliceerde titels in verband met bovengenoemde gebieden stond in 2019 op 236 (Veenstra, Smith & Aboh 2020). De lijst wordt aangevoerd door publikaties over pidgins en creooltalen (75) en taalcontact in engere zin (51). In het onderzoek van pidgins en creooltalen liep hij van het begin af aan internationaal voor de troepen uit –onder veel meer als oprichter (1977) van de Amsterdam Creole Studies. Verder was hij lid van de redactieraden van een aantal voorname internationale vaktijdschriften (onder meer op het gebied van de tweetaligheid) en boekenseries.

Ook zijn er van zijn hand invloedrijke taaltheoretische publikaties, waaronder het samen met Henk van Riemsdijk in 1986 uitgegeven Projecting features and featuring projections en het in 2008 verschenen Functional categories. In het juryrapport voor de Spinozaprijs wordt Pieter Muysken dan ook “…een van de productiefste en invloedrijkste Nederlandse taalkundigen van dit moment” genoemd.

Hiermee wordt tegelijkertijd duidelijk dat hij als geen andere taalwetenschapper op verschillende niveaus empirie en theorie vruchtbaar met elkaar wist te verbinden. Of, zoals het in de laudatio bij gelegenheid van de toekenning in 2007 door de KNAW van het Akademiehoogleraarschap heette: Pieter Muysken beschikt(e) over de “bijzondere gave om de inzichten van een theoretisch linguïst toe te passen op concrete verschijnselen die van centraal belang zijn voor de toegepaste linguïstiek.”

Onderscheidingen, prijzen en premies

Behalve de vele min of meer reguliere onderzoekssubsidies, ontving Pieter Muysken verschillende prestigieuze prijzen. Genoemd zij hier allereerst de Prins Bernhardfondsprijs (tegenwoordig bekend als de Keetje-Hodshon-Prijs van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen) die hij in 1985 samen met Win Zonneveld ontving. In 1990 deelde hij met zijn voormalige promovenda Jeanine Treffers‑Daller de Prix des Ambassadeurs en in 1998 ontving hij de Spinozapremie (à 3 miljoen Euro). Met de honorering in 2008 van zijn aanvraag voor een ERC Advanced Grant ontving hij verder een onderzoeksbudget van 2,5 miljoen Euro.

Inspirator, promotor en organisator

Pieter Muysken was ongeëvenaard in het aantrekken van jonge onderzoekers, voor wie hij telkens weer externe fondsen wist aan te boren. Het exacte aantal is moeilijk te achterhalen, maar hij moet zo’n 50 promovendi hebben begeleid, uit ongeveer alle delen van de wereld. Als organisator van wetenschappelijke evenementen in binnen- en buitenland was hij vindingrijk en energiek. Daardoor en ook als onuitputtelijke bron van ideeën was hij voor velen de vleesgeworden inspiratie. Bovendien was hij een plezierig, opgewekt en zeer toegankelijk persoon – kortom een fenomeen.

Met dank aan Norval Smith

Referenties

Muysken, Pieter (1981), Halfway between Quechua and Spanish: the case for relexification. In Historicity and variation in creole studies, A. Highfield & A. Valdman (eds), 52–78. Ann Arbor: Karoma Publishers.

Muysken, P.C. ( 2008), Functional categories. Cambridge, UK: CUP

Muysken, P.C. (2020), Studying the Languages of the Andes. Disappearing … and Evolving. ReVista. Harvard Review of Latin America.

Muysken, Pieter en Henk van Riemsdijk (1986), Projecting features and featuring projections. Dordrecht: Foris

Veenstra, Tonjes, Norval Smith & Enoch Aboh, eds (2020), Pieter C. Muysken: A brief biography, a Language Contact bibliography and a Festschrift summary. In: N. Smith, T. Veenstra & E. Aboh (eds),Advances in Contact Linguistics: In honour of Pieter Muysken. Amsterdam: Benjamins

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: In Memoriam

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Edwin Fagel • Ik antwoord de conducteur goedenavond

Ik antwoord de conducteur goedenavond
zoals ik amen antwoord op de hostie
ik volg de structuren van de samenleving
ik houd me aan de regels.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

WINTERMORGEN

Vastgeworteld in de richting van het waaien,
in die dromen scheefgegroeid bukken de bomen.
Elke ochtend in de wind die een maaier nabootst
en het bewegen van wie zand graaft, raap ik tussen
stammen, zoek ik talmend, breek ik berketakken. [lees meer]

Bron: Spinroc en andere verzen, 1958

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

17 december 2025

➔ Lees meer
28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

16 december 2025

➔ Lees meer
14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

10 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1933 Wim Hendriks
1948 Hans den Besten
sterfdag
1831 Willem Bilderdijk
➔ Neerlandicikalender

Media

Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

18 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek 2 Reacties

➔ Lees meer
Elise de Vos – Van alles de laatste

Elise de Vos – Van alles de laatste

17 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Waar komt al die literatuur vandaan?

Waar komt al die literatuur vandaan?

16 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d