Het dynamische medialandschap van de Middeleeuwen en Vroegmoderne Tijd
In september 2020 begonnen zeven derdejaars studenten van de Bachelor Nederlandse taal en cultuur in Leiden aan de cursus Literatuur in handschrift en druk in de Lage Landen tot 1800. Onder begeleiding van dr. Geert Warnar onderzochten Joep Dieleman, Evi Dijcks, Annelynn Koenders, Emma de Man, Maurits Meijers, Rick Stoorvogel en Simone Vellekoop aan de hand van zeven verschillende casussen de productie en consumptie van literatuur in de Lage Landen. Tijdens de cursus ontstond het idee om deze onderzoeken te bundelen. Wat begon als zeven individuele onderzoekspapers leidde zo tot het idee voor het boek Bewegende teksten. Nederlandse literatuur in handschrift en druk tot 1700.
Al eeuwenlang bewegen gesproken, geschreven en geïllustreerde teksten zich in handschrift en druk naast en met elkaar in een dynamische mediacultuur. De bijdragen aan de bundel bieden elk een unieke blik op een van de meest bewogen periodes uit de geschiedenis van taal, cultuur en media in de Lage Landen: de overgang van handschrift naar druk. Meer algemeen toont Bewegende teksten dat de kern van de West-Europese tekstcultuur in Middeleeuwen en Vroegmoderne Tijd – net zoals in het hedendaagse medialandschap – een traditie van beweging en vernieuwing was. De aanvankelijk losse casussen worden in de bundel op die manier in een bredere context geplaatst.
Zo laten de vroege drukken van de Haarlemse drukker Jacob Bellaert zien dat de handschriftcultuur ook na de boekdrukkunst nog haar invloed uitoefende op de productie en consumptie van literatuur. Onderzoek naar de banderollen in het Wiesbadense handschrift toont daarnaast aan dat het combineren van verschillende media ook in de Middeleeuwen niet ongewoon is. Strategieën voor het begrijpelijker en aantrekkelijker maken van literatuur worden ook door de bekende drukker Gheraert Leeu toegepast veelvuldig toegepast.
Literaire werken die in eerste instantie simpel lijken, kunnen zomaar een een belangrijke functie hebben gehad. Zo legt onderzoek naar de afbeeldingen in het Leidse handschrift Der minnen loep bloot dat het geanticipeerde publiek van de tekst waarschijnlijk een doorslaggevende factor was. Ook in de prozabewerking van de Reynaert kunnen veel aanpassingen worden toegeschreven aan een verandering in publiek. In het geval van het Tafelboec is het dan weer de context waarin het het drukwerk geproduceerd werd die bepalend is voor de samenstelling ervan. Onderzoek naar de overlevering van een rederijkersrefrein van Anthonis de Roovere toont tot slot dat ‘the medium’ inderdaad ‘the message’ is.
Het geheel aan casussen in Bewegende teksten leert dat teksten altijd op veel verschillende manieren bestudeerd kunnen en moeten worden; ze zijn immers altijd in beweging. Literatuur wordt al eeuwen geschreven, gedrukt, gekopieerd, vertaald, bewerkt, gelezen, gesproken, gespeeld, gehoord, en vooral: gedeeld. Bewegende teksten toont zo niet alleen dat het medialandschap van de Middeleeuwen en Vroegmoderne Tijd minstens zo dynamisch was als het hedendaagse, maar ook hoe waardevol mediagericht onderzoek kan zijn voor de Neerlandistiek.
De bundel Bewegende teksten is vanaf september verkrijgbaar, maar kan nu al besteld worden via onderstaand formulier. De kosten bedragen 10 euro per stuk. Voor vragen en opmerkingen kan er gemaild worden naar bewegendeteksten@gmail.com.
Laat een reactie achter