Op 18 november sprak de Zuid-Afrikaanse dichteres en auteur Antjie Krog in het Groot Auditorium van het Academiegebouw de 37e Albert Verweylezing uit. Geïnspireerd door het gedicht ‘De zegger van verzen’ van Verwey bracht Krog een meerstemmige en veeltalige liefdesverklaring aan de poëzie.
Krog liet zien hoe literatuur iets kan betekenen in de wereld van nu: zuurstof of troost kan zijn in tijden van nood of pandemie, als leerschool kan dienen en een ruimte kan openen waarin zowel liefde als geweld invoelbaar wordt. De kracht die daarbij uitgaat van het materiaal van poëzie – geluid, ritme en taal – kwam naar voren in Krogs gepassioneerde en indrukwekkende voordracht, afwisselend in het Engels en Afrikaans.
Krog besloot haar lezing met een krachtig pleidooi voor literatuuronderwijs aan álle universitaire faculteiten. Ook voor studenten bestuurskunde, economie of scheikunde, zo betoogde ze, zou het lezen van literatuur en het inherente verkennen van andere perspectieven en standpunten, een verplicht programmaonderdeel moeten zijn.
Laat een reactie achter