Prinslijke zon …
Prinslijke zon, die in uw stralenwaaier
staat aan de kim en al wat leeft verblijdt,
Vorstlijke thesauriër, gij weelde-zaaier
Die ’t groot en eeuwig-jeugdig wonder zijt,
Hoe dankbaar geef ik te uwaart bei mijn handen
Waar ‘k als gestorven oprijs uit de nacht;
Steeds wenken weer belofterijke stranden,
Zo gij door de opgejaagde nevel lacht.
Angstdromen in uw jonge glans vervlieten,
‘Gistren’ verzinkt in glorieuzer ‘Nu’.
Dat ‘k mijn bestaan in schoonheid mag genieten,
Dát dank ik u.
Felix Rutten (1882-1971)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter