Ik heb al vaker video’s gemaakt over het feit dat er veel meer Oudnederlands bewaard is dan het 11e-eeuwse “hebban olla vogala” gedichtje, maar er zijn zelfs zinnetjes Oudgermaans van voor het Oudnederlands bewaard gebleven.
Het gaat hier om een zinnetje (of liever twee zinnetjes) uit de Salische Wet, een wetstekst die ongeveer 1500 jaar geleden rechtsgeldig was in het zuiden van Nederland en in België. Deze wetstekst is in het Latijn geschreven maar bevat af en toe losse “Oudfrankische” woorden, d.w.z. woorden in de vooroudertaal waar het latere Oudnederlands uit voortgekomen is. Omdat de wetstekst pas in verschillende handschriften van eeuwen later bewaard is gebleven, is het Oudfrankisch van de Salische Wet moeilijk te interpreteren.
Vaak zijn de woordjes in verschillende vormen bewaard gebleven doordat de monniken vaak fouten hebben gemaakt bij het overschrijven of soms helemaal niet begrepen wat er stond. Toch lijkt dit zinnetje redelijk zeker te achterhalen als een authentiek stukje “Pre-Nederlands”. Voor de uitspraak heb ik een stuk taalreconstructie toegepast en de Latijnse o-uitgangen uit het zinnetje weggehaald. Deze uitgangen zijn ws. toegevoegd door monniken die de taal niet meer begrepen. Een laatste opmerking: aangezien in (sommige) van de handschriften de tekst MALTHO THI AFRIO LITO is, beschouwen sommige wetenschappers het als één zinnetje. Dat is niet mijn wetenschappelijke mening.
Laat een reactie achter