Gedroomd geluk
Gij proeft de weemoed niet van een dun Frans boek,
vóór ’t open venster en het regent zoet
op de blauwe denneboom. ’t Wordt avond,
en ik lees een weelde van de bladen
terwijl ik zwijg. — Gij wilt alleen met mij,
zoals het was in een oud liedekijn:
rijden over de heide. Ik blijf zwijgen,
omdat uw stem mij ongewoon gaat schijnen
en uw onrust in een kus zich wreekt:
‘blijf hier wonen.’ Maar een schamel poëet,
heeft niet wat hij wil om boter te kopen,
en dan vervloeien gauw de liefdeswoorden.
— Ik lees van een kind dat een zeepbel blies
óm een kever: het dwaas en broos verdriet.
Maurice Gilliams (1900-1981)
uit: Landelijk solo (1927)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht
Laat een reactie achter