‘U kunt elke maand weer opzeggen, gewoon een mailtje sturen’, had de jongen bij het station gezegd. Dat klonk geruststellend maar ik wist toen al dat ik dat niet ging doen. Dat zou allemaal zo erg niet zijn als je er dan tenminste vanaf was. Dat is niet zo: sommige van die Goede Doelen gaan hun donateurs ook nog thuis bellen. Aan de telefoon is het makkelijker nee zeggen dan bij het station, maar op een gegeven moment had ik er toch genoeg van. Dus bleef ik aan de lijn voor het verplichte bandje van het bel-me-niet-register. Aan het eind van het bandje werd mijn keuze uit het menu bevestigd met de woorden:
- U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te willen worden.
Ik wil ‘op dit nummer’ best door ándere mensen gebeld worden, en ik wil door hen ook niet op een ánder nummer gebeld worden, maar daar gaat het me nu niet om. Zonder meteen in een filosofische discussie over de vrije wil te belanden, vraag ik me af of je ervoor kunt kiezen om iets te willen, of iets niet te willen.
Simpel gezegd: je wil iets of je wil iets niet en als je ergens voor kiest dan is dat omdat je dat wil – anders is het ook geen keuze. Als je mag kiezen tussen thee of koffie dan kies je thee of koffie omdat je thee of koffie wil. Wat je wil bepaalt je keuze. Je kiest voor koffie of thee, je kiest er niet voor om koffie of thee te willen. Kortom, in normale gevallen is willen in kiezen te willen een werkwoord te veel. Je kan ook gewoon zeggen:
- U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te worden.
Het lijkt dus wel een beetje op in staat zijn om te kunnen zoals Lale Gül doodleuk schrijft in Ik ga leven.
- Ze boenen alsof je in staat moet zijn om van de vloer te kunnen eten (p.35)
Die zin van Gül is gewoon fout: in staat zijn en kunnen betekenen allebei exact hetzelfde dus dat is dubbelop. De zin van het bel-me-niet-register lijkt erop, maar is om allerlei redenen veel interessanter en minder duidelijk fout.
Om te beginnen betekenen de werkwoorden kiezen en willen natuurlijk niet hetzelfde dus kiezen te willen is geen ‘tautologie’ zoals in staat zijn om te kunnen. Sterker nog, de combinatie van kiezen en willen komt best veel voor en dan bedoelen mensen daarmee meestal dat je wel degelijk kunt kiezen wat je wil,dus dat is dan zeker geen foutje. De voorbeelden zijn vaak nogal spiritueel:
- Ik kies ervoor om te willen vergeven.
- Het is een pad dat ik zelf kies om te willen gaan.
- Ik kies er steeds weer voor om te willen zien wat er in mij gebeurt.
Of neem de ondertitel van het bekende zelfhulpboek De kracht van kwetsbaarheid van Brené Brown:
- Heb de moed niet perfect te willen zijn.
Dat is net zoiets. Je kunt dat willen prima weglaten uit de titel en eigenlijk wordt die daar sterker van: Heb de moed niet perfect te zijn. Maar goed, ik snap dat wel, dat boek is bedoeld voor mensen die de hele tijd willen dat alles perfect is en ze moeten eerst maar eens ophouden met dat te willen want dat is het eigenlijke probleem. Ze hoeven niet de moed te hebben om niet perfect te zijn want dat zijn ze natuurlijk toch al niet – anders hadden ze dat zelfhulpboek ook niet nodig. Kortom, kiezen te willen wordt soms heel bewust gebruikt, maar dan voor dingen die mensen moeilijk vinden of eigenlijk helemaal niet willen. Je kunt er wel voor kiezen om een wortel te willen eten in plaats van een kroket, maar dat betekent natuurlijk dat je gewoon zin hebt in een kroket en niet in een wortel.
Voor het bel-me-niet-register gaat deze verklaring voor kiezen te willen niet op. Het is niet zo dat ik diep van binnen, als een guilty pleasure, heel graag door het Goede Doel gebeld wil worden, maar dat ik er nu heel bewust voor heb gekozen om niet langer de hele dag op hun telefoontje te willen wachten. Nee, ik wou al niet door ze gebeld worden en dat voelt niet als een keuze.
Hoe kunnen we dan wél verklaren dat het bel-me-niet-register in hun formulering het nogal overbodige werkwoord willen invoegt? Laten we nog eens kijken naar de zin zonder willen:
- U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te worden.
Het werkwoord kiezen wordt hier niet zomaar gevolgd door een eenvoudige infinitief als eten of bellen, maar door een lijdende vorm (gebeld te worden). Het onderwerp van die lijdende vorm is hier u – u wordt door dat Goede Doel gebeld – maar degene die wel of niet belt is natuurlijk dat Goede Doel. Dat betekent dat je er wel voor kunt kiezen om niet gebeld te worden, maar daar ga je eigenlijk helemaal niet over. Kijk, als je ervoor kiest om een wortel te eten, dan ga je dat ook gewoon doen. Maar in dit geval kies je ervoor dat iemand anders iets voor je gaat doen (of, nou ja, niet gaat doen), dus het is eerder een verzoek en je moet afwachten of het Goede Doel zich daar iets aan gelegen laat liggen. Zonder willen botsen het werkwoord kiezen en de lijdende vorm direct op elkaar en de zin is ook een stuk minder vriendelijk omdat die suggereert dat jij controle hebt over wat het Goede Doel wel of niet doet. Het werkwoord willen fungeert hier als een soort smeerolie tussen het werkwoord kiezen en de lijdende vorm gebeld te worden. Het maakt het verzoek een stuk beleefder omdat het, althans in de formulering, wat meer ruimte laat aan het Goede Doel.
Nu is die formulering met willen op het bandje natuurlijk door het Goede Doel zelf bedacht. De zin is in de derde persoon, met u, maar ze brengen daar mijn keuze om niet langer gebeld te worden onder woorden. Door daar willen aan toe te voegen lijk ik nu vriendelijker dan ik zelf misschien zou zijn. Ze doen in die zin alsof ik gezegd heb ‘Ik wil liever niet gebeld worden’ en niet in de telefoon heb geschreeuwd ‘Hou nou eens op met bellen!’. Dat is op zichzelf weer heel beleefd van het Goede Doel.
Letterlijk staat er onzin maar het is, laten we zeggen, goed bedoelde onzin.
Een paar jaar geleden schreef Peter-Arno Coppen in Trouw over de combinatie van de werkwoorden besluiten en willen en kwam daar ook tot de conclusie dat die formulering beleefder is dan zonder willen.
Agnes M. Engbersen zegt
‘U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te willen worden.’
Misschien biedt een interactionele analyse meer soelaas hier, namelijk door deze bewering als respons te zien op een vraag die (in (het menu) is voorgelegd. Deze vraag zou dan geluid hebben: ‘Wilt u niet meer gebeld worden? Dit kunt u aangeven door …(toets # o.i.d.).’
Het menu bevestigt vervolgens uw antwoord door dit als (uw) keuze te benoemen en het antwoord vanuit uw perspectief te herhalen (u heeft aangegeven wat u wilt). Een reactie als U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te worden zou dan wel heel vreemd zijn. Mooi te zien hoe ‘beleefdheid’ hier interactioneel geconstrueerd wordt.
Ronny Boogaart zegt
Ja, goed punt! Ik denk dat die formulering inderdaad zo is ontstaan.
Dus eerst: ‘Kies 1 als u op dit nummer niet gebeld wil worden’.
Als je dan 1 kiest, wordt je keuze herhaald als:
‘U heeft ervoor gekozen op dit nummer niet gebeld te willen worden’.
Dus die ‘willen’ is afkomstig uit de menu-optie en het ‘kiezen’ heeft niet zozeer betrekking op ‘willen’ als wel op de keuze uit het menu. Dus het is iets als: ‘U heeft gekozen voor de menu-optie “ik wil op dit nummer niet gebeld worden”‘. Die menu-keuze wordt dan een infinitief-complement bij ‘heeft gekozen’. Er zit iets herhalends of citaat-achtigs in en dat maakt het ook beleefd. De formulering doet dus niet alleen ALSOF ik zelf het werkwoord ‘willen’ zou hebben gebruikt (zoals ik suggereer), het herhaalt zelfs letterlijk ‘mijn’ formulering uit het menu.
Tiko Verhelst zegt
Als (Noord-)Brabander wil ik hier de “moeten willen” constructie aan toevoegen:
“Schat, je moet dat niet allemaal willen (doen); én met je moeder afspreken én met je vriendinnen én met de buurvrouw. Je moet ook wat tijd voor jezelf houden!”
Hierbij geef je aan dat iemand verlangens heeft, drie afspraken nakomen, en dat die persoon niet alle drie die afspraken moet willen (nakomen).
De uitdrukking wordt vooral gebruikt in de zin “da moede nie willen” waarmee je eigenlijk wil zeggen “Laat dat verlangen los.” of heel raar “Wil dat niet meer!” (gebiedende wijs van ‘willen’) De zin is een veelgehoord advies als mensen iets doen dat slecht is voor hun mentale gezondheid. (Denk aan het niet uitmaken van een relatie terwijl dat beter voor je is of mensen die meer sociale afspraken, werkdruk etc. op zich nemen dan ze eigenlijk aan kunnen.)
Het is echt zo’n werkwoorden-constructie waar je nooit bij stilstaat maar als je er twee seconden over nadenkt is het toch een beetje een apart werkwoorden-gebeuren.
Daarom; leuke tekst! Ik heb hem met plezier gelezen! 🙂