Welke methodes gebruiken leraren Nederlands in het voortgezet onderwijs, hoe gebruiken ze deze methodes en wat waarderen ze aan die methodes – en wat niet? We beschrijven resultaten uit een peiling onder leraren.
Er zijn maar weinig plekken waar Nederlandse leraren ervaringen kunnen delen met collega’s over de methodes die ze gebruiken. Het is daarom heel mooi dat lerarenpanel Teacher Tapp met enige regelmaat vragen voorlegt aan leraren over de methodes die ze gebruiken en hun waardering ervoor. In dit blog beschrijven we hoe leraren Nederlands in het voortgezet onderwijs aankijken tegen de methodes Nederlands. Het gaat over gegevens uit verschillende peilingen die gehouden zijn eind 2022, begin 2023. Meer informatie over het onderzoek vind je aan het einde van dit blog.
Nieuw Nederlands meest gebruikte methode in het voortgezet onderwijs
Er zijn zes veelgebruikte methodes Nederlands in het vo: Blink Nederlands, Kern (Staal en Roeland), Nieuw Nederlands (Noordhoff), Op niveau (Thieme Meulenhoff), Plot 26 (nu Blink Nederlands) en Talent! (Malmberg). Nieuw Nederlands heeft ook een lijn heeft voor het basisonderwijs. Plot 26 is opgegaan in Blink maar wordt nog gebruikt in het vmbo.
Van deze methodes wordt de methode Nieuw Nederlands het meest gebruikt: bijna de helft (49%) van de leraren Nederlands in het voortgezet onderwijs (vo) gebruikt deze methode. De methodes Talent (17%) en Kern (16%) volgen op ruime afstand. Blink/Plot 26 worden weinig gebruikt in het vo. Over het mbo is onvoldoende data verzameld om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over welke methodes het meest gebruikt worden. Later in dit artikel lees je gebruikservaringen van leraren met deze methodes.
Leraren positief over flexibel gebruik van Kern
Figuur 2 laat zien hoe leraren de methodes op onderdelen waarderen. Daaruit blijkt dat ongeveer de helft van de leraren vindt dat de methodes Nederlands duidelijk en logisch zijn opgebouwd. Leraren die Kern gebruiken benoemen dit minder vaak (42%) dan leraren die gebruikmaken van Nieuw Nederlands of Talent! (54%). Leraren zijn ook tevreden over de vrijheid die ze hebben om de methode flexibel in te zetten, dit geldt vooral voor Kern (83% van de leraren), maar ook Nieuw Nederlands (49%) en Talent! (54%) doen het hierop goed. Leraren die Kern gebruiken prijzen de methode ook vanwege zijn aanpasbaarheid (67%), de andere methodes doen het daar beduidend minder goed op (35% Nieuw Nederlands, 38% Talent!). Dit is opvallend aangezien deze methodes minder vaak benoemd worden als gevraagd wordt of ze een goede afspiegeling zijn van de kerndoelen en eindtermen (43% Nieuw Nederlands, 31% Talent!).
Opvallend is verder dat alle methodes laag scoren op de onderdelen ‘geen onnodige afleiding’ (8-22%) en op of leerlingen er graag mee werken (3-15%). Geen van de methodes geeft volgens leraren voldoende informatie over leercapaciteiten van leerlingen (0-3%).
Leraren zijn ook niet zo enthousiast over de differentiatiemogelijkheden. Talent! doet het hierop iets beter (door 31% van de leraren benoemd) dan Kern (25%) en Nieuw Nederlands (16%).
Sterke verschillen in waardering op taaldomeinen
Leraren is niet alleen gevraagd naar hun tevredenheid over algemene onderdelen van de methode, maar ook op welke taaldomeinen de methode het goed doet. Dan blijken methodes behoorlijk van elkaar te verschillen (figuur 3). Zo zijn leraren het vaakst (50%) tevreden over Kern als methode om taalbeschouwing aan te leren (Nieuw Nederlands 15%, Talent 23%) en doet Talent! het juist goed op schrijfvaardigheid (46% scoort Talent! hierop, versus 30% resp. 23% voor Kern en Nieuw Nederlands). Talent! (54%) scoort net als Nieuw Nederlands (49%) ook hoog op leesvaardigheid, Kern doet het op dat vlak minder (30%).
Over het aanbod voor mondelinge taalvaardigheid zijn leraren niet zo tevreden, Kern (0%) doet hier het minst aan. De methodes schenken ook weinig aandacht aan het schrijven van een profielwerkstuk (5-10% van de leraren is hier tevreden over).
Methodes bepalend op inhoud, minder op didactiek
Uit het voorgaande mogen we concluderen dat methodes verschillende accenten leggen en sterker of juist zwakker zijn op bepaalde taaldomeinen. Geen enkele methode doet het op alle onderdelen goed. Dit betekent voor leraren dat ze zwakke punten zullen moeten kunnen identificeren en ervoor compenseren. In hoeverre leunen ze op de methode en gebruiken ze ook andere leermiddelen voor hun vak?
Uit onderzoek weten we dat de methode heel sturend kan zijn op de les, met name op de lesinhoud. In een volgend blog zullen we hier ook aandacht aan besteden. Voor het vak Nederlands geldt dat meer dan de helft van de leraren (56%) de methode laat bepalen welke lesstof wordt behandeld.
De methode is minder bepalend voor de didactiek. Meer dan de helft van de leraren (52%) geeft aan dat de methode niet bepaalt hoe er wordt lesgegeven (figuur 4).
De meeste leraren Nederlands gebruiken aanvullend materiaal
Maar leraren Nederlands gebruiken zelden alléén de methode (1%). Verreweg de meeste leraren (in vo en mbo) gebruiken naast de methode aanvullend materiaal en/of zelf ontwikkeld materiaal (90% totaal). De meeste daarvan gebruiken zowel een methode als aanvullend materiaal als zelf ontwikkeld materiaal 65%). Acht procent van de leraren Nederlands gebruikt geen methode (figuur 5).
Figuur 5 Percentage leraren Nederlands in het VO dat gebruikmaakt van aanvullende of zelf ontwikkelde materialen naast de methode (n=78, peiling 10-1-2023)
Gebruikservaringen met methodes Nederlands
Leraren Nederlands is ten slotte ook gevraagd wat ze andere leraren Nederlands zouden willen vertellen over de methodes die ze gebruiken. Dit levert mooie informatie op, die ook goed past bij de ambitie van het CLU dat gebruikservaringen van leraren vaker openbaar gedeeld worden.
Opvallend is dat leraren aangeven dat sommige methodes behoorlijk wat fouten bevatten, ook na updates en bij nieuwe versies. Een veelgebruikte methode als Nieuw Nederlands kun je volgens sommige leraren eigenlijk alleen gebruiken als je veel aanvult met eigen materiaal en corrigeert. Anderen vinden de methode juist goed dekkend.
Hieronder plaatsen we alle opmerkingen die de leraren over hun methode gegeven hebben.
Kern
- De methode is opgebouwd in drie delen: taal, communicatie en literatuur, waarbij de vaardigheden als dienend voor de inhouden werken.
- Ik vind het jammer dat er geen digitale dingen bij zitten. Er zijn wat PowerPoints. Er zijn wel oefenbladen, maar die zijn niet digitaal in te vullen. Ook zijn er veel oefeningen die te veel onnodig laten schrijven.
- Met name op havo en vwo sluit de methode goed aan op het leesniveau, de lat op de mavo ligt wat laag
- Saai
- Gebruik deze methode alleen voor VWO want veel verdieping en abstractie.
- Zorg dat je eigen materiaal hebt als aanvulling.
- De drillster is een goede toevoeging.
- Haast te degelijk, ‘saai’.
- Vooral voor literatuuronderwijs interessant.
- Kern is top als startpunt voor het zelf ontwerpen van lessen/opdrachten. Leerlingen vinden Kern fijn in de bovenbouw. Geeft veel vrijheid.
Nieuw Nederlands
- Ik vind dat de methode saai onderwijs oplevert.
- Ik gebruik de methode slechts voor een onderdeel. Ik gebruik meer eigen materiaal, dus ik heb weinig te melden over de methode.
- Saai en duur
- De methode is een goede afspiegeling van de kerndoelen en eindtermen
- Editie 7 Nieuw Nederlands bestaat uit cursussen en thema’s. Je kunt het eén niet gebruiken in plaats van het ander. Voor leerlingen is het onoverzichtelijk. Kortom: editie 6 was prima en duidelijk maar editie 7 mist duidelijke samenhang!
- Ik vind het geen prettige methode, niet van deze tijd. Maak liever zelf stof, maar daar ontbreekt mij de tijd voor. De sectie heeft tijden geleden voor NN gekozen.
- Mijn voorkeur gaat niet uit naar Nieuw Nederlands. In het eerstegraads gebied is Kern een mooiere methode die het vak Nederlands op meerdere manieren laat terugkomen.
- Digitale component is een goede variatie.
- Onze school heeft NN in gebruik, maar ik gebruik deze methode bijna nooit. Ik ontwikkel veel eigen lesmateriaal of gebruik zelf ontwikkeld lesmateriaal van collega’s.
- Je kan deze methode makkelijk naar eigen inzicht aanpassen. De nieuwe editie is een stuk verbeterd tov de oude.
- Er staan heel veel fouten in de online versie. Om echt goed te kunnen differentiëren is er meer duiding nodig.
- Elke nieuwe editie van NN baal ik weer over fouten en weggelaten onderdelen. Je past dingen aan, je gooit er andere oefeningen tussendoor en zodra je er na een jaar of drie aan gewend bent, komt er weer een nieuwe editie met andere fouten en andere weggelaten onderdelen.
- Ik gebruik ook Door Nederlands in het MBO en Numo bij de Entreeopleiding. Het liefst geef ik een productieve taak die meer dan aanklikken/selecteren vereist. Zonder verwerking is het rendement van de uitleg lager, heb ik gemerkt. Daarom vind ik verwerking key.
- Nieuw Nederlands heeft een schofterig weinig duurzaam verdienmodel en de toetsbundel is een ramp. In de les is het prima te gebruiken.
- De uitgever bepaalt té veel en dat komt niet overeen met de wensen vanuit mijn visie op Nederlands.
- Niet aan beginnen, teveel fouten en online omgeving zit vol bugs
- Opbouw is duidelijk. Opdrachten: veel herhaling en veel inoefenen. Vaardigheden worden nauwelijks geïntegreerd aangeboden, dat is een gemiste kans. Antwoorden kloppen niet altijd, dus controle en eigen input is nodig. Methode is prima ter ondersteuning van eigen lesontwerpen.
Talent!
- Prima methode voor de basis. De rest doen wij zelf.
- Een boek achter glas. Lln kunnen heel makkelijk frauderen. Lastig om bij de extra opdrachten te komen. Alles wordt gefragmenteerd aangeboden. Weinig opdrachten in het boek. Geen uitleg theorie in boeken examenklassen basis en kader
- Prettige methode. Voor een aantal paragrafen in leerjaar 3 (basis, kader en Tl) is de uitleg erg beperkt
- NIET GEBRUIKEN!
Plot26
- Prima voor onderbouw, fijn i.c.m. burgerschap en voor persoonlijke ontwikkeling
Op niveau
- Fijne methode. Theorie apart, wat ik erg fijn vind.
- Niet gebruiken. De instructietaal is te ingewikkeld. De antwoordmodellen wemelen van de fouten.
- Heel fijn om ieder hoofdstuk te beginnen met fictie. De fragmenten en boekentips sluiten goed aan bij de doelgroep.
- Veel te weinig oefeningen; vooral oefeningen om grammatica en spelling te herhalen, mis ik.
- Zowel modulair als lineair in te zetten
Taalblokken
- Kwalitatief is Taalblokken echt een vreselijke methode! Er zijn echt betere en gebruiksvriendelijkere methodes.
Bron
De bovenstaande informatie komt uit een peiling van lerarenpanel Teacher Tapp die gehouden is in december 2022 en januari 2023. Leraren die deelnemen aan Teacher Tapp krijgen elke dag een aantal vragen over hun onderwijs voorgeschoteld, de volgende dag zien ze wat hun collega’s in het hele land op de vragen geantwoord hebben.
Deelname is op basis van vrijwilligheid en gebeurt vooral met het motief om meer te willen professionaliseren. De peilingen mogen dus niet als representatieve steekproef gezien worden en weerspiegelen eerder de mening van leraren met een actieve professionaliseringsbehoefte.
Dit stuk verscheen eerder op het blog van CLU
Laat een reactie achter