•• J. Slauerhoff publiceerde in 1928 onder het pseudonym John Ravenswood de bundel Oost-Azië, met als onderwerp de havens en steden die hij aandeed toen hij als scheepsarts werkte op de lijn Java-China-Japan. Marco van Duyvendijk bezocht de plaatsen die in de bundel voorkomen, en maakte er foto’s: “Soms komen de gedichten en foto’s samen, soms vullen ze elkaar aan, en altijd verdiepen ze elkaar.” Foto’s en gedichten zijn nu samengebracht in een boek. Hieronder een kleine selectie.
Uyemo-park, Tokio
De kindren loopen uit hun kleurig spel
En laten ’t park schuw en verwaarloosd achter.
De vogels zwijgen om een ouden wachter,
Alleen de krekels sjirpen snel en schel.
Het groene en roode loof wordt even vaal.
Een flakkerlicht ontwaakt in bronzen lampen.
De avond komt gedempt, gehuld in dampen
Nader, als een sluipmoordnaar in een zaal.
Maar plechtig aangetrokken klokken tampen
En langgerekte heilige tonen gonzen
Boven het dor en streng gebed der bonzen,
Beveiligd voor den nacht in ’t heiligdom.
•••
Kisji Bjo
Voor vijf sen wijst een meisje het pad
Door het pijnboomwoud.
Voor tien sen schuift de wachter den ruwen grendel
Van voor den tempel, ondiep en oeroud,
Van grijze steen en roodgeschilderd hout.
Achter een ontvloerden voorhof,
Voor een hoogopgeworpen heuvel,
De eerste heerscher,
Twee liggende ossen, twee vrouwen en hun schaduwen,
Welig verduisterd door de pijnen die over de wallen reiken.
In ’t lommerdonker zwaatlen schimmen van verdwenen rijken.
•••
Winterval op zee
Onder vermanenden bladerval,
Door het weemoedig mispelrood,
Langs den vergrijzenden waterval,
De zwarte heesters huivrend en bloot,
Brengt de herfst langs zachte omwegen,
In droefnis stijgende voorteekenen,
Ons tot den winter, den zomer ter dood.
Op de zee, zonder bosschen en dalen,
Is herfst een machtlooze geest in het ruim,
Die door de wolken mag dolen en klagen,
Maar zich nergens kan openbaren.
De groene golven vol drift en schuim
Worden in één nacht grauwer en stroever
Dan barre heuvlen en dragen ijs
In zware schotsen naar den oever,
Tot de wolken weerbarstig grijs.
De schippers die uit hun zuidlijke tochten
Den doortocht naar het Noorden zochten,
Den zomer meevoerend in hun boot,
Ervaren, verrast door de wervelingen
Die hen omsinglen en snerpend doordringen,
De koude plotseling als den dood.
J. Slauerhoff (1898-1936)
uit: Oost-Azië (1928)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter