Gisteren waren de Groningse studenten Nederlands van mijn onderzoeksatelier over de literaire en culturele verbeelding van het Waddengebied in het Zeehondencentrum in Pieterburen. Dat centrum huisvest namelijk het Werelderfgoedcentrum Waddenzee, dat vanaf 2025 een eigen grote locatie heeft in het buitendijkse gebied van Lauwersoog. Wij vormden een klankbordgroep voor de tentoonstelling “Wad Exotisch! De Japanse oester in de Waddenzee”. Met dank aan curator Eveline de Smalen en bioloog Sander van Dijk voor een leerzame en interactieve ochtend.
Ja, Moderne Nederlandse Letterkunde en de Japanse oester – ik geloof niet dat ik het een paar jaar geleden had kunnen bedenken tot het ons werd gevraagd.
We bespraken de manier waarop taal wordt gebruikt in de tentoonstelling (woordkeuze, activerende zinsbouw, beeldspraak), de relaties tussen tekst en beeld voor de brede doelgroep, de perspectieven die kunnen worden ingenomen en de wijze waarop de Japanse oester wordt geportretteerd: hoe verbeeld je een dier dat al gauw als een ding wordt gezien en dat doorgaans minder vertedering en empathie opwekt dan zijn directe buren: de zeehonden? We leerden ook over de titanenstrijd die zich onder het zeewater afspeelt, die tussen spierkracht en mechanica (de zeester en de oester).
Dat metaforen consequenties hebben is bekend, maar het is ook belangrijk om dat in situ te ervaren. Als de studenten en ik iets hebben geleerd het afgelopen half jaar, dan is het dat veldwerk een wezenlijk aspect is voor wie zich met literatuur en ecologie wil bezighouden. Belangrijke onderzoeksthema’s als de intergenerationele dynamiek in romans over de eilanden, de manier waarop de zee een stem kan krijgen in en buiten fictie, ecologische rouw en natuurlijke veranderlijkheid komen juist dan tot leven. Literatuur nodigt uit om je te verplaatsen in uiteenlopende perspectieven, niet alleen dat van het grote morele gelijk.
De cursus loopt ten einde, de onderzoeksverslagen worden geschreven, een slotsymposium wordt voorbereid en nieuwe plannen met onderzoekers, studenten en maatschappelijke organisaties worden gesmeed. Op 10 juni staan enkele bijdragen van studenten (verhalen, gedichten, column) in de Dorpsbode van Schiermonnikoog en we leveren nog een bijdragen aan het literatuurfestival ‘Meet Me at the Lighthouse’ op datzelfde eiland, van 9 tot en met 12 november 2023.
Een half jaar lang verdiepten en verwonderden we ons. We lazen en schreven, doorstonden een sneeuwstorm op Schiermonnikoog en liepen met onze gezichten in de zon. Jazeker, het is een goed stel jonge mensen! Ik ben er gelukkig mee en dankbaar voor.
U ziet het: Groningen en de Groningse neerlandistiek liggen ergens en niet nergens.
Laat een reactie achter