Vogels
Wiekelwakke vlindervleugels
Grijs of terracottakleurig
Hemelsblauw of bleek als schelpen
Fladderen om bloemenkelken.
Naast een glad en zwart stuk marmer
Rusten door de zon verwarmde
Kopergroene hagedissen.
Soms ziet men een adder glippen
Fraai maar kwalijk om zijn beten
Zigzagzigzag gaan zijn strepen.
’t Sieraad dat de bomen dragen
Zijn hun ambergele blaren
En te midden van dit lover
Zitten geelgeveerde vogels.
Laten hier hun klanken dwalen
Tureluren dromend samen.
Jan Hanlo (1912-1969)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
JanWillemSwane zegt
Ben er nog niet uit of die 2 regels volrijm me nu storen of juist niet.