Ja werkelijk ik leef in verwarrende tijden! Voor het allereerst in 25 jaar – een hele kwarteeuw jawel – ben ik het van harte, hartgrondig en 100% eens met Ilja Leonard Pfeijffer, en wel in zijn column vandaag in HP/De Tijd over de keuze van de familie Chabot (en hun hond ook, geloof ik) als auteurs van het Boekenweekgeschenk 2024.
Pfeijffer:‘[V]anuit de misvatting dat je meer mensen bereikt als je troep in de aanbieding hebt, heeft het CPNB dit jaar besloten om het eerbiedwaardige instituut te verkwanselen door de familie Chabot gezamenlijk een boekje te laten schrijven over haar hond. Allemaal reuze-gezellig en mediageniek uiteraard, maar de producten van diegenen in de familie Chabot die daadwerkelijk al eens eerder iets hebben geschreven geven weinig reden om veel te verwachten van de literaire kwaliteit van het gezamenlijke knutselwerkje. Maar daar was het de CPNB natuurlijk ook niet om te doen en precies dat is het erge. Het CPNB heeft ook een educatieve taak en verlaging van de eindtermen is verraad aan de educatieve opdracht, net als in het onderwijs.
Pfeijffer nogmaals:
Mensen zijn dankbaar als ze worden uitgedaagd.
Maar op te veel plekken in onze samenleving zitten te veel betuttelaars die denken dat het al heel snel veel te moeilijk wordt voor de mensen. Het is een verkeerd en funest idee van democratie om te denken dat iedereen zich moet aanpassen aan het laagst mogelijke niveau om iedereen in staat te stellen om mee te doen. Het misdadig om telkens maar weer de eindtermen van het onderwijs te versimpelen, omdat er te veel leerlingen zakken. De lat lager leggen leidt per definitie tot kwaliteitsverlies. Uitsluiting voorkom je niet door infantilisering, maar door verheffing. Onze taak zou het moeten zijn om iedereen eindelijk eens serieus te nemen.
Pfeijffer in een mooie slotzin:
Kwaliteit is niet elitair. De neerbuigende aanname dat kwaliteit te moeilijk is voor de meeste mensen is elitair.
Waarbij er hooguit nog, in alle bescheidenheid en allicht ten overvloede, op gewezen kan worden op het feit dat we met de familie Chabot als uitverkorenen niet zozeer te maken hebben met flutauteurs die massa’s lezers gaan trekken, maar met het idéé (‘leuk man!’) dat enkele mensen na een brainstorm ten kantore van het CPNB hebben wat massa’s lezers gaat trekken. Een misverstand in het kwadraat dus.
Ronald V. zegt
Ik vermoed dat het flut-, prut- en kutwerkje van de firma Chabot, Chatbox, meer gelezen zal worden dan een doorwrocht en diepgaand werkje van een hoogstaande auteur. Zelf ga ik het kinderlijk knutseltje van de firma Chabot niet lezen. Bart noch Splinter is het ooit gelukt mij te boeien. Maar ja, het boekenweekgeschenkje is slechts bedoeld als een soort wegwerpfolder van het boekenbedrijf.
Van één of andere louche loterij krijg ik jaarlijks een boekje. De eerste boekjes waren odes aan de volkse vreetcultuur en verdwenen aldus ongelezen in de papierbak. Een krankzinnige actie van die loterij. De latere boekjes gingen over flora en fauna. Op zich aardige boekjes. Maar ik heb al natuurgidsen. En ronduit bizarrh was dat een zekere Humberto Tan een voorwoord moest schrijven. Waarom altijd maar weer die psychische terreur van Bekende Nederlanders? Ik vermoed dat die natuurgidsen van die loterij tamelijk massaal in de papierbak verdwijnen. Het volk houdt niet van de natuur maar van betegelde tuinen met lounge sets, overkappingen en veel te dure BBQ’s, hoe heten die krengen, jacuzzi’s en een stukje kunstgras met zeer schadelijke microvezels. En wie door een buitenissige speling van lot en natuur wel van de natuur houdt, gebruikt apps op zijn onafscheidelijk telefoontje en laat de boekjes, die niet eens in een broekzak passen, thuis.
Er wordt veel te veel gedrukt. Neem nou al die kookboeken van de narcistische bekende Nederlanders. De meeste Nederlanders koken niet maar bestellen hun voer, al zeggen ze braaf op tv, als ze toevallig ook eens iets mogen zeggen, dat ze heel erg zeer veel van kokerellen houden want dat moeten ze zeggen.
Misschien moet u volgend jaar het boekenweekgeschenk schrijven met als titel: Gij zult niet lezen. Een cynisch en leesbaar commentaar op de vele derrieboekjes die per jaar verschijnen en zonde zijn van het materiaal en energie die gebruikt werden. Misschien moet ik een crowd funding action opstarten of gewoon beginnen om u volgend jaar het boekenweekgeschenk te laten schrijven. Maar ik ga er geen rondjes voor lopen en ook niet de Alp du Vam, hahaha, befietsen.
En zo mopperen we vrolijk voort.
Berthold van Maris zegt
Als Jos Joosten de Chabots beoordeelt als flutauteurs, dan ben ik, als lezer van eerdere columns van Joosten, benieuwd of dat oordeel voortkomt uit een essentialistische benadering van hun boeken of uit een institutionalistische benadering. Geen van beide lijkt me, dus dan is er blijkbaar nog een derde benadering? Zie de eerdere column over De Volkskrant en De Rek..
Nicolaï Jerez zegt
Breedtrekkende mondjes, verkleed partijen, terug de kast in met de Chabotjes. De literatuur heeft iets weg van craniometrie zonder tanden en…, en vergeet niet: dit is Nederland. Nederland op zijn best. Heerlijk wentelend in de family geuren van de Chabotpoezenpoëzie, Wijn Gort over de grens is beter. In Huizen Chabot danst de hond op tafel. Die kan ook al lezen.
Robert Kruzdlo zegt
Ik moest meteen denken aan de Trapp familie. Een zingende Oosterijkse familie, waar de moeder als een feeks de scepter zwaait. (Maria von Trapp, de moeder van het gezin die zich aanvankelijk als non over de Von Trapp kinderen ontfermde.) De moeder Chabot is een ‘kartrekster’ en nogal overheersend aanwezig. Hoop ooit van een van de zonen een soort Alice Miller boek over de moeder en vader te lezen. Het kind dat de trauma’s van de ouders doorgeeft aan de wereld.
https://en.wikipedia.org/wiki/Trapp_Family