Eerste Internationale Redenaarscompetitie
Dit artikel is een interview door dr. Neil van Heerden met Ariana Eybers, een student in Neerlandistiek van Zuid-Afrika, die deelnam aan de Eerste Internationale Redenaarscompetitie. Deze eerste internationale redenaarscompetitie werd georganiseerd door de Nederlandse Onderwijs- en Wetenschapsattachés van Zuid-Afrika, Frankrijk, Indonesië en China. De finalisten waren naast Ariana Eybers Xingrui Zhou (Beijing Foreign Studies University), Lessyina Bamba Sopamena Pirade (Universitas Indonesia) en Lucas Barbé (Sorbonne Université). Aan de finale gingen nationale voorrondes vooraf. De jury bestond naast juryvoorzitter en schrijfster Maartje Wortel uit vertegenwoordigers van OCW, de Taalunie, de IVN en de Universiteit Leiden. Die organisaties waren ook betrokken bij andere onderdelen van het programma.
Neil van Heerden: Ariana, je bent onlangs teruggekeerd van een reis naar Nederland, waar je hebt deelgenomen aan een internationale Neerlandistiek redenaars competitie – een competitie die je uiteindelijk hebt gewonnen! Van harte gefeliciteerd met deze voortreffelijke prestatie.
Ariana Eybers: Heel erg bedankt!
NvH: Wat was de thema en onderwerp van je toespraak? Kun je ons in een notendop vertellen waar het over ging?
AE: Ja! Het thema was “Nederlands in mijn land gaat een bloeiende toekomst tegemoet.” Ik besloot dus om mijn argumenten rondom bloemenzaden te structureren voor het lentethema.
Ik geloof natuurlijk dat het Nederlands een bloeiende toekomst in Zuid-Afrika heeft. Ten eerste (het eerste bloemzaad): Zuid-Afrikaanse universiteiten openen de deur voor het Nederlands, met Nederlands dat als universiteitsmodule wordt aangeboden. Ten tweede, Zuid-Afrika is gewend aan een meertalig milieu, dus het Nederlands is al welkom! Ten laatste, de geschiedenis. Het Nederlands en Zuid-Afrika hebben een intense geschiedenis. Maar we kunnen de toekomst niet tegemoet gaan zonder een geschiedenis. We moeten dus de geschiedenis gebruiken om een betere toekomst te creëren.
NvH: Je werd ook gevraagd om een gedicht te vertalen en voor te dragen, klopt dat? Welk gedicht, en hoe heb je het vertalen aangepakt?
AE: We waren gevraagd om een gedicht voor te dragen. Het was “Mei op het ijs” in het Nederlands, maar dit gedicht is eigenlijk Fries: “Maaie op it iis.” Ik probeer altijd om me te vereenzelvigen met het gedicht en om één te worden met de woorden. Dat helpt altijd!
NvH: Wat zou je zeggen was het meest uitdagende aspect van deze competitie?
AE: Het onvoorbereide aspect was heel uitdagend. Om in je eigen moedertaal onder druk onvoorbereid te praten is al uitdagend, maar in een hele nieuwe taal is het nog moeilijker. Het moeilijkste voor mij was het panelinterview – om op je voeten te denken en meteen een antwoord op een moeilijke vraag te kunnen geven.
NvH: Wat waren enkele hoogtepunten van je recente reis naar de Lage Landen?
AE: Een van de hoogtepunten van mijn recente reis naar de Lage Landen was zeker het ontmoeten van nieuwe mensen. Het was een geweldige ervaring om met verschillende culturen in contact te komen en hun verhalen te horen. Daarnaast heb ik veel iconische plekken bezocht, zoals het Mauritshuis, het Zuid-Afrikahuis en het Verhalenhuis.
NvH: Hoe en waarom ben je betrokken geraakt bij de Neerlandistiek?
AE: In 2022 zag ik een pamflet voor “Leer Nederlands 2023” bij mijn universiteit en ik dacht: “Waarom niet?” Ik had geen idee dat het leren van het Nederlands zoveel deuren voor mij zou openen. Nu besef ik dat het Nederlands me helpt om beter te begrijpen waar ik vandaan kom en wie ik ben.
NvH: Ik geloof dat jij vrij nauw hebt samengewerkt met prof. Nerina Bosman aan de Universiteit van Pretoria. Hoe bepalend was professor Bosman voor jouw ontwikkeling als spreker?
AE: Prof. Bosman heeft me vanaf de eerste dag aangemoedigd om Nederlands te spreken. Met Afrikaans als moedertaal is het spreken van Nederlands in het begin toch heel vreemd. Nadat ik het B1-certificaat had behaald, heeft prof. me aangemoedigd, ondersteund en bijgestaan om het B2-certificaat te behalen.
Ze heeft me op de hoogte gebracht van alle mogelijkheden en me ook aangemoedigd om in augustus 2024 de Zomerschool in België bij te wonen.
Prof. Bosman heeft altijd in mij geloofd, en zij verdient ook eer voor deze overwinning.
NvH: Gezien de complexe taalsituatie in Zuid-Afrika, je thuisland, waarom denk je dat iemand uit Zuid-Afrika baat zou kunnen vinden bij het bestuderen van het Nederlands?
AE: Ik heb in de nationale ronde van de competitie dit onderwerp aangesneden in mijn toespraak en ook een beetje in de internationale ronde. Het leren van Nederlands helpt bij het bouwen van bruggen, om beter te begrijpen waar je vandaan komt, en om de wereld open te stellen die eerder niet voor je bestond.
NvH: Ben je van plan om in de toekomst verder te gaan met de Neerlandistiek?
AE: Natuurlijk! Ik zou in de toekomst graag vertalen, vooral literair vertalen. Deze competitie heeft voor mij ook een platform geboden om een ambassadeur van het Nederlands in Zuid-Afrika te zijn, en ik hoop deze verantwoordelijkheid met trots voort te zetten. Ik kijk uit naar de nieuwe gelegenheden die het Nederlands voor mij inhoudt.
Neil van Heerden is een senior docent aan de Universiteit van Zuid-Afrika (Unisa) in Pretoria, Zuid-Afrika.
Laat een reactie achter