Vijftig canonteksten in de klas (9)
Een abel spel van Lanseloet van Denemerken behoort tot de vroegste wereldlijke (d.w.z. niet-religieuze) toneelstukken in Europa. Het staat in het handschrift-Van Hulthem (circa 1405), één van de beroemdste boeken uit onze streken, waarin het een ‘abel spel’ wordt genoemd. ‘Abel’ kan verklaard worden als ‘kunstig’ of ‘edel’, d.w.z. dat het zich afspeelt in een adellijk milieu. In dezelfde codex staan nog drie andere abele spelen. Elk abel spel wordt daar bovendien gevolgd door een klucht, een korte, komische ‘uitsmijter’. Dat het om toneel gaat blijkt duidelijk uit de inleidingen en de uitleidingen, waarin het publiek wordt opgeroepen te komen kijken en waaruit blijkt dat het stuk binnenshuis werd opgevoerd.
Lanseloet van Denemerken is een tragedie, waarin de held ten onder gaat door zijn eigen falen. Het stuk begint en eindigt met een monoloog van Lanseloet, het tragische titelpersonage.
Het is ook een psychologisch drama, waarin twee karakters worden uitgebeeld, die door hun totaal verschillend karakter en levensopvatting fataal met mekaar in botsing komen. De sterkte van Sanderijn, die het hele stuk door haar zin voor realiteit handhaaft, staat tegenover de zwakheid van Lanseloet, die zich laat leiden door zijn impulsen en door de valse raad van zijn moeder. Tegenover de zwakke Lanseloet, die mislukt in het leven door zijn innerlijke verscheurdheid, staat de sterke Sanderijn, de in alle omstandigheden blijk geeft van standvastigheid en oprechtheid. Het hoeft ons dan ook niet te verwonderen, dat veel commentatoren de nadruk leggen op de levensechtheid van deze personages.
Dit leermiddel presenteert een aantal gevarieerde werkvormen voor klassikaal onderwijs, zelfstudie en afstandsonderwijs. Behalve vragen en opdrachten voor de leerlingen bevat het ook een tekst met achtergrondinformatie voor de leerkracht, die de leerlingen zelf achteraf als correctiemodel kunnen gebruiken.
Voor wie het leermiddel wil gebruiken voor klassikaal onderwijs, hebben we enkele fragmenten in hedendaagse vertaling uit Lanseloet van Denemerken opgenomen.
Als lesbegin suggereren we een klasgesprek over wat mag en wat niet mag in een liefdesrelatie. Uitgangspunt daarvoor zijn enkele middeleeuwse ‘Voorschriften voor de liefde’, die vandaag de dag controversieel zouden kunnen zijn. De leerlingen lezen deze voorschriften en bij elk voorschrift geven ze aan of ze het ermee eens zijn of niet. Ze ordenen daarna de voorschriften volgens hun voorkeur: het voorschrift waar ze het meest akkoord mee kunnen gaan staat bovenaan. Tijdens een klasgesprek kunnen de leerlingen hun standpunten motiveren en hun eigen volgorde van de voorschriften vergelijken met die van de andere leerlingen.
- Lieg nooit tegen je geliefde.
- Vertel nooit iets aan anderen over het intieme contact met je geliefde.
- Probeer niet andermans vriendin of vriend te verleiden.
- Zoek niet de liefde van een vrouw of een man van wie je je zou schamen met haar of hem getrouwd te zijn.
- Wees altijd aandachtig voor alle wensen van je geliefde. Ook als je je overgeeft aan de genoegens van het vrijen, ga dan nooit verder dan de verlangens van je geliefde.
Daarna introduceert de leraar het middeleeuwse toneelstuk Lanseloet van Denemerken. Enkele fragmenten worden in de klas voorgelezen, nadat ze eerst gesitueerd worden in het verloop van het verhaal. Na elk fragment kunnen de leerlingen onder leiding van de leraar van gedachten wisselen door middel van tekstbestuderende en tekstervarende vragen en opdrachten. In een klasgesprek kunnen de leerlingen daarna hun eerste reacties op het hele toneelstuk kwijt.
Vervolgens kunnen de leerlingen een opvoering van het stuk bekijken, die op het Vlaamse Archief voor Onderwijs te vinden is. Het gaat om de televisiebewerking van Dora van der Groen uit de jaren ’70. Voor de bespreking van deze opvoering hebben we een aantal vragen en opdrachten over de dramatische tekstinterpretatie opgesteld.
Ten slotte kunnen we de tekst actualiseren door middel van een klasgesprek over de vraag of er in het stuk sprake is van verleiding of verkrachting. We moeten er natuurlijk rekening mee houden, dat het middeleeuwse normen- en waardepatroon anders is dan tegenwoordig. Maar als we het toneelstuk benaderen met hedendaagse normen en waarden, gaat het zonder twijfel om seksueel grensoverschrijdend gedrag. We verwijzen hiervoor naar een recente discussie op Neerlandistiek. (Zie verder.)
Indien het leermiddel gebruikt wordt voor zelfstudie, groepswerk of afstandsonderwijs, moeten de leerlingen, vooraleer ze de vragen beantwoorden en de opdrachten uitvoeren, eerst de tekst lezen in een vertaling of bewerking in hedendaags Nederlands. De volgende edities komen daarvoor in aanmerking:
Adema, H., Lanseloet van Denemerken: gevolgd door Die Hexe. Tekst en vertaling. Leeuwarden: Taal & teken, 2004.
Komrij, G., De abele spelen. ’s-Gravenhage: SDU-uitgeverij, 1989. (In 2021 opnieuw uitgegeven door Uitgeverij Kleine Uil uit Groningen.)
Castermans, R., Lanseloet van Denemarken en De heks in hedendaags Nederlands. Amsterdam: Brave New Books, 2022.
Ze kunnen ook een hoorspelversie in hedendaags Nederlands beluisteren, in een bewerking van Garmt Stuiveling (VARA, 1966).
Dit zijn de doelstellingen van het leermiddel:
- De leerlingen zijn bereid om hun standpunt te bepalen tegenover een aantal middeleeuwse voorschriften over de liefde en daarover van gedachten te wisselen.
- De leerlingen kunnen hun keuze voor de hoofdfiguur van het stuk (Lansloet of Sanderijn) motiveren.
- De leerlingen kunnen de verschillende thema’s van het stuk benoemen en toelichten.
- De leerlingen zijn bereid om het stuk te lezen in een hedendaagse vertaling of bewerking.
- De leerlingen kunnen de verschillende personages karakteriseren.
- De leerlingen kunnen de allegorie van de valk en de bloeiende boom verklaren.
- De leerlingen kunnen een afbeelding uit het Manesse-handschrift in verband brengen met de symboliek van de allegorie.
- De leerlingen zijn bereid om hun houding (sympathie of antipathie) tegenover de personages te bepalen en toe te lichten.
- De leerlingen zijn in staat om na het bekijken van een opvoering van het stuk een dramatische tekstinterpretatie van die opvoering te geven.
- De leerlingen zijn bereid om het gedrag van Lanseloet te typeren als vrouwonvriendelijk, seksueel grensoverschrijdend en immoreel.
We verwijzen ook naar de volgende discussie op Neerlandistiek:
Remco Sleiderink, ‘Het mirakel van Sanderijn. #MeToo in de Middelnederlandse literatuur’.
De inhoud van deze column werd tegengesproken door Ludo Jongen op dezelfde website: ‘Als een meisje ja zegt … Een antwoord aan Remco Sleiderink’.
Het uitvoerige en heel genuanceerde sluitstuk van de discussie, getiteld ‘Sanderijns zeshonderd jaar lange weg naar erkenning’ door Cécile de Morrée is hier te lezen.
Het leermiddel is hier te vinden.
P.S. De onderstaande afbeeldingen, die gemaakt zijn met behulp van artificiële intelligentie, kunnen stof geven aan een discussie in de klas. Wat klopt er en wat klopt er niet volgens de inhoud van het verhaal? Welke concrete details moet je in je instructies aan Microsoft Copilot vermelden om een betrouwbare afbeelding te krijgen?

Lanseloet ontmoet Sanderijn in een bloeiende boomgaard, terwijl zijn moeder op een afstand hun gesprek afluistert. (Copilot ai)

De vluchtende Sanderijn ontmoet de ridder in het woud. (Copilot ai)
Laat een reactie achter