
Op 3 september 2025 is prof em. Dr. Wietske Vonk overleden. Zij heeft in Nijmegen veel betekend voor de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur (NTC), de Faculteit der Letteren, voor de universiteit en voor het Max Planck Institute for Psycholinguistics (MPI). Zij was een bruggenbouwer tussen de taalkunde, psychologie en neurowetenschappen. Zij stond aan de basis van de researchmaster Cognitive Neuroscience.
Wietske en haar man Leo Noordman werkten bij Pim Levelt in Groningen ten tijde van Willem Frederik Hermans’ Onder professoren. Toen het Max Planck Instituut in 1980 in Nijmegen werd opgericht door Levelt, gingen Wietske en Leo mee naar de Keizer Karelstad. Wietske werkte er zowel bij de opleiding NTC als bij het MPI. Bij het MPI deed ze onderzoek en bij NTC gaf ze colleges op het gebied van de psycholinguïstiek. In 2003, twee jaar voor ze met emeritaat ging, werd ze tot hoogleraar Psycholinguïstiek benoemd.
Lichtend voorbeeld
Zowel in haar onderzoek als in haar onderwijs had Wietske veel aandacht voor methodologie en kwantitatieve analyses. Haar onderzoek was vernieuwend omdat zij als een van de eersten de verwerking van taal in zinnen en teksten onderzocht, waar anderen zich vooral op woordherkenning, versprekingen en taalstoornissen richtten.
Wietske verzamelde in de loop der jaren een grote groep studenten en jonge onderzoekers om zich heen. Haar enthousiasme voor gedegen en doordacht onderzoek en onderwijs werkte aanstekelijk en had op veel van haar studenten en onderzoekers een inspireerde uitwerking. De groep van Wietskes “volgelingen” werd in de loop der jaren dan ook groter en groter. Wie eenmaal deel uitmaakte van de groep bleef lid, niet alleen omdat de bijeenkomsten inspirerend waren, maar ook heel gezellig. Eens per jaar organiseerde Wietske een minisymposium over lezen, na afloop waarvan de hele groep bij Wietske en Leo thuis ging eten. Dat waren legendarische avonden, waar nu nog over gesproken wordt.
Het minisymposium kwam voort uit een interfacultaire werkgroep met pedagogen, psychologen, taalkundigen en taalbeheersers. Wietske was – zoals hierboven al werd opgemerkt – een bruggenbouwer en een verbinder. Zo stond ze ook aan de basis van de researchmaster Cognitive Neuroscience, waar zij onderzoekers van verschillende disciplines bij elkaar bracht. Deze opleiding, die inmiddels meer dan 25 jaar bestaat, is een lichtend voorbeeld van hoogstaand interdisciplinair onderwijs.
Brein
Bij de opleiding NTC heeft ze een belangrijke rol gespeeld bij de overgang naar het bachelor/mastersysteem, waarbij de opleiding onder haar bezielende leiding grondig werd herzien. Ze wist daar iedereen bij te betrekken en het eindresultaat was de basis van de huidige opleiding. In overleg met alle docenten heeft ze er voor gezorgd, dat methodologische vaardigheden zoals hypothesevorming, dataverzameling en interpretatie gedurende de gehele opleiding bij alle vakken aan de orde kwamen, iets dat ook bij andere opleidingen navolging vond.
Wietske zorgde ook voor verbinding binnen de opleiding. Ze organiseerde uitjes, zoals een tweedaagse reis naar Gent, stelde taart verplicht tijdens opleidingsvergaderingen (ze was de dochter van een bakker), en stond aan de basis van het jaarlijks kerstfeest voor alle medewerkers én studenten, dat tot op de dag van vandaag plaatsvindt.
Wietske was een uitstekend onderzoeker, had een scherpe geest, een kritische blik op eigen en andermans werk, ze was eigenzinnig, ze was een doorzetter, en verwachtte dat ook van haar medewerkers. Haar publicaties waren talrijk. In samenwerking met andere onderzoekers heeft ze gepubliceerd over hoe mensen in hun brein zinnen verwerken, welke inferenties tijdens het lezen worden gemaakt, hoe causale zinnen worden geïnterpreteerd, hoe verschillende manieren van verwijzen invloed kunnen hebben op de verwerking en structurering van tekst, hoe tekst wordt gerepresenteerd in het geheugen, en nog meer, eigenlijk te veel om hier op te noemen.
Sprankelend
Ze had niet alleen oog voor kwaliteit, maar ze had ook altijd aandacht voor de mens, van medewerker tot student. Ze kende van al haar promovendi en scriptiestudenten hun persoonlijke omstandigheden en ze was attent bij grote gebeurtenissen als geboortes, verhuizingen, begrafenissen en verbroken en net ontstane relaties. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat velen van haar promovendi en oud-collega’s na haar pensionering met haar en Leo intensief contact bleven houden.
Na haar pensionering heeft Wietske nog verschillende promovendi begeleid. Ze bleef betrokken bij het onderzoek op het gebied van de psycholinquïstiek en neuroscience, maar beperkte zich tot het onderzoek dat ze naar eigen zeggen echt leuk vond. Van op afstand volgde ze het wel en wee van de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur.
Ze bleef betrokken bij onze faculteit door zitting te nemen als extern lid bij de Ethische Commissie, waar men dankbaar gebruik kon maken van haar grote expertise op het gebied van het verrichten van experimenteel onderzoek. Buiten haar eigen vakgebied had ze veelzijdige interesses. Ze volgde jarenlang trouw nascholingsonderwijs over recente literatuur, bezocht talloze concerten moderne klassieke muziek, ze zeilde met Leo op hun zeilboot in Friesland en was lid van de Orde van de Prince, een Vlaams-Nederlands genootschap dat zich inzet voor de Nederlandse taal en cultuur.
We hebben haar gekend als een sprankelende en energieke collega, een voorbeeld voor velen en een fantastisch mens! We gaan haar heel erg missen en zullen haar niet vergeten.
Laat een reactie achter