Er zijn onlangs drie boeken verschenen waarin een sonnettenkrans een grote rol speelt: Wat we kunnen weten van Ian McEwan, Nieuwpoortse gedichten van Mike Van Acoleyen en Koorsboom van Jakes Möller. De eerste en laatste zijn niet Nederlandstalig, ze zijn Engels en Afrikaans.

De nieuwe roman van McEwan gaat over de zoektocht naar een verloren gegane of verloren gewaande sonnettenkrans. En uiteraard gaat deze roman ook over de liefde en over nog wat andere dingen – maar dat terzijde. De wereldberoemde dichter Francis Blundy heeft in 2014 een sonnettenkrans geschreven voor zijn vrouw Vivien, maar die krans is al 105 jaar zoek. De vraag is of hij gevonden gaat worden. Die vraag zal ik nu niet beantwoorden, maar ik kan je wel vertellen dat er een paar fijne plottwistjes in Wat we kunnen weten zitten. Ik vond het een vermakelijk boek, maar ik weet niet zeker of net zo vermakelijk is voor mensen die geen enkele interesse in sonnettenkransen hebben.
Mike Van Acoleyens bundel Nieuwpoortse gedichten – Sonnettenkrans voor een badstad is, zoals de ondertitel al weggeeft, een sonnettenkrans. Het is een fraaie mijmering over Nieuwpoort. Een beetje in een impressionistische stijl, met her en der wat Jacques Perkerige zinswendingen. Gelukkig wel gezet in een hedendaagse sfeer waarin het woord ‘beton’ gewoon lekker in een rijmpositie mag staan.
Koorsboom is de eerste dichtbundel van Jakes Möller. Er staan een stel prima gedichten in, waarvan ‘Allegorie op de digkuns’ een van de betere is. Maar… de sonnettenkrans waar de bundel mee besluit, is wat mij betreft helemaal knasti! Het is een van de allerbeste en tofste sonnettenkransen die ik gelezen heb. Möller maakt namelijk perfect gebruik van het idee dat je veertien individuele sonnetten hebt die samen een soort conclusie vormen in het meestersonnet – maar dan net wat anders.
Het thema van Möllers krans is het heelal en het (ontstaan van) het leven op aarde. In de veertien sonnetten wordt uitgebreid aandacht besteed aan diverse religieuze invalshoeken. Genesis (niet de band) komt voorbij, maar er wordt met het grootste gemak overgeschakeld naar het Nirvana (niet de band) en de Walkuren (niet de opera). Möller gooit het met het grootste gemak in de blender. Maar dan, in het meestersonnet, zijn al die religieuze invalshoeken weg. Het meestersonnet is kaal en duister, want de aarde is maar een planeet die zweeft op een kromming in de Melkweg. Verder is er slechts een vacuüm. Briljant gedaan. Dit is het meestersonnet:
Swewend op ’n kronkel van die Melkweg,
deur die wet van swaartekrag so bepaal,
ons planeet wentel in ’n sterspiraal,
deur torings van newellig onderweg.Volg die komete se verligte baan,
die nagloed nes ’n sluier van kristal,
daal deur swartkolk na ’n verborge dal,
vonke wat glim in die hemelvulkaan.Kragte en gewig gaan finaal ontmoet,
’n vlam van ys gaan verrys en versteen,
die vakuum verduister, ruimte ontknoop.Oplaas het tyd se uurglas leeggeloop,
dan word die onmoontlike algemeen,
die begin gaan die einde tegemoet.
Ian McEwan, Wat we kunnen weten (vertaling: Harm Damsma en Niek Miedema), De Harmonie, Amsterdam 2025. Bestelinformatie bij de uitgever
Mike Van Acoleyen, Nieuwpoortse gedichten – Sonnettenkrans voor een badstad, Eigen beheer. https://www.bravenewbooks.nl/site/?r=userwebsite/index&id=mikevanacoleyen
Jakes Möller, Koorsboom, Turksey Publikasies, Kaapstad 2025. https://turksvypublikasies.co.za/2025/08/25/koorsboom/
In mijn bundel ‘Een vers is als een vat gedestilleerd’ staat o.m. mijn sonnettenkrans ‘Wie schrijft er tegenwoordig nog sonnetten?’
Uitgave Liverse ISBN 978 94 92519 92 4