



Frits Spits gaat stoppen als presentator van De Taalstaat, was onlangs in het nieuws. Een vast onderdeel van het programma is het Taalloket, waarin taalkundigen van Onze Taal een luisteraarsvraag beantwoorden. Hoe ging dat er eigenlijk altijd aan toe? We vragen het aan Roos de Bruyn, Rutger Kiezebrink, Ludmilla Coornstra en Fieneke Jochemsen van Onze Taal, die hier vandaag bij ons in de studio zitten. Goedemiddag allemaal, welkom!
Goedemiddag!
Even terug naar het begin: sinds wanneer is het Taalloket onderdeel van De Taalstaat?
Dat was vanaf een paar maanden na het begin van het programma, in 2014. Elke zaterdag om ongeveer 12.20 uur schoof het Taalloket open. Een van ons zat dan klaar – thuis of in de studio – om de vraag te beantwoorden. En hoe we onze bijdrage ook leverden, we hadden altijd het gevoel bij te dragen aan een leuke uitzending.
Waar kwam dat door?
Dat kwam toch wel voor een groot deel door Frits’ aanstekelijke enthousiasme. Altijd straalde hij uit: wat die slimme, goeie, beste luisteraars nou toch weer voor interessante vraag hebben?! Zijn achtergrond als neerlandicus kwam hem daarbij goed van pas: achter een op het oog simpele vraag over of iets ‘goed Nederlands’ is, of over de betekenis van een woord, kan altijd een interessant verhaal zitten.
Dus elke zaterdag stapten Frits en iemand van Onze Taal in voor een ritje in de taalachtbaan, langs etymologie, betekenis, grammatica, woordvorming, uitspraak, taalnormen, retorica, leestekens, uitdrukkingen, nieuwe woorden, oude woorden … Na pakweg vier minuten kwamen we weer veilig aan op ons basisstation én bij de conclusie dat taal het bespreken waard is.
Zo, dat klinkt inderdaad als een wilde rit! Wat voor vragen passeerden dan zoal de revue?
We bespraken bijvoorbeeld een keer het woord schietpartij: wat doet dat feestelijk klinkende partij in zo’n naar woord? En neem nou het woord loftuiting: moet dat niet lofuiting (zonder t) zijn?
Frits leek vaak te genieten van luisteraars die net iets te lang hadden stilgestaan bij een bepaalde formulering, en zich plots afvroegen of BN’er (‘Bekende Nederlander-er’) of een lesbische vrouw niet dubbelop zijn. Of waarom je eigenlijk de verleden tijd gebruikt in ‘Wat was uw naam?’ en ‘Had u nog iets te drinken gewild?’
En die samenwerking tussen Frits Spits en Onze Taal – was die beperkt tot die paar minuten iedere zaterdag?
Nee, zeker niet: Frits bracht het Groot Dictee in 2018 terug – maar dan op de radio – en nodigde Onze Taal uit om de jurering te verzorgen. En in 2022 werkte hij zelfs eenmalig samen met de redactie van tijdschrift Onze Taal, als bevlogen gasthoofdredacteur van het themanummer over het Nederlandstalige lied. We hebben dus veel aan hem te danken!
Tot slot, hebben jullie nog enkele woorden voor de heer Spits zelf?
Frits, dank je wel voor alle leuke en gezellige ritten in de taalachtbaan, geniet van je welverdiende pensioen en tot ziens!
Hartelijk dank, beste mensen van Onze Taal. Heeft u ook een vraag voor het Taalloket? Mail dan naar taalstaat@kro-nrcv.nl.
Laat een reactie achter