Graftuil voor Staring Nog schuilen Wildenborchs* klimopberankte murenten einde van de zware beukenlommerkloofen roemen bosch en beek in stroph' en tegenstropheden meester, die én spade én veder kon besturen. Hier plantte, zwoegensmoê in stille avondurenhij 't laat zijn grijzend hoofd omwindend lauwerloof;hier, waar de stormwind eens het droge zand verstoof,schiep hij een … [Lees meer...] overGedicht: N.E.M. Pareau • Graftuil voor Staring
gedichten 20e eeuw
Gedicht: Bert Decorte • Galanterie
Galanterie Ik kom liefst wat te laat en laat je gaarne fluiten,want wie te vroeg komt vrijt zijn vrolijkheden kwijt,maar laat je, meesteres, vast in mijn armen sluitenalvorens jij me vrank en vrij de straat op smijt. Zo smeekt hij die, te smal om smoesjes te verkopen,de kinderen vermaakt of wroet voor 't vaderlanden het vertikt, Tity, je verder na te lopenen wachten of je wel … [Lees meer...] overGedicht: Bert Decorte • Galanterie
Gedicht: Hans van Straten • Kleine elegie
Kleine elegie De seinpaal bij de overwegherinnert zich nog hoe zij lachteals jongens haar naar huis toe brachtenof als ze fietste langs de dijk. En zij die langs de slootkant gaanzien daar hoe aan de oeverkantentussen los kroos en waterplantenhaar spiegelbeeld is blijven staan. Maar 't lichte van de avondwinddat 's zomers door haar haar kwam suizenvindt nu nog slechts de lage … [Lees meer...] overGedicht: Hans van Straten • Kleine elegie
Gedicht: Albert Besnard • Bij booglamplicht en schreeuwende reclame
Bij booglamplicht en schreeuwende reclameBewierookt door hysterisch straatgeruchtGaat Haar Ellendigheid de Veile DameLangs 't honend grauw dat van begeren zucht. Verdorven pages die zich harer schamenVolgen haar sleep van adellijke luchtEn proeven geur van ziekte en bloemen samenAls zwoele aromen van een beurse vrucht. Haar poovre Majesteit, in koel verachtenVan 't beedlend … [Lees meer...] overGedicht: Albert Besnard • Bij booglamplicht en schreeuwende reclame
Gedicht: Leo Vroman • De tijger en de haringsla
De tijger en de haringsla Een tijger zat een haringslamet boze plannen achterna. De haringsla was vlug ter been:het oerwoud stormde door haar heen. Zij scheerde laag langs gras en paden:zij was een van de snelste sladen. Augurkjeskruim en zachte gratenmoest zij van het rennen laten. … [Lees meer...] overGedicht: Leo Vroman • De tijger en de haringsla
Gedicht: J.G. Danser • Op de wandeling
Op de wandeling Wij traden saam langs een verlaten laan:Geen wind bewoog de looverlooze twijgen,Wij voelden vredes ijlen nevel stijgenEn wisten ons van 't kleed der vrees ontdaan. En vreemd: die zoo vaak met haar was gegaan,Haar liefde kende en liefdes rijke zwijgen,Mij was nog nooit haar smal gelaat zoo eigenEn nooit had ik zoo diep haar blik verstaan, —' Ik weet nog wel: er … [Lees meer...] overGedicht: J.G. Danser • Op de wandeling
Gedicht: J.G. Danser • De verlaten steden
De verlaten steden Mijn moeheid zoekt de steden die verlatenEn stil zich koestren in den zonneschijn:De donkre huizen en de nauwe straten,Den stoeren torenromp op 't open plein. Daar storen mij gerucht noch smadend praten,Daar doet geen schrik mijn blijde mijmring pijn:Onmerkbaar-zacht versmelten vreugde en hatenTot klaar geluk, tot zoet tevreden-zijn. Den heelen dag kan ik er … [Lees meer...] overGedicht: J.G. Danser • De verlaten steden
Gedicht: Paul Rodenko • Het beeld
Het beeld Uit het hout van de morgenuit morgenrozenhoutsneed ik een beeldheel licht en smaller dan een lijsterstemeen beeld van morgenrozenhout. Het was zo schuw zo ongeschoolddat ik het zelf niet kendemet elke windvlaag was het wegmaar 'n kindeen bloesemtakeen onbekendebracht het mij zeer voorzichtig weer terug. Er waren er die het herkendenen luide namen gaven:Confecta … [Lees meer...] overGedicht: Paul Rodenko • Het beeld
Gedicht: Bert Decorte • Het wit en wankel kind
Het wit en wankel kindHet wit en wankel kind weemoedig als de meeuwenverzeilt verzinkt in slaap midden de bloemenzeewier vlokken vederschuim als kussen nedersneeuwenzijn kusbesneeuwde slaap wil met het water mee de wimpers die zijn oog met schaduwen beschermenschuilen de schimmen weg die nevelig en grootaan de zeegroene kim van zijn dromen zwermenof sterven soms aan boord van … [Lees meer...] overGedicht: Bert Decorte • Het wit en wankel kind
Gedicht: J.G. Danser • Het naakte meisje
Het naakte meisje Zij ligt, zoo rijk in haar ontroerend naakt, Zoo argeloos, ontdaan van alle kleêren: Een kind niet radend wat het doet ontberen En toch zoo schoon, zoo lieflijk en volmaakt. Stil, als een bloem in schaduwen ontwaakt Wier broosheid zelfs het zonnelicht zou deren, Bloeit haar lichaam: mild-rose voor den teêren En diepen grond die somberkleurig vlaakt. Vreemd: … [Lees meer...] overGedicht: J.G. Danser • Het naakte meisje
Gedicht: T. van Deel • Autobiografie
T. van Deel overleden AutobiografieZe zetten op hun proefwerkvel nogTaal in plaats van Nederlandsen moeten zo ineens van mijhun korte leven samenvatten.Daar zit men even mee. 't Ideedat ik straks alles lees isvoor de meesten geen bezwaarmaar wat te schrijven is de vraag.Ik zou ze nu al kunnen zeggenwaar hun papier van vol gaat staan.Geboorte ener broer of zusverhuizing, opa … [Lees meer...] overGedicht: T. van Deel • Autobiografie
Gedicht: Hans Warren • Aubade met lijsters
Aubade met lijsters De rijm stijgt dampend uit de weidentot sluiers om de zondie tussen de lentetwijgeneen japanse allure krijgt. pirix pirix tjuwie tjuwie tjitjuwuwutlie tluu tlie tiriktiping tjulilililili Melkauto's in de vertede postbode nadertlitu tjoeoek tjoek tjoeoekde postbode loopt voorbij tèk tok tèk tek trrk trrr tr rr titiwu pikwie? pikwieie? Hans Warren … [Lees meer...] overGedicht: Hans Warren • Aubade met lijsters
Gedicht: M. Vasalis • Duif
Duif Het had geonweerd, en de straat was nat. het asfalt lag als water aan de oever van het trottoir, waar plechtig trad een duif en koerde als een kind, maar droever. De hemel boven ’t park werd licht, de bomen stonden groen, afzonderlijk, en ieder leek een bos, zo vol, zo wonderlijk en in zichzelf gekeerd, prevelend opgericht. Ik liep te kijken in de korte stille … [Lees meer...] overGedicht: M. Vasalis • Duif
Gedicht: Gerrit Krol • Het meisje van Steinberg
Het meisje van SteinbergHet meisje van Steinberg gezien,in volle staat, doodstil,met op haar achterste een staart,de krullen op het hoofdmet veters aan elkaar geknoopt,niet kwaad, maar breed,- dat is, zei Stein, wat ik graag zie -schouders van een kapitein,pijpjes naaizij op gordijn,boezem, maar met strikjes,substrikjes in een gesp bijeen,de armen bloot maar zeer voorzien,en o, … [Lees meer...] overGedicht: Gerrit Krol • Het meisje van Steinberg
Gedicht: Michel van der Plas • In de trein
In de trein(bij Heemstede) Huis met de groene luiken naast de ramen,met groene tuin, met 't groene hek ervoor:groen huis met meisje in het groen, tesamenontmoet tresoor... - voorbij: de trein vliegt door, ik laat geen spoor na als ik verder spoor,maar in mij staat een beeld met nieuwe namen:groen huis, meisje in 't groen - het gaat teloor:vanavond zijn de luiken voor de ramen. … [Lees meer...] overGedicht: Michel van der Plas • In de trein
Gedicht: Ad den Besten • Lof van Utrecht
Lof van Utrecht Stad, ik ben nietig als een stille plant,die argeloos ontluikt in uw plantsoenen;ik schuil in u voor 't wiss'len der seizoenenen bloei mijn bloemen in uw warme hand. Of, nog veeleer ben ik van uw mosgroene,rustieke torens aan de singelkanteen duif, die er zijn jonge vlerken spantmaar altijd weerkeert in de bladfestoenen. O stad, ik heb u lief, ik ben uw kind;ik … [Lees meer...] overGedicht: Ad den Besten • Lof van Utrecht
Gedicht: Jan Engelman • Geest van Utrecht
Geest van Utrecht Zacht klater water in de avondvreeen mensen zitten neder op de rand van een fontein,Zo roerloos, zo gelaten moet mijn stad wel zijn —ik vind haar wezen en ik neem het zingend mee. Want hier liep Warhold, die zijn wilde hart verwon.Jan van den Doem bleef bruidloos om zijn kathedraal.Een kerknis was het hemels voorportaalvan Bertken, felle minnares, en zoveel … [Lees meer...] overGedicht: Jan Engelman • Geest van Utrecht
Gedicht: Hans Andreus • (In plaats van)
Hier, op deze plaats,stond een ander gedicht; het ging verloren.Misschiennamen die vormen van de lucht die wij voor wind aanzienmaar wereldser geesten verbergen,het weg in een plotselinge hartstocht, een verliefdheid,en spelen zij er nu mee. Misschienook droeg het teveel wetenschapom te kunnen blijvenleven. (In plaats van) Hans Andreus (1926-1977)uit: … [Lees meer...] overGedicht: Hans Andreus • (In plaats van)
Gedicht: Max de Jong • Sonnet
Sonnet Wanneer de zon haar licht tot vlammen bundelt,die om de schijf gekranst de zee in dansendhet water kleuren tot een pruttelénd veldvan rode inkt, de horizon verschansend achter zijn uitzichtloos laaiende gloed.En als de zon dan zichtbaar lager zakt,zodat de inkt verkeert in golvend bloed,dat tot de weelde van een meer verstrakt — … [Lees meer...] overGedicht: Max de Jong • Sonnet
Gedicht: Remco Campert • Impasse op de heide
Impasse op de heideeen kempse zon schijnt hierde wereld ontdaan van de franjeder stadse bijgeluidenligt als een hersenloos zoogdiereeuwen te herkauwenver van de ijle bomender gedachten, eronderligt de weg op mij te wachtenwat doe ik in dit niemandslandik loop over het dierdat niet beweegt maarhet speeksel van de urenvan haar kaken druipen laatik denk niet meer dan:pierre laat … [Lees meer...] overGedicht: Remco Campert • Impasse op de heide
Gedicht: Pierre Kemp • Idylle
Idylle De boeren hebben de faeces vande koeien gespreid in ringenover de weiden. Een laatste manstrijkt met zijn vork nog even uiten een kind staat er bij te zingenonder het rijpende fruit.Het kind zingt misschien om het avondroodof om de pop met haar zaagmeel-schooten anders om andere dingen.Het hoort ongemerkt de avondkloken den laatsten ring, dien de boer daar trok.Het gras … [Lees meer...] overGedicht: Pierre Kemp • Idylle
Gedicht: Pierre Kemp • Fanfare
FanfareIk sta al lang niet meer vooraan,als er stoeten door de straten gaan.Ik moet luisteren naar de bomenen niet naar mensen, die komen.Ze komen, de mensen, en gaan voorbijin gelederen van dwazen,maar de élite onder hen, voor mij, zijn zij,die in koperen buizen blazen. Pierre Kemp (1886-1967) • • • • • • • • • • • • • • • • • • Abonnees van Laurens Jz. … [Lees meer...] overGedicht: Pierre Kemp • Fanfare
Gedicht: Martinus Nijhoff • Het uur U (fragment)
Het uur U Het was zomerdag.De doodstille straat lagte blakeren in de zon.Een man kwam de hoek om.Er speelde in de verte op de stoepeen groep kinderen, maar die groepbetekende niet veel,maakte, integendeel,dat de straat nog verlatener scheen.De zon had het rijk alleen.Zelfs zij, wier tweede natuurhen bestemde, hier, op dit uur,te wandelen: de student,de dame die niemand … [Lees meer...] overGedicht: Martinus Nijhoff • Het uur U (fragment)
Gedicht: J.C. Bloem • Een man
Een manEen rood raam aan een oude gracht,Een deur, die open schrijnt,En een man, die even wachtEer hij in den nacht verdwijnt.De sleetsche rug was kromGebogen onder den smaad,Toen wendde hij zich omNaar de geul van een gore straat. … [Lees meer...] overGedicht: J.C. Bloem • Een man
Gedicht: F. Schmidt Degener • Cloaca maxima
Cloaca maxima De nacht met lantarens,geboomte en gracht;de bruggen, het waterdat spiegelend wacht.Kozijntjes en hekken,gordijntjes verlicht;de stoep en het venster,en 't lokkende wicht.'t Is zomernachtstil. – Geen ril in het water.Te slaap gaat de buurt.Het uur wordt steeds later.Een glansje poetst zachtde deur, en er buitende fiets die er wacht.De ontucht gaat sluiten. … [Lees meer...] overGedicht: F. Schmidt Degener • Cloaca maxima