Taalbeschouwing voor groep 4 Praten doe je door je mond open te doen en dan weer dicht. Als je mond open is, zeg je een klinker. Als je mond dicht is of bijna dicht zeg je een medeklinker. Aa is bijvoorbeeld een klinker. Je mond staat wijd open. Probeer maar. Maar ook als je bijvoorbeeld een oe zegt of een ee is je mond open. Hij is iets minder wijd open … [Lees meer...] overKlinkers klinken en medeklinkers klinken mee
Taalbeschouwing voor kinderen
Sorry dat mijn papa geen Nederlands spreekt
Taalbeschouwing voor de basisschool (2: groep 4) "Welkom, meisje", zegt de papa van mijn beste vriend Sem tegen mij. Hij knikt heel aardig, maar ook een beetje verlegen. Daarna weet hij niet meer wat hij moet zeggen. … [Lees meer...] overSorry dat mijn papa geen Nederlands spreekt
Goeiemorgen, hoi!
Taalbeschouwing voor de basisschool (1: groep 4) We lopen elke ochtend naar school. Papa en ik. Als we naar buiten komen, staat de buurvrouw in de tuin. “Hoi”, zeg ik. “Goeiemorgen, buurvrouw” zegt mijn vader. … [Lees meer...] overGoeiemorgen, hoi!