In het oktobernummer van Onze Taal onder meer:
• Erwin Wijman – Nieuwe mode: kleine letters; onderkast verdringt hoofdletter in namen en logo’s van bedrijven
Nationale-Nederlanden presenteert zichzelf tegenwoordig als ‘nationale nederlanden’ en Alex als ‘alex’. Bedrijven zweren massaal de hoofdletter af. Wat willen ze duidelijk maken met de afslanking van hun naam?
• Peter-Arno Coppen – ‘Ik heb zoiets van’: de schoonheid van een gehate uitdrukking
‘Ik heb zoiets van’ is misschien wel de meest beschimpte uitdrukking in de Nederlandse taal. Is dat eigenlijk wel terecht?
• Arjen van Veelen – De kus moet nooit komen: Goede tijden, slechte tijden en het Nederlands
Goede tijden, slechte tijden bestaat twintig jaar. Wat heeft de populaire soapserie betekend voor het Nederlands? Twee scenarioschrijvers van het eerste uur vertellen.
• Kees Boonman en Jaap de Jong – ‘De puntjes op de i vergen nog wat tijd’: de mistige taal van de formatie
De formatietijd vraagt het tegennatuurlijke van Haagse politici. Ze mijden de schijnwerpers en negeren camera’s en microfoons. De schaarse woorden die vallen, vormen een rijke bron voor taalliefhebbers.
• Frank Jansen – Houden journalisten zich aan de regels?: de rol van schrijfadviezen bij het bewerken van persberichten
‘Vermijd te lange zinnen’, ‘Zet de kern voorop’, ‘Schrijf actief’. Trekken journalisten zich iets aan van dergelijke bekende schrijfadviezen? Aan de Utrechtse universiteit is het onderzocht.
In de vaste rubrieken onder meer: Riemer Reinsma over hoofdsteden die ‘Hoofdstad’ heten, Guus Middag over de rapper Jack Parow en Arjen van Veelen over de opsommingen op verpakkingen. Daarnaast de gebruikelijke columns van Joop van der Horst en Jan Kuitenbrouwer.
Kijk voor de volledige inhoudsopgave op http://www.onzetaal.nl/tijdschr/1010.php
Laat een reactie achter