Goedemorgen grammar feud-vrienden, hier is weer een nieuwe, geheel gratis spelset voor het inmiddels razend populaire gezelschapsspel grammar feud (voor de regels, zie hier). Aan die populariteit wordt trouwens wel eens getwijfeld. Men vraagt zich af of ik dat allemaal maar verzin, in een listige poging een wensdroom te verwezenlijken. Wel, beste grammar feud-vrienden, laat ik jullie verzekeren dat niets minder het geval is.
Het spel grammar feud is helemaal niet zo nieuw, het is in werkelijkheid al eeuwenoud. Het wordt over de hele wereld al sinds mensenheugenis gespeeld, aan de eettafel, op het werk, in de kroeg, en gewoon op straat. Overal kunnen plotseling clubjes mensen ontstaan die in een potje grammar feud terecht komen. Soms gaat het over spelling of over de betekenis van een woord, maar het kan ook gaan over de toepasselijkheid van een zinsconstructie of de manier waarop je iets uitspreekt. Er wordt bij gelachen en tandengeknarst, er zijn korte potjes en er zijn spelrondes die zich over weken uitstrekken.
Helaas wordt het spel overal met onduidelijke, of eigen huisregels gespeeld. Daardoor is vaak niet voor alle deelnemers duidelijk welke afwegingen er nu gemaakt worden, en om welke stellingen het precies gaat. Daardoor komt het spel vaak niet goed tot zijn recht. Maar toch weerhoudt dat niemand ervan om de volgende keer weer fanatiek mee te doen. Ik geloof dat ik gerust mag beweren dat grammar feud het oudste en populairste verborgen spel in onze samenleving is. Het wordt echter hoog tijd voor een standaardisering van de regels.
Dan nu de grammar feud-kwestie van vandaag. We houden het bij de niet-controversiële onderwerpen, dat zijn de beste om de techniek in de vingers te krijgen. Deze is ook geschikt voor jonge taalgebruikers, die net het verschil tussen voorwerpen en bepalingen geleerd hebben.
Grammar feud-kwestie: In de zin Nederland grenst aan Duitsland zit een zinsdeel aan Duitsland. Is dat een bijwoordelijke bepaling van plaats of een voorzetselvoorwerp? Kies het beste antwoord.
En dit zijn de stellingen:
- Grenzen aan is een vaste combinatie van werkwoord en voorzetsel.
- Het zinsdeel aan Duitsland heeft een duidelijke plaatsbetekenis.
- In de Algemene Nederlandse Spraakkunst staat grenzen aan bij de gezegdes met voorzetselvoorwerp.
- Van een zin als Dat grenst aan het onmogelijke bestaat geen versie Dat grenst eraan dat het onmogelijk is.
- Het is hetzelfde geval als Het schilderij hangt aan de wand, en daar is aan de wand bijwoordelijke bepaling van plaats.
- Het zinsdeel aan Duitsland is niet vervangbaar door een neutrale bijwoordelijke bepaling van plaats, zoals Nederland grenst ergens.
- Grenzen aan kun je wel figuurlijk gebruiken, zoals in Dat grenst aan het ongelooflijke, maar hier is het letterlijk gebruikt.
- Je kunt aan Duitsland in deze zin niet weglaten.
- Het werkwoord grenzen in deze constructie is een germanisme, want het is uit het Duits afkomstig.
- Vroeger was het Nederland grenst met Duitsland.
- Het voorzetsel aan heeft hier zijn eigen betekenis, die omschreven kan worden met tegen…aan.
- Je kunt niet zeggen Nederland grenst, en wel aan Duitsland.
Veel speelplezier!
Peter-Arno Coppen
Laat een reactie achter