“Door de nieuwe aanpak van het management” zegt Ewout, een hoofdpersoon in het vorige week verschenen boekje Bobotaal, “gaan jullie merken dat jullie in een enorme krachtenvelden komen. En niemand hier heeft dat spelletje ooit gespeeld. Intern ga je daarom tegen deuren op lopen.”
“Doel van dit gesprek,” zegt elders in het boek iemand, “is om een signaal af te geven. Maar om echt zaken te kunnen doen zullen we ook anderen moeten laten aanlinken om onze boodschap uit te dragen.” En nog weer elders meldt een wethouder: “Ik neem dit concrete voorbeeld mee om aan te kaarten dat de totale kwaliteit van de dienstverlening door de stedelijke dienst niet optimaal is. Dat nemen we weer mee als aandachtspunt in de jaarlijkse evaluatie.”
Er zijn taalkundigen die menen dat je als taalkundige geen mening mag hebben over welke taal dan ook, maar ik zeg: de hel is een ruimte verlicht met iPads waarin mannen met staarten heel hard tot in alle eeuwigheid dit soort teksten in je oor toeteren.
Levenden lijve
In het ondermaanse hebben we het Twitter-account Bobotaal dat dit soort teksten uit de werkelijkheid isoleert en ons voorschotelt: “Een klein voorbeeld helpt ons misschien om een richting neer te zetten”. “Onze doelstelling is een kracht, maar ook een valkuil.” “Ik streef ernaar de gedragen input zo breed mogelijk te krijgen.” En nu staat het dus ook een boek, waarin een en ander in context wordt geplaatst in 11 korte verhaaltjes over mensen die werken bij innovatiemakelaar de Delta Alliantie, bij Stichting Kennissporen, in de gemeenteraad, of zelfstandig als strategy consultant.
In een nawoordje analyseert De Wethouder nog kort wat de wortel van het probleem is: er zijn grote groepen mensen van wie het werk eigenlijk niet veel meer is dan het produceren van grotendeels betekenisloze stromen woorden: alle consultants en managers en directeuren van allerlei stichtingen. Het zijn mensen met wat een ‘hogere opleiding’ genoemd wordt en die eindeloos bezig zijn om van alles en nog wat te organiseren en structuur dat helemaal geen organisatie of structuur behoeft – bijvoorbeeld omdat er toch niets aan te doen is. Of omdat het niet bestaat.
Gezwel
Dat is een reden om ook wel degelijk ten strijde te trekken tegen dit soort taal. Het is geen onschuldig gepraat; het is een symptoom van een plaag: dat grote groepen mensen in de samenleving een belangrijk deel van hun tijd verdoen met inhoudsloze nutteloosheid. Wat dat betreft is De Wethouder (volgens het omslag ‘een van de hijgerige klimmertjes uit de middenklasse’, die ‘eet van het systeem’) nog veel te mild – Bobotaal moet duidelijk geplaatst worden in de traditie van mild-ironische beschouwingen van contemporain taalgebruik à la Van Kootens Treitertrends, Kuitenbrouwers Turbotaal en Cornelisses Zeg maar echt mijn ding. Hij mikt duidelijk op de mensen die zelf ook in ‘het systeem’ zitten en daarvan ‘eten’ en er dus niet uit willen.
Maar er is meer in het leven dan ‘van het systeem eten’! Bobotaal is meer dan wat onschuldige prietpraat om mild over te glimlachen! Het is een gezwel dat langzaam maar zeker het openbare leven opeet, dat zelf als wens heeft om alles met inhoud te verdelgen en dus zelf verdelgd moet worden! Strategy consultants aller landen, werpt de ketenen van de Bobotaal van u af! Verenigt u!
RHCdG zegt
Er is misschien geen kruid tegen gewassen, maar ik heb de bronnen van dit onheil gevonden: http://www.dack.com/web/bullshit.html en http://www.atrixnet.com/bs-generator.html