Vroeger moest ik weleens glimlachen om de Taalunie, die overheidsorganisatie die eigenlijk voor het Nederlands moet zorgen maar die vooral praatjes verkoopt. Die sinds een paar jaar aan de hoofd een man heeft die er trots op is dat hij manager is, omdat je dan tenminste geen inhoudelijke kennis nodig hebt en je lekker fris tegen de zaken aan kunt kijken. Een man die twee jaar geleden ‘het debat over taal ging aanjagen’ en nog steeds naar het vliegwiel zoekt.
Het lachen is me sinds kort vergaan. De Taalunie doet niet langer alleen onzinnige dingen met zijn geld. Ze is bezig schade toe te brengen aan onze taal. Zoals deze week blijkt gaat het zo ongeveer alle kernactiviteiten afschaffen. Wat doorgaat: het zichzelf zelfgenoegzaam in duur propagandamateriaal feliciteren
Gratis
Want terwijl de organisatie in het najaar het zoveelste dure en onzinnige festival organiseert ter eer en glorie van het nieuwe Groene Boekje, slaat ze tegelijkertijd de bijl in het budget waar ze echt iets kan betekenen: het onderwijs.
De propagandamachine draait al langer: de Taalunie geeft zijn geld vooral graag uit aan PR en reclame voor de eigen winkel. Aan een online magazine. Aan dure door de baas van de Taalunie ingesproken YouTube-filmpjes (sinds november al meer dan 140 keer bekeken!) Aan gratis op scholen verspreide boekjes.
Ravage
Waarom moet een overheidsorganisatie zoveel reclame maken voor zichzelf? Omdat ze geen zin heeft in het saaie ondankbare werk dat ze eigenlijk zou moeten doen.
De Taalunie is een Vlaams-Nederlandse overheidsorganisatie. Ze voert het beleid op het gebied van taal en literatuur uit. Dat is natuurlijk saai, en zo hoort het ook. Het meeste werk is bovendien overbodig – een commissie iedere tien jaar het Groene Boekje opnieuw laten bekijken, vergaderen, rapporten uitbrengen over dat het zo goed gaat met het Nederlands, vergaderen. Ook dat hoort allemaal nu eenmaal zo.
Ongemoeid
Eén activiteit is nuttig: het onderwijs Nederlands in het buitenland ondersteunen. Als je iets aan het Nederlands wil doen – ik zeg niet dat je dat moet willen, je kunt het ook laten, maar schaf de Taalunie dan af – dan is het dat: zorgen dat er ook in het buitenland geleerden en tolken en vertalers zijn die onze taal beheersen. Het is in ieder geval nuttiger dan het eindeloos produceren van brochures en folders en krantjes en YouTube-kanalen waar niemand naar kijkt.
Maar sinds kort moet er kennelijk (extra) bezuinigd worden. En waar moet dat geld vandaan komen? Als het aan de Taalunie ligt, aan de kerntaak. De boekjes en brochures en het YouTube-kanaal moeten kennelijk ongemoeid blijven. Ik schreef een tijdje geleden al over een van de onzalige bezuinigingsmaatregelen: er gaat een grote klap worden uitgebracht aan het Nederlands in Indonesië. Inmiddels is duidelijk geworden dat de ravage veel groter is. De Taalunie heeft eigenhandig besloten dat het Nederlands in het buitenland een overbodige luxe is.
Rompslomp
Waarom zouden al die Roemenen en Portugezen ook Nederlands moeten leren! Wij doceren hun taal toch ook niet meer!
Ook de ooit fameuze, inspirerende, zomerscholen waar getalenteerde buitenlandse studenten intensief contact kunnen maken met onze taal en cultuur moeten gesloten worden, en de subsidiekraan wordt eveneens dichtgedraaid voor leraren Nederlands in den vreemde – die kregen een toelage van de Taalunie wanneer de salarissen van de lokale universiteit te laag waren om van te leven.
De Taalunie is het afgelopen jaar bezig geweest met een charmeoffensief. Tegen allerlei partijen vertelden ze dat ze reuzegraag wilden gaan luisteren. Voorbij waren de tijden dat de Taalunie, dat goed gesubsidieerde overheidsorgaan, probeerde vooral in zijn eentje de dienst uit te maken, particuliere initiatieven op taalgebied vooral zo snel mogelijk probeerde weg te drukken en te verstikken onder folders en brochures en festivals. De Taalunie waar vrijwel iedere taalliefhebber zo afkerig van was, daar kwam een einde aan. In plaats daarvan kwam een Taalunie die er juist was vóór ons allemaal.
Wanvertoning
Over deze keuzes is met niemand overlegd; ze worden aan het vakgebied, dat zo zijn best heeft gedaan mee te werken opgelegd. Daarom is zelfs de Internationale Vereniging voor Neerlandistiek, doorgaans een keurige club van aardige dames en heren, inmiddels boos. Die vereniging, die het onderwijs Nederlands in het buitenland aan het hart gaat en trouwens zelf ook met bezuinigingen te maken krijgt die het geduldig ondergaat, heeft gisteren een brandbrief gestuurd aan de Taalunie over deze kwestie omdat ze nooit zijn gehoord.
Keurslager
Ik weet dat er veel gezwegen wordt, dat er veel verborgen onvrede is over de Taalunie. Mensen uiten die niet omdat de Taalunie nu eenmaal een beetje geld heeft in ons arme wereld. Ik zou hopen dat die onvrede nu eens naar buiten komt, dat we ons organiseren, en onze stem laten horen.
Wat zal dat een treurige ‘week van de Nederlandse taal’ worden, die de Taalunie in oktober wil organiseren, alsof de Partij van de Dieren een week van de keurslager zou organiseren, of Halbe Zijlstra een Week van het Experimentele Toneel maakte. Het werk aan het Nederlands wordt de nek omgedraaid, het feestje gaat door. Iedereen die een knip voor de neus waard is, zou die wanvertoning moeten boycotten.
sap jalls zegt
Vandaag heb ik als voorafje graag een ad hominem, sans gêne.
Anoniem zegt
Zeg sap jalls, spreek alsjeblieft je moerstaal en laat zo'n Latijnse uitdrukking achterwege
Anoniem zegt
Dat prof. v Oostendorp het niet zo heeft op de Taaunie is zo langzamerhand wel bekend. Dat hij echter alleen van leer kan trekken en niets constructiefs inbrengt is echter niet van academisch niveau.
Anoniem zegt
Helemaal mee eens!
Anoniem zegt
De enige echte ad hominem op deze pagina komt, als ik de definitie eens erop nakijk, van sap jalls. 😉
Tjeerd Broersma zegt
Tweede zin onder subkop 'Ravage': (…) zin heeft om (…) >> (…) zin heeft in (…).
Laatste zin onder subkop 'Ravage': (…) alemaal (…) >> allemaal (…).
Anoniem zegt
"Waarom moet een overheidsorganisatie zoveel reclame maken voor zichzelf? Omdat ze geen zin heeft om het saaie ondankbare werk dat ze eigenlijk zou moeten doen."
Ik dacht dat het 'zin hebben IN iets' is en niet 'om' en ik dacht dat 'alemaal' met twee 'L' geschreven wordt. Er zijn nog andere taalfouten die me zijn opgevallen, maar ik kan toch niet alles gaan noemen… hmm…. Komt het omdat de auteur te zenuwachtig was toen hij het artikel schreef? Of misschien zat hij zo hard op een geschikt moment te wachten om de Taalunie aan te vallen dat hij meteen het artikel ging publiceren zonder het nog een keer lezen….?
Marc van Oostendorp zegt
Dank!
Marc van Oostendorp zegt
Wat een eer! Allemaal anonieme reacties met een IP-nummer uit Den Haag vandaag!
Martijn Benders zegt
Ik zie dat de TaalUnie net als diverse dictatoriale figuren en instellingen gebruik maakt van anonieme figuren om net te doen alsof je met een spellcorrector kritiek kunt pareren. Ik raad de TaalUnie ten zeerste aan om bovenstaande kritiek niet alleen bloedserieus te nemen maar ook per direct Dhr van Oostendorp beleidsmanager te maken. Het klimaat is veranderd, wilt u niet dat de stekker eruit gaat dan wordt het tijd om te luisteren, niet om te trollen.
Judit Gera zegt
Marc, ik sta bijna volledig achter je redenering. behalve dat m.i. de Taalunie vóór de heer Joris voor de buitenlandse neerlandistiek heel goed functioneerde, we waren er tenminste zeer tevreden mee! Des te pijnlijker wat nu gebeurt. We moeten inderdaad samen actie nemen! Anders verdwijnt de neerlandistiek extra muros. Dank voor je stuk.
Marc van Oostendorp zegt
Misschien was ik op dat punt niet duidelijk, maar ik vond inderdaad ook dat juist op het gebied van de internationale neerlandistiek altijd goed werk werd gedaan. We kunnen dit niet over onze kant laten gaan!
Marc van Oostendorp zegt
Ik beleidsmanager? Wil je iedereen dood hebben?
Ik geloof dat ik me wel een soort Taalunie-watcher mag noemen, er zijn denk ik weinig mensen die zoveel over die organisatie geschreven hebben.
Een van de opvallende kenmerken is dat ze absoluut niet tegen kritiek kan, ze reageert altijd als door een wesp gestoken. Dat is op zich lastig voor een overheidsorganisatie; die hoort natuurlijk niet te schelden (ook niet anoniem) op burgers die met kritiek komen en ook niet bijvoorbeeld een 'constructieve' houding te eisen.
Ik vermoed dat het iets te maken heeft met de bijzondere organisatiestructuur: het is een internationale organisatie waarin de partnerlanden al hun beleid op een bepaald terrein (taal en letteren) hebben ondergebracht. Er zijn dus ministers uit heel verschillende regeringen voor verantwoordelijk. Dus is het belangrijkste dat er zo min mogelijk herrie komt, men wil er als het ware geen omkijken naar hebben.
Je zou kunnen zeggen dat deze keuze – snijden in de neerlandistiek in het buitenland – daar ook door is ingegeven: er zijn weinig mensen in Nederland of Vlaanderen die er rechtstreeks belang bij hebben, dus zal het wel rustig blijven.
Martijn Benders zegt
Het wekt op mij de indruk een organisatie te zijn die vooral veel met zichzelf bezig is. Organiseren van leuke dingen voor leuke mensen waar dan geen hond op af komt. Sub finem gaat het natuurlijk essentieel om het verantwoorden van een geldstroom om het eigen bestaan te vieren, Le intermediar pour l'intermediar. Het meeste wat ik daar zie lijkt een soort dagbesteding voor mensen die nog nooit van taal of literatuur hoorden, of het is gewoon window dressing, al met al komt het nogal autistisch over allemaal. En als je dan inderdaad je enige zinvolle activiteit schrapt mag je wel eens wat kritiek voor de kiezen krijgen.
taaldenker zegt
Ik volg je redenering en je aanklacht ook wel. Ik heb een dubbel gevoel bij die Week van het Nederlands. Enerzijds kan ik alleen maar toejuichen dat er eens uitgebreid aandacht gaat naar het Nederlands in al zijn facetten. Zoals ik zelf onlangs heb geschreven naar aanleiding van het stuk over Filip Devos (over het gebrek aan echte overheidssteun voor wetenschapspopularisering), is er in Vlaanderen heel weinig aandacht voor aspecten van het Nederlands die buiten het normendebat vallen. Met andere woorden: als er al iets rond het Nederlands gebeurt, gaat het ofwel over de jeugd die niet meer kan/leer spellen (foei jeugd en foei onderwijs), ofwel over tussentaal versus Belgisch-Nederlands (het 'verfoeilijke taaltje' versus 'wij hebben dat Ollands toch niet nodig'). Heel geanimeerde debatten, maar iets nieuws hoor je er nooit. En echt leuk is het ook maar zelden. Vanuit dat standpunt zeg ik: laat die Week van het Nederlands vooral maar komen. Maar (en nu komt het), ik vind dat de Taalunie zichzelf hier wel een erg gemakkelijke rol toebedeelt. 'Organiseer maar wat op eigen kracht en eigen kosten, laat het ons weten en wij zetten jullie (en ineens onszelf) wel in de picture'. Daar komt het op neer. De echte steun die mensen als ik, wel gemotiveerd, met genoeg ideeën en achtergrond, maar niet verbonden aan een onderzoeksinstelling, nodig hebben, die komt er niet. En die mensen aan de onderzoeksinstellingen werken vaak *ook* met overheidssteun, die *ook* afneemt. Net de onderzoeken die het publiek het meeste aanspreken, omdat ze beschrijvend zijn en niet te vaktechnisch-taalkundig, worden amper nog gehonoreerd door clubs als het FWO-Vlaanderen, want ze zijn niet fundamenteel genoeg. Terwijl de overheid zelf ze net tè academisch vindt om te ondersteunen. Overigens bouwt de Taalunie ook de subsidiemogelijkheden voor externe projecten af. Individuen kunnen het intussen al vergeten, je moet in een organisatie zitten (welke?). Hoe wil de Taalunie dan aan activiteiten geraken? Aan nieuwe dingen, nieuwe insteken? Iedereen vrijwilligerswerk? Zo werkt het toch niet.
Ik begrijp heel goed dat iedereen moet besparen. En dat de Taalunie dat ook voelt, want zowel in Nederland als in Vlaanderen is de besparingsdruk in de departementen Cultuur en Onderwijs enorm. Ik begrijp ook dat de Taalunie een draagvlak zoekt bij het brede publiek, net om duidelijk te maken dat ze bestaansrecht heeft. Maar op dit moment liggen de prioriteiten wel vreemd. Je moet eigenlijk bewijzen dat je de Taalunie niet nodig hebt om iets op poten te zetten, en dan kom je misschien in aanmerking voor steun. Of beter, dan ben je het waard dat de Taalunie je mee in de schijnwerpers zet. En anders: pech gehad. Opnieuw: hoe wil je dan als overkoepelende organisatie aan partners geraken, als je hen de ene steun in de rug na de andere afneemt? Hoe wil je dat die partners je nog vertrouwen?
Anoniem zegt
Gebruik al jaren het Witte Boekje. Uit woede over de rare dingen in het groene. Heb ze afgeschreven.
Anoniem zegt
Ik ben al veel te lang weg uit Nederland om te weten of u gelijk heeft, maar u kunt wel goed schrijven.
Anoniem zegt
Ja een of andere halve zool, thans emiritus prof aan Leiden heeft de teloorgang van het Groene Boekje op z'n geweten.
Anoniem zegt
Wat maakt het Nederlands in het buitenland nu nog uit?
Het Nederlands is geen fluit meer waard! Hoor je weleens een puber Nederlands horen praten? We praten tegenwoordig een soort Nederengels Onze scholen zijn zo´n beetje geheel Engelstalig. Onze winkelstraten zijn slappe kopieën van straten uit Angelsaksische landen. Onze luchthavens tonen als enige in de wereld de landstaal niet. Om over ons bedrijfsleven maar niet te spreken. En als er een buitenlander probeert onze taal te spreken dan beantwoorden we die veelal in het Engels…..Ik denk dat de Taalunie juist heel verstandig is. Probeer eerst maar eens wat waardering voor onze taal te kweken binnen onze eigen grenzen en ga het dan verkopen in het buitenland. Je zult maar een buitenlandse student zijn van het Nederlands en dan vol illusie de Lage Landen gaan bezoeken. Pfff wat een domper moet dat zijn!
~*Henny*~ zegt
En dat is slechts een greep uit de droevige hoeveelheid fouten waardoor de blogs van meneer v. Oostendorp altijd weer gekenmerkt worden. Om een voorbeeld te geven: het woord Taalunie is vrouwelijk, maar meneer heeft er kennelijk geen enkele moeite mee om zelfs binnen een zin uitbundig van woordgeslacht te wisselen.