Af en toe moet ik mezelf er even aan herinneren dat ik in een spannende tijd leef – de tijd van de internetrevolutie. Vrijwel alles wat er in mijn leven veranderd is in de afgelopen twintig jaar en dat geen rechtstreeks verband houdt met het feit dat ik vroeger jong en enthousiast was en nu vergrijsd en verbitterd, komt door het internet.
Dat ik geld uit de muur kan halen. Dat ik iedere dag, inclusief dagen in het weekeinde, ruim vijftig brieven kan beantwoorden. Dat ik ook als ik op reis ben duizenden boeken bij me heb, en er nog veel meer kan opzoeken. Dat degene wiens deadline ik overschrijd, makkelijk kan controleren dat ik wel tijd heb voor andere dingen.
Staat van dienst
Nu schrijft GJ Bogaerts bijvoorbeeld dat de dood van de website nakende is, en die Bogaerts heeft een indrukwekkende staat van dienst op het internet.
Jasje
Diepere inhoud
Waarom die zaken geen websites genoemd mogen worden, snap ik alleen niet zo goed. Het aantrekkelijke van de website lijkt mij nu juist dat het zo’n volkomen open vorm is: alles kan. YouTube is een website, De Telegraaf heeft een website, de Baarnse Bridgeclub heeft een website. Websites zullen blijven bestaan zolang er internet bestaat.
Maar Bogaerts bedoelt natuurlijk iets anders: heeft het zin om websites te maken als media-uiting? Websites met korte stukjes die uiteindelijk vermalen raken in de stroom van lollige berichtjes op de sociale media? Of moet je je richten op bredere en diepere inhoud, op grote stukken die mensen speciaal voor je komen opzoeken?
Vissen
Wij zitten hier bij Neder-L natuurlijk in een niche – we zijn er voor een niet al te grote doelgroep, maar als je bij die doelgroep hoort, voel je je hopelijk wel verplicht om ons te volgen. En eigenlijk zou ik wel behoefte hebben aan meer verzamelsites voor dit soort specialistische websites. Wie houdt er bijvoorbeeld ons en onze collega-wetenschapsbloggers bij om daar iedere dag de interessantste stukken uit te vissen? Wie maakt er een dagelijkse krant met alle mooiste boekrecensies van het Nederlandse internet? En wie verzamelt er nu eens de Nederlandstalige longreads?
Er is behoefte aan nog veel meer websites.
Laat een reactie achter