Maandag 30 november 2015, 19.00 – 21.00 uur is het eindelijk zover! We vieren dan de feestelijke presentatie van Bloed en rozen,Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1900-1945.
Plaats: KNAW – Akademie van Kunsten, Trippenhuis, Kloveniersburgwal 29, Amsterdam. Auteur is dr. Jacqueline Bel, universitair hoofddocent moderne Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Het boek is onderdeel van de monumentale reeks Geschiedenis van de Nederlandse literatuur
van de middeleeuwen tot nu. Deze is voortgekomen uit een initiatief van de Nederlandse Taalunie. Met medewerking van Jacqueline Bel (Vrije Universiteit), Ann Rigney (UU), Kris Humbeeck (Universiteit van Antwerpen), Frits van Oostrom (UU), Geert Joris (Nederlandse Taalunie) en Mai Spijkers (uitgeverij Prometheus / Bert Bakker). De bijeenkomst wordt geleid door Margot Dijkgraaf. Het symbolische eerste exemplaar wordt aangeboden aan M.A. Schenkveld – van der Dussen, emeritus hoogleraar Letterkunde van de Universiteit Utrecht. Aanmelden op de site van de KNAW.
“Bloed en rozen van Jacqueline Bel beschrijft de watervlugge afwisseling van literaire generaties en hun tijdschriften, modes en stromingen in de literatuur in Nederland en Vlaanderen tussen 1900 en 1945. Het is de periode van nog altijd geliefde auteurs als Louis Couperus, Carry van Bruggen, M. Vasalis, Paul van Ostaijen en Willem Elsschot. Maar ook van vergeten schrijvers als Top Naeff en Anna de Savornin Lohman. Het is de tijd van de opkomst en ondergang van totalitaire ideologieën die ook hun sporen nalaten in de letteren. Maar allesbepalend zijn de twee wereldoorlogen die de status-quo van de negentiende eeuw vernietigen. Vlaamse dichters trekken in de Grote Oorlog ten strijde ‘in een geur van bloed en rozen’. Oorlog verandert voorgoed de manier waarop schrijvers en dichters in de Lage Landen in de eerste helft van de vorige eeuw naar de wereld kijken. De literatuur in tijden van oorlog, getekend door collaboratie en verzet, is integraal onderdeel van deze literatuurgeschiedenis in breedbeeld. Die ruime visie bestrijkt verder bijvoorbeeld de doorbraak van de avant-garde, hoge én lage literatuur, jazz, literaire journalistiek, film, radio, maar ook de populariteit van vrouwelijke auteurs en koloniale romans. Er staat in Bloed en rozen geen hek om de Nederlandse letteren. Literatoren in Noord en Zuid lieten zich inspireren door vakgenoten uit het buitenland zoals Marcel Proust, Virginia Woolf en James Joyce en ook die literaire internationale hoort bij de geschiedenis van de Nederlandse literatuur van fin de siècle tot modernisme.”
Laat een reactie achter