• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Een esthetica van affect en verlangen

9 november 2015 door Gert de Jager 3 Reacties

Over Als een beek van Kees Ouwens (4)

door Gert de Jager

Hoe lees ik Ouwens? In een romantisch-modernistische traditie die vanaf het eind van de negentiende eeuw zowel de poëzie als de kritiek in haar greep heeft gehad. “Als reactie op het grote moderne trauma – de dood van God – zoekt deze lijn van literaire kritiek het absolute in de literatuur. Lezen wat er niet staat heeft hier iets heel fijnzinnigs en belangrijks: het stelt je in contact met het ontastbare dat ons met elkaar verbindt.” Aan het woord is Sarah Posman op de dag van de literatuurkritiek op 14 oktober in Brussel. Als ik in de drie gedichten van Ouwens die ik tot nu toe besproken heb op één ding gespitst was, dan was het op een ultieme tekstuele samenhang die tegelijkertijd tekortschiet of iets verzwegen laat. De gedichten in Als een beek, met al hun hebbelijkheden en onhebbelijkheden, lijken moeiteloos in een mal van hoogstaande betekenisgeving te passen. 
 
Posman stelt daar een “esthetica van het affect en het verlangen” tegenover. Literaire teksten zijn met myriaden draden aan een context gebonden en datzelfde geldt voor een lezer. Bij het lezen ontmoeten contexten, ritmes, ervaringen elkaar. “Literatuur komt niet alleen ingewikkeld tot stand, ze vraagt ook aan lezers om hun ingewikkeldheden aan die van haar te koppelen”. Of dat een werkbaar onderzoeksprogramma oplevert, weet ik niet direct en ook niet of Posmans esthetica veel meer is dan een variant van de receptie-esthetica uit de jaren zeventig. Van welke lezers zijn de ingewikkeldheden interessant? Kunnen die gesystematiseerd worden? Aangeleerd? Overgedragen? Is een lectuur waar je wat aan hebt afkomstig van een uitzonderlijk individu dat een uitzonderlijke, niet te imiteren visie etaleert?
 
Daar ben ik dan als lezer, met mijn context en ingewikkeldheden. Daar is een tekst van Ouwens, met zíjn context en ingewikkeldheden. Daar is de verstandhouding tussen die twee. Ik besprak het gedicht Muren en gaf er een interpretatie van. Het toeval wil dat het een van de weinige gedichten is waarover Ouwens zich zelf heeft uitgelaten. Zijn interpretatie verschilt niet radicaal, maar toch wel een beetje van de mijne.
 
Het gaat om ‘die vier koude muren’ uit de laatste strofe. Ik verbond ze zonder meer aan ‘het huis’ in de eerste strofe – het huis dat ik identificeerde als het ouderlijke huis en het enige zelfstandige naamwoord in het gedicht dat op basis van een woordenboekbetekenis in aanmerking komt. In een interview ziet Ouwens het net iets anders:

De ik-figuur is, zoals ik in Als een beek al constateer, ‘van de werkelijkheid verlaten’. Er is geen landschap meer buiten zijn zinnen, – zijn projectie mislukte. (…) Het landschap is zijn lichaam geworden. Dat werd ‘een minnaar van vier koude muren.’

Niet alleen het ouderlijk huis, maar ook het landschap en daarmee de hele zichtbare werkelijkheid zijn ‘koud’ geworden. Wat blijft zijn een ik-figuur en wat hij verderop ‘een daad op schrift’ noemt die allebei geen warme connectie meer hebben met de werkelijkheid. De koude muren zijn misschien vooral de koude muren van een tekst. In een artikel in het Kritisch Literatuur Lexicon gaat Kees van Domselaar verder in die richting: voor hem zijn de muren die van het sociaal en maatschappelijk isolement waartoe het dichterschap de ik-figuur veroordeelt. Het voornaamwoord ‘die’ verwijst bij hem niet naar een huis of iets anders wat de ik-figuur zou kunnen waarnemen, maar naar de hele tweede strofe waarin een ‘ik’ de pen pakt. 
 
Wat hiermee te doen? We hebben een gedicht uit een bundel uit 1975 en drie lezingen. Eén van Ouwens uit 1989, die van Van Domselaar uit 1994, die van De Jager uit 2015. Als we ervan uitgaan dat de auteur dood is en geen extra autoriteit bezit ten opzichte van zijn eigen werk, zijn het drie gelijkwaardige interpretaties. Ze zijn alle drie te beargumenteren op basis van tekstuele samenhang. Degene die de meeste woorden aan het gedicht wijdde was ik – niet in het kader van een schools naslagwerk als het Kritisch Literatuur Lexicon, niet in het kader van een interview waarin de innerlijke logica van een schrijverschap het belangrijkste gesprekonderwerp was. Als er iemand affect en verlangen in het gedicht heeft geïnvesteerd, ben ik het. Bijna net zoveel, lijkt het wel, als Ouwens in het contact met een werkelijkheid die hem ontglipte.



Eerdere afleveringen in deze reeks hier, hier en hier. Het interview met J. Heymans in het Ouwensnummer van De Revisor, jrg. 16, nr. 5, okt. 1989. Het artikel ‘Kees Ouwens’ in het Kritisch Literatuur Lexicon is, voor zover ik weet, na 1994 niet bijgewerkt. Met de dood van de auteur wordt een theoretisch concept van Roland Barthes bedoeld. Wordt vervolgd.

 

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: esthetica, letterkunde, poëzie

Lees Interacties

Reacties

  1. Wim Voskuilen zegt

    11 november 2015 om 13:00

    Muren staat in de vlottende-spiegelstructuur naast Het vaderland en Stijfheid. In Het vaderland 'kolkt de thuishaven vermanend als een verwaarloosd denkbeeld'. Stijfheid begint met: 'Thuiskomend van zee/ in het wurgend licht, o, afgematte woning, verheven haven'. In beide gedichten zie je het idee thuishaven maar het schrijven komt in geen van beide voor. Het ligt inderdaad voor de hand om 'die vier koude muren' te verbinden met 'het huis' uit strofe 1. Zelf ben ik geneigd Muren te zien als beschrijving van het lot van de ik en dat is schrijver worden, en om te kunnen schrijven heb je een huis nodig, dat biedt in ieder geval een 'constante'.

    In het interview noemt Ouwens 'een minnaar van vier koude muren' bij het onderwerp van de bundel na Als een beek, Klem. Hij benoemt het als: 'het ik, en dat alleen'. In strofe 2 van Muren valt dan op dat je het woordje 'Ik' op vier verschillende manieren kunt lezen: horizontaal, verticaal en, met de l als I, van onder naar boven en rechts naar links. In Ouwens' gedichten tref je ook vaak de u en dan lees je verder: 'Ik en u'.

    Beantwoorden
  2. Gert de Jager zegt

    11 november 2015 om 14:50

    Beste mijnheer Voskuilen, ik snap heel weinig van wat u schrijft. De geïnteresseerden in uw theorie heeft u in eerdere commentaren al verwezen naar uw eigen publicaties. Is het misschien een idee om het daarbij te laten?

    Beantwoorden
  3. Wim Voskuilen zegt

    11 november 2015 om 21:41

    Beste heer De Jager,
    Als een beek sluit aan bij de conceptuele kunst van de jaren '70. Voor iemand uit de literaire wereld is dat misschien een raar idee.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Fred Portegies Zwart • Atlas

Bestaan vangt aan met woorden ademhalen
opdat wat om ons heen is wordt verstaan.
Wat is en schijnt laat zich pas gadeslaan
als chaos wordt ontbonden door vertalen.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

OKT. ’59

Een borstelige zee, schuim, regen slaat het schuine raam. [lees meer]

Bron: Tirade, juli-augustus 1961

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

8 oktober 2025

➔ Lees meer
21 januari – 8 april 2025: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

21 januari – 8 april 2025: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

7 oktober 2025

➔ Lees meer
28 november 2025: Symposium Werkgroep Bilderdijk

28 november 2025: Symposium Werkgroep Bilderdijk

5 oktober 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1906 Frederik Zwaan
sterfdag
2024 Fred de Bree
➔ Neerlandicikalender

Media

Openingszitting Colloquium IVN

Openingszitting Colloquium IVN

8 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Wanneer is iets literatuur?

Wanneer is iets literatuur?

2 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek 4 Reacties

➔ Lees meer
Webinar: vertaaltools en AI inzetten in een meertalige klas

Webinar: vertaaltools en AI inzetten in een meertalige klas

30 september 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d