Door Niels Bokhove
De stad Utrecht is niet alleen op dit moment een bruisende literaire stad, maar was dat vroeger ook – misschien zelfs nog sterker. Veel daarvan is inmiddels vergeten, maar verdient het om weer eens opgedolven te worden. Daarom zijn Niels Bokhove en Hans Heesen (die beiden hun sporen verdiend hebben op het terrein van het Utrechts literair erfgoed) in 2011 een tijdschrift voor dat vergeten literair erfgoed gestart: De Utrechtse Boekhouder. Zij vormen de redactie, zij houden van boeken, dus gingen zij boekhouden. En hoe reageerde Volkskrant-recensent Arjan Peters op dit initiatief? Het tijdschrift “biedt gedetailleerde antwoorden op vele vragen die je jezelf nog nooit gesteld had. …”. Precies! Het blad zoekt niches op, waar niemand aan gedacht heeft. Voor de liefhebber én de specialist!
In het algemeen gaat De Utrechtse Boekhouder over schrijvers die op de een of andere manier iets met Utrecht hadden, er geboren of gestorven zijn, gestudeerd of gewerkt hebben, en alles daartussen. En bovendien: alle partners in het literaire bedrijf kunnen aan bod komen, niet alleen de schrijvers maar bijvoorbeeld ook de drukkers en de verkopers van hun werk. Verder schrijvershuizen en -graven, citaten over Utrecht, herinneringen enzovoort. Buiten de redactie zelf werkt een aantal deskundigen en enthousiaste liefhebbers mee. (Zie de inhoud van de afleveringen tot nu toe.)
Inmiddels zijn er vijftien afleveringen verschenen. En wel in de vorm van een pdf, die telkens gratis kan worden gedownload vanuit een email met de specifieke link. Daarna kan de abonné zelf uitmaken hoe hij het blad leest: op het scherm, zelf geprint of via een printshop. Bovendien is het blad in gedrukte vorm te verkrijgen bij alleen het Utrechts antiquariaat Hinderickx & Winderickx.
Het blad is gratis omdat de redactie het puur voor eigen plezier doet én daarom zij en uitgever Salon Saffier (een literair erfgoedtheatertje in Utrecht) geen zin hadden in het versturen van betaalaanmaningen. Ook van de bijdragers wordt dat onbezoldigd plezier verwacht. Onder hen bijvoorbeeld Benno Barnard, Tomas Ross, Leo Vroman †, Chrétien Breukers, Arjaan van Nimwegen, Tessa de Loo, Joris van Casteren, Kester Freriks, Marion Bloem, Stephan Enter, Piet Calis, Bert Natter, Koos Meinderts, Martin Schouten en Wim Brands †. En uiteraard de redacteuren zelf, want die liepen over van de onderwerpen en het materiaal.
Komende herfst wordt nummer 16 verwacht met (onder uitdrukkelijk voorbehoud) bijdragen over Betje Boerhave’s mysterieuze dagboeken, de onbekende Schone Zakdoek-medewerkster Cok Brinkman, Shakespeare en Maeterlinck in Utrecht?, dr. P.H. Ritter jr.’s bonnetjes, de volstrekt onbekende detectiveschrijver Henk Mineto, dichter-theoloog Jan Wit en natuurlijk Paul Harland (wie mag hij dan wel wezen?).
Inmiddels telt het blad zo’n 400 abonnés, onder wie biografen, literatuurwetenschappers en -liefhebbers, Utrechters, enzovoort. Het heeft een simpele opmaak, die blijkbaar opvalt: voor de ‘Bladen en Blaadjes Prijs 2013’ van het tijdschrift De God van Nederland (jan. 2013) stond het buiten ons toedoen met 23,6 punten als nr. 49 op de ‘Tiplijst (Top)’ van 50 titels!
Naast dit tijdschrift geeft Salon Saffier ook een boekjesreeks uit onder de naam De Utrechtse Boekhoudpers. Tot nu toe zijn hierin tien deeltjes verschenen met teksten van o.a. Willem Kloos, W.G. van de Hulst sr., Jacq Boersma (Alain Teister) en H. Marsman.
Laat een reactie achter