Door Willem Kuiper
Woensdag 23 maart j.l. begon ik met het publiceren van de Middelnederlandse vertaling van Le recoeil des histoires de Troyes van Raoul le Fevre, de schrijvende kapelaan van Philippe le Bon (1396-1467), hertog van Bourgondië, de Lage Landen incluis. De aanleiding was, zoals u kunt teruglezen in de ‘Ankeiler’, een collegiale vraag: waarom ik voor mijn editie van Die historie vanden stercken Hercules de roman Les proesses et vaillances du preux Hercules, zoals gedrukt door Michel le Noir, Parijs 1500 als brontekst gebruikt had en niet het origineel: Le recoeil des histoires de Troyes van Raoul le Fevre? Volgens de vakliteratuur zou de druk van Jan van Doesborch een kopie zijn van de Hercules-hoofdstukken in Die vergaderinge der historien van Troyen, dat is de Nederlandse vertaling van Le recoeil des histoires de Troyes, gedrukt door Jacob Bellaert, Haarlem 1485.
Mijn antwoord luidde dat ik op dat moment wél de beschikking had over de drukken van Jan van Doesborch en Michel le Noir maar (nog) niet over de druk van Jacob Bellaert en zijn Franse voorbeeld. Wel naar gezocht, maar niet gevonden Tot mijn verrassing en opluchting kon ik bij een volgend bezoek aan de website van de Lessing J. Rosenwald Collection van de Library of Congress, Washington USA de druk van Jacob Bellaert in kleur en in hoge resolutie als pdf downloaden. Op de website Gallica, de digitale arc de triomphe van de Franse literatuur, vond ik de vermoedelijke brontekst, eveneens in pdf, kleur en hoge resolutie, het Recoeil zoals gedrukt door Caxton / Mansion. Alvorens de beide Herculessen met elkaar te vergelijken ben ik eerst begonnen met het eerste boek van de trilogie die het Recoeil vormt. Met het verschijnen van hoofdstuk 31 is dat eerste boek af en begint het tweede boek over het leven en werken van Hercules.
Het vergelijken van de Bellaert-versie met de Doesborch-versie van de Historie vanden stercken Hercules is bewerkelijker dan ik dacht en hoopte. De Franse bronteksten ontlopen elkaar nauwelijks. Michel le Noir heeft een iets minder onderlegd publiek voor ogen en gebruikt daarom iets meer woorden, soms ter verduidelijking en soms om stemming te maken: ‘emotie’. Eén voorbeeld uit het eerste hoofdstuk als het over de oude, jaloerse Juno gaat. Mansion drukt “Quant la vieille” af, en Le Noir dikt dit aan tot: “Quant la faulse et mauluaise vieille”. Hij laat zo goed als niets weg. Maar in wezen is het bijna woordelijk dezelfde tekst. Voor de Nederlandse vertaling(en) ligt dat wat gecompliceerder. Op het eerste, tweede en derde gezicht lijken de teksten van Bellaert en Doesborch verschillende versies, maar ik ben daar nog niet helemaal zeker van. Zo vond ik tot mijn verrassing temidden van de verschillen een gemeenschappelijk element dat niet in de Franse handschriften en drukken voorkomt, voorzover ik die digitaal kon raadplegen. Zodra ik het eerste hoofdstuk panklaar heb, zal ik een synoptische editie publiceren en dan kunt u met eigen ogen zien of de tekst van Doesborch uit de Vergaderinge is overgenomen.
Nu het eerste boek van de Vergaderinge voltooid is, bied ik hierbij een cumulatieve tweetalige pdf-editie aan voor studiedoeleinden alsook een leeseditie van de Middelnederlandse vertaling in epub; voor diegenen die de epub-versie niet rechtstreeks kunnen downloaden is hier een zip-versie die uitgepakt het epub-bestand oplevert. Naar ik hoop binnen afzienbare termijn zullen deze bestanden naar een andere server verhuizen, maar als u op het Internet zoekt naar ‘Bibliotheek van Middelnederlandse Letterkunde (BML)’ of op de voorpagina van Neerlandistiek.nl naar het tabblad ‘e-books’ dan zult u daar de meest recente versie vinden.
Momenteel worden de eigennamen uit het eerste boek geïndexeerd, geïdentificeerd en geannoteerd opgenomen in het REMLT. Ondertussen werk ik, wederom onbedankbaar geholpen door Ingrid Biesheuvel, aan het tweede Hercules-boek van de Vergaderinge. Zodra dat ver genoeg gevorderd is, zal ik het feuilleton hervatten. De komende weken / maanden zult u het moeten doen met het onvoorstelbaar mooie verhaal over Palmerijn van Olijve.
Laat een reactie achter