Gegroet, beste vrienden van de verscheiden neerlandici! Als u het afgelopen jaar trouw elke dag de voorbijslenterende dode neerlandici in de rechterkolom van Neerlandistiek trouwhartig op uw eigen verjaardagskalender hebt ingevuld, dan hebt u onderhand een mooie verzameling, die niet alleen uw vrienden en kennissen, maar ook uzelf zo nu en dan met verbazing en bewondering zal vervullen. Zovelen gingen ons voor, en hoevelen daarvan zijn reeds bijna vergeten!
Dat zal met de overleden neerlandici in de komende week wel niet zo snel gebeuren, want er zitten een aantal dierbare of bekende personen bij, enkelen zelfs die ons nog niet zo heel lang geleden ontvallen zijn. Een van hen die wellicht sommigen onder u nog (net) persoonlijk gekend hebben, of van wie u verhalen uit de tweede hand kent, is degene naar wie wij deze week op zoek zijn.
Hij overleed verderop in deze week, en hij was een veelzijdig neerlandicus, die schreef over taal, literatuur, en filologie, en die ook zelf literatuur schreef (hoewel minder succesvol). Een van zijn artikelen vertrok vanuit het woord bimbam in een kinderrijmpje en eindigde via het Afrikaanse ploefplaf en opeenvolgende imperatieven in de Maleise slaventaal, bij bespiegelingen over een bekend morfologisch verschijnsel.
Wie was deze neerlandicus, en hoe heette het artikel?
Antoinette Verburg zegt
Was dat wellicht A.C. Bouman (overl. 24 februari 1966) met het artikel ‘Over reduplicatie en de woordsoorten’ (http://www.dbnl.org/tekst/_taa008193901_01/_taa008193901_01_0049.php)?
Peter-Arno Coppen zegt
Dat is helemaal goed! Gefeliciteerd!