‘De ‘Joodse stadsroman’ (1900-1940): een flonkerend genre uit de vergetelheid’
24 oktober 2017, 17.00-19.00
Op 24 oktober om 17.00 uur spreekt Jacqueline Bel de negende Jacob Israël de Haan-lezing uit in het Museumcafé van de Bijzondere Collecties in Amsterdam.
Jacob Israël de Haan is vooral de literatuurgeschiedenis ingegaan als een van de eerste auteurs in Nederland die openlijk schreef over homoseksualiteit. Zijn roman Pijpelijntjes (1904) doorbrak vele taboes en veroorzaakte destijds een schandaal. In zijn dichtbundel Het joodsche lied (1915) en later werk benadrukte De Haan zijn Joodse achtergrond. Hij was niet de enige Nederlandse literator die dat deed in die tijd: rond 1900 maakte het werk van auteurs als Herman Heijermans, Israël Querido en Carry van Bruggen furore. Heijermans debuteerde in 1892 in De Gids met het verhaal ‘’n Jodenstreek’ en publiceerde later de Amsterdamse roman Diamantstad (1904). Querido belichtte de wereld van de Amsterdamse diamantwerkers in zijn roman Levensgang (1899-1901) en oogstte later bewondering met De Jordaan, Amsterdamsch epos (1912-1924). Ook Carry van Bruggen, de zuster van Jacob Israël de Haan die vooral bekend is gebleven als modernist, belichtte in haar romans de Joodse wereld. In Het Joodje (1910) schetst ze volgens sommige onderzoekers een portret van haar broer Jacob Israël de Haan, De verlatene (1910) draait om de conflicten in een gezin waarin de jongere generatie zich afkeert van het orthodox-joodse geloof.
Jacqueline Bel laat in haar Jacob Israël de Haan-lezing zien dat romans waarin het Joodse leven wordt belicht een belangrijke en zeer gewaardeerde stroming vormden in de Nederlandse letterkunde tussen 1900 en 1940. Sommige critici zagen deze literatuur als een vorm van emancipatie van het ‘onderdrukte volk’. Volgens Bel verdient vooral de ‘Joodse stadsroman’ een grotere plaats in de literatuurgeschiedenis.
Jacqueline Bel
Jacqueline Bel is universitair hoofddocent moderne Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit. Zij is gespecialiseerd in de Nederlandse literatuur vanaf 1800, in het bijzonder het fin de siècle, de eerste helft van de twintigste eeuw en de (post)koloniale literatuur. Zij publiceerde onder meer de volgende boeken: Nederlandse literatuur in het fin de siècle (1993), (met Thomas Vaessens) Schrijvende vrouwen, Een kleine literatuurgeschiedenis van de Lage Landen (2010) en Bloed en rozen. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1900-1945 (2015).
Jacob Israël de Haan-lezingen
De jaarlijkse Jacob Israël de Haan-lezingen zijn een initiatief van het Jacob Israël de Haan Genootschap, in samenwerking met de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. Het doel van het genootschap is om werk en leven van Jacob Israël de Haan in bredere kring bekend te maken door heruitgaven van zijn boeken en door studies en lezingen.
In 2008 werd een stichting opgericht die in 2015 overging in een genootschap. Sindsdien hebben een oprichtingssymposium en zeven lezingen plaatsgevonden. Ze werden gehouden door Evelien Gans (2009), Ludy Giebels (2010), Jan Fontijn (2011), Mary Kemperink (2012), Ron Blom (2013), Jan Fontijn (2014), Bart Wallet (2015) en Arthur Japin (2016).
Meer informatie en aanmelding: Universiteit van Amsterdam
Laat een reactie achter