Door Marc van Oostendorp
Samen met een groep anderen heb ik vanmiddag op het Dominicus College het centraal eindexamen (cse) Nederlands gemaakt. Omdat het correctiemodel niet online staat zijn hier mijn antwoorden; ik heb het examen vrijwel zeker niet perfect gemaakt. Onze examens gaan mee in de correctierondes voor de gewone kandidaten; te zijner tijd zal ik natuurlijk vertellen welk punt ik heb gehaald.
De opgaven staan hier. Een verslag van Voxweb staat hier; een reportage van de NRC hier en een van Omroep Gelderland hier.
- C
- A
- B
- Door een dergelijk irreëel scenario te schetsen, komt Hawking niet toe aan waar het om gaat: een echt menselijke oplossing.
- A
- D
- B
- Het is paradoxaal dat juist wie zich beroept op Erasmus, diens vak aan de kant schuift. Nederland eert Erasmus, maar schuift de filosofie aan de kant.
- Het beleid in het hoger onderwijs is bedrijfseconomisch fatalistisch. Belangrijke opleidingen worden gesloten omdat ze geen studenten hebben. Andere criteria worden genegeerd. Dat is een slechte ontwikkeling.
- Men let op de onmiddellijke kosten, niet op het grotere belang. (Oscar Wildes definitie van een cynicus.)
- Ten eerste zijn instellingen voor hoger onderwijs belangrijke hoeders van ons culturele erfgoed, dat niet verloren mag gaan. Ten tweede is puur intellectuele vorming uiteindelijk ook van economisch belang. Ten derde vraagt een tijd van politieke instabiliteit om specialisten die andere culturen door en door kennen.
- A
- D
- C
- A
- D
- Ten eerste kun je in Rotterdam nog steeds filosofie studeren, zij het bij een andere faculteit. Ten tweede vind je in de nabijheid van Rotterdam nog andere opleidingen filosofie. Ten derde zijn er nog altijd veel meer geesteswetenschappers dan bèta’s. Ten vierde gebeuren juist aan technische universiteiten interessante dingen waarbij wijsgerig geïnteresseerden beter aan hun trekken komen.
- D
- 1. ‘Grote Vragen’, 2. ‘de contactgestoorde ingenieur’, 3. ‘het hele gebeuren’, 4. ‘oude koeien’, 5. ‘het eenzame eilandje wijsbegeerte’, 6. ‘een leger van communicatiewetenschappers’, 7. ‘Gelukkig’
- Natuurwetenschappers ondernemen zelf interessante alfa-achtige activiteiten. De echt boeiende zaken gebeuren bij de technici. Alfa’s moeten zich daarom niet krampachtig in hun eigen domein opsluiten.
- Tekst 1 presenteert als een belangrijke taak voor geesteswetenschappers dat ze de grote vragen waartoe technologische ontwikkelingen aanleiding geven beantwoorden. Tekst 2 stelt dat de geesteswetenschappen een eigen, belangrijke, maatschappelijke rol vervullen doordat ze kennis doorgeven die van grote waarde is en die je elders niet vindt. Tekst 3 ontkent dat de geesteswetenschappen grote waarde hebben; de auteur ziet ze liever geïntegreerd in andere (bèta-)wetenschappen.
- 1,3,45
- “De Erasmus… overheid krijgt.”
- “Dan moet… geesteswetenschappen toejuichen.”
- 1.onachtzaamheid voor breder maatschappelijk nut
2.bestuurders aan de leiband van het rendementsdenken
3.geld overhevelen van studies die het makkelijk redden naar belangrijke opleidingen die het moeilijk hebben
4. beperkt denkende opiniemakers
5. opheffen van scheidslijnen - D
- Docenten die de juiste attitude hebben kunnen hun leerlingen leren zich intellectueel beter te ontwikkelen.
- Zij moeten niet laten merken dat ze denken dat de capaciteiten van leerlingen ontoereikend zijn; ze moeten de overtuiging uitstralen dat de hersenen werken als een spier.
- A
- 1. je hard werkt en je hersenen traint
2.kan door gemotiveerde docenten worden aangeleerd - Het beeld van Pygmalion was niet plotseling levend, maar werd dit door actief ingrijpen van de godin. Zo wordt een kind niet ‘zomaar’ slim, maar door actief ingrijpen van een docent.
- Als ze niet overtuigd worden dat ze te weinig kunnen én ze niet faalangst raken door verkeerde verwachtingen bij hoog IQ.
- Is intelligentie aangeboren of aangeleerd?
Wat is een slimme manier om kinderen op te leiden? - Talent is in de eerste plaats iets wat ontwikkeld kan worden, geen noodlot.
- In tekstfragment 1 wordt explicieter gemaakt dat men niet slechts streeft naar een goede baan, maar naar excellentie. Daarbij worden ook andere kwaliteiten dan cognitieve genoemd.
Rob zegt
Denk dat je antwoorden verwisseld heb vraag 3 en vraag 26 waren meerkeuze vragen. Zie nu dat alles door elkaar staat.
Marc van Oostendorp zegt
Vraag 1 was uit de nummering gevallen; inmiddels is dat gerepareerd.
Docent zegt
Vorig jaar had ik vrijwel dezelfde antwoorden, nu wijk ik toch wel redelijk af, zie ik. Ben zelf docent Nederlands op een middelbare school. Ik zie dat ik veel meer uit de tekst heb overgenomen, waar jij eigen woorden gebruikt of wat vrijer interpreteert. Ben heel benieuwd wat het correctiemodel maandag als waarheid verkondigt. Bedankt voor het delen van je antwoorden!! Even geteld en als ik ervan uitga dat jouw antwoorden kloppen en alles wat ik anders heb onzin is, heb ik 48 punten. Beetje weinig als docent, dus hoop dat ik maandag ontdek dat het er meer zijn!
Marc van Oostendorp zegt
Ja, ik heb dit keer iets meer ‘mijn eigen woorden’ gebruikt, vond al die vragen over steeds min of meer hetzelfde onderwerp ook wel een beetje saai. Met die eigen woorden neem je een risico bij correctie, we gaan het inderdaad allemaal beleven. Prettig weekeinde!
Docent zegt
Het was ook saai, net als het havo-examen. Baalde bij vwo ervan dat er 3 teksten over hetzelfde onderwerp gingen. Als een leerling daar echt niks mee heeft en de ironie verkeerd interpreteerde, dan wordt het al een heel lastig verhaal. Ik ben benieuwd.
Marc van Oostendorp zegt
Ja, twee teksten over hetzelfde onderwerp, dat is wel aardig. Maar drie is een beetje te gek. Hertzberger reageerde nog wel op Heijne, maar het tweede artikel was eigenlijk een heel ander verhaal, dus die had er ook tussenuit gekund. De vierde tekst vond ik (en vond iedereen in onze groep, geloof ik) een tamelijk slecht stuk. Maar de examens waren vooral oefeningen in braafheid.
Eva zegt
Zou u uw antwoorden met ons kunnen delen?
Jeroen ClemensJeroen Clemens zegt
Eva, dat delen heeft hij net gedaan.
Koen zegt
Ik heb uw antwoorden eens heel vluchtig bekeken en ben er over het algemeen toch wel redelijk mee eens. Echter, niet met de eerste 3 meerkeuze vragen. Daar heb ik zelf A, C en C. Ik ben een student 6VWO en acht dit examen Nederlands vrij goed te doen. Ik ben toch wel heel benieuwd maandag! We zullen zien…
Koen zegt
Ben het met je eens, ik heb daar ook. A, C, C. Ik weet vrijwel zeker dat dat de juiste antwoorden zijn.
Marc van Oostendorp zegt
Ik denk dat A, C, C in ieder geval ook mogelijke antwoorden zijn. Ik zou ze zelf goedrekenen; deze stof is niet geschikt voor meerkeuzevragen.
Tim zegt
Beste M. van Oostendorp,
Ik heb eerlijk gezegd mijn twijfels bij uw antwoorden. Bij vraag 19 word er gevraagd naar 7 ironische woorden of woordgroepen. Echter noemt u er maar 6. En bij vraag 35 wordt er gevraagd naar een verschil.Ik heb geleerd dat beide zaken dan benoemd worden, maar nu gaat alleen in op tekstfragment 1, zonder dit daadwerkelijk te vergelijken met tekst 4.
U zegt zelf ook dat uw antwoorden vrijwel zeker niet perfect zijn, maar ik denk dat veel leerlingen uw antwoorden toch serieus zullen nemen, gezien het feit u hoogleraar Nederlands bent. Ik begrijp dus niet waarom u deze antwoorden deelt. Het is uiteraard goed bedoeld, maar ik betwijfel of het verstandig is.
Vriendelijke groet van een van de eindexamenkandidaten van dit jaar
Tim zegt
‘u’ ipv ‘nu’ in de 5e regel
Marc van Oostendorp zegt
Bij vraag 19 was inderdaad een deel van mijn antwoord weggevallen bij het kopiëren van mijn handgeschreven antwoorden. Als het antwoord op vraag 35 zou worden goedgekeurd doordat ik niet expliciet zeg welke vergelijking wordt gemaakt met ‘explicietere’ en ‘andere’, toont dat wat mij betreft aan dat er iets niet deugt met het nakijken. In het normale leven (buiten het examen) zou het in dit geval zelfs heel irritant zijn om te zeggen ‘explicieter dan in tekst 4’, enz.
Guus zegt
Bij vraag 1 al gelijk: het gaat toch het grootste gedeelte over de angst voor de macht van de robots? Alleen de laatste regel zegt wat over het menselijker moeten worden van robots
Adrian Meerman zegt
Wat mij het meest stoorde aan tekst 1 is de slordigheid van bepaalde vraagstellingen. In vraag 3 bijvoorbeeld gaat de vraagsteller er vanuit dat het artikel zijn bronnen niet op een ‘passende’ manier zou weergeven. Maar Hawkins, Wilson, Bostrom, Musk alswel Annemarie Haverkamp worden allen zeer respectvol weergegeven ten behoeve van de gemiddelde krantenlezer. Het SCP krijgt weliswaar kort schrift maar daar gaat het juist om. De algemene Nederlandse mening wordt via deze ‘authoritative’ bron recht tegenover de mening van experts geplaats om daarmee het artikel op gang te brengen. Zelf vind ik echter het gebruik van het woord ‘lachertje’ uiterst zwak en had de hele zinssnede beter vervangen kunnen zijn door iets als ‘volgens experts is dat discutabel.’ De openingszin wordt daarmee weliswaar iets bedaagder maar is dan wel meteen van dat irritante faux-volkse taalgebruik af. Het verbaast mij dat deze stilistische malligheid, zeg maar zwakte, in de tekst aanleiding is geworden tot een inhoudelijke vraag. Aangezien de opzet van de vraag gebaseerd is op hypotetische ‘kritische lezer’ die een onjuiste invulling van de intentie van de auteur heeft, blijken er geen deugdelijke antwoorden mogelijk te zijn. Sorry, iedereen krijgt 0 punten voor zijn antwoord.
In vraag 4 staat een regelrechte taalgebruiksfout in de vorm van ‘in het licht van de tekst.’ De opdracht zou moeten verwijzen naar het ‘kader’ van de tekst om daarmee de presuppositie dat science fiction ook buiten de tekst iets betreurenswaardigs zou zijn de pas af te snijden. In de afgelopen veertig, vijftig jaar wordt SF door veel vooraanstaande ondezoekers genoemd als hun eerste inspiratie voor zeer vergaand onderzoek. Daarbij is het noemen van Brave New World in dezelfde (!) tekst toch wel bijzonder ironisch. Het is weliswaar een boek over een toekomstige dystopie maar wel via het gebruik van technologische middelen. (En voor dit antwoord had ik dus meer dan 20 woorden nodig–wederom 0 punten dus…)
Ik woon inmiddels al 40 jaar in de VS en wilde mij voor de aardigheid meten aan een pittig Nederlands examen. Maar als ik dit voor mijn eigen VWO examen had moeten doen had ik mij wild geergerd aan de tijd die ik moest verspillen aan de kronkelige gedachtenloop van dit soort vraagstellingen. Het lijkt mij verder dat deze tekst inhoudelijk niet van voldoende kwaliteit was om er deugdelijke examenvragen aan de koppelen.De andere teksten uit het examen laat ik verder maar liggen en ik ga maar eens naar het examen Engels kijken.
Best luck on Monday!
Rob zegt
Zouden nog meer mensen hun antwoorden op de veertien meerkeuzevragen hier kunnen sturen?
Alvast bedankt!
Koen zegt
Het correctievoorschrift staat erop. Ik heb 48 punten, dat zou een 8,0 zijn met een n-term van 1. Heel tevreden dus! 🙂
Lars zegt
hoeveel punten heeft u?