Door Bert Nap
Je trouwdag of de geboorte van je kind vergeet je niet. Ze zetten een mensenleven even stil. In 1985 merkte ik hoe zoiets ook kan gebeuren met een oude binnenstad. Bredero’s vierhonderdste geboortedag groeide op 16 en 17 maart 1985 uit tot een groots volksfestijn, een vrolijke chaos. Heel Nederland liep uit om zich te vergapen aan Amsterdams vroeg zeventiende-eeuws stadshart dat werd bevolkt door leerlooiers, spinsters, hoeren, stoeten van melaatsen, bedelaars en mankepoten.
Voor de bewoners van de Nes, de Oudezijds Voorburg- en Achterburgwal, Rusland, het Walenpleintje en de Spinhuisstegen begint het als een grote verstilling. De grachten worden autovrij, de straten zijn bedekt met stro. Bij de buren wordt een leerlooierij nagebouwd. Op de Grimburgwal timmert men een galg en een rad.
Op de zaterdagmorgen barst het los. Hoewel het behoorlijk fris weer is, dromt het publiek talrijk de nauwe grachten op om zich in een anachronistisch spektakel te mengen. De kranten koppen ‘Bredero-festijn lokt 300.000 kijkers’. Grote belangstelling gaat uit naar de publieke executies die elk uur plaatsvinden op de Grimburgwal, waar een misdadiger door de strop genadeloos aan zijn einde komt. De reikhalzende menigte gruwt en joelt. Dat is kennelijk van alle tijden. Op het rad naast de galg ligt, zoals vroeger op de Volewijk, een lijk in gevorderde staat van ontbinding. Kraaien doen zich tegoed aan de ingewanden, die ongetwijfeld sappig slachtafval bevatten.
Op het Walenpleintje, waar ik woon, brandt elk half uur een knetterende echtelijke ruzie los tussen Rieuwert Rompslomp en zijn vrouw Marry. De scène uit Bredero’s Schyn-heyligh gaat gepaard met talloze scheldwoorden:
Ghy varcken, ghy sack, ghy panckt, ghy blay, ghy flaers!
Ghy onwetende raascop!
Ghy droncken fun!
Het publiek deinst terug als het hysterisch vrouwlief haar echtgenoot vanuit het bovenraam bekogelt met bloempotten die op het plein uiteenspatten. Tevergeefs zoekt de radeloze Rieuwert steun bij zijn flemende knechten en vlucht tenslotte de openstaande deur in. Onderdeur dicht, bovendeur dicht. Het publiek blijft in verbaasde verwarring achter en voegt zich weer in de wervelende optocht ter ere van Gerbrand Adriaensz.
Verantwoording
Het citaat komt uit Bredero’s Schyn-heyligh, vs. 940-943. Op: DBNL
Dit bericht verscheen eerder op Bredero 2018.
Laat een reactie achter