Een vette knipoog naar Vlaanderen
Door Jan de Putter
In de omgeving van Antwerpen vindt deze zomer een merkwaardig, groots opgezet, cultureel spektakel plaats rond Reynaert de Vos, waar al duizenden mensen aan hebben deelgenomen. Vossen, expeditie in het land van Reynaert is het geesteskind van de CEO van het logistieke bedrijf Katoennatie, de flamboyante Fernand Huts BV, Bekende Vlaming.
Vooral oudere, Vlaamse echtparen lopen op het parkeerterrein van de Katoennatie bij Antwerpen. Vaak nemen ze hun eigen fietsen mee op een rek gemonteerd achter op de auto. Voor wie zijn fiets niet naar de Antwerpse haven transporteren kan, zijn er degelijke fietsen te huur in een loods van het logistieke bedrijf. De havenbaron wil zijn volk in beweging zetten en verhuurt dan ook geen elektrische fietsen voor de culturele ontdekkingstocht die hij georganiseerd heeft door een vergeten hoek, ‘het oostelijk einde van Vlaenderen’, zoals het in het Middeleeuwse gedicht Van den vos Reynaerde heet. Zeg maar de driehoek die op de linkeroever van Schelde gevormd wordt tussen het Nederlandse Hulst, het Vlaamse Sint-Niklaas en het hoofdkantoor van de Katoennatie in de Antwerpse haven In die streek zou volgens het middeleeuwse verhaal de legendarische schat van koning Ermenrike bij Kriekeputte begraven zijn. Daar nu toont Fernand Huts zijn schatten aan iedereen die het wil zien. Vossen noemt hij het en Reynaert is de gids.
Een historisch landschap
Het vertrekpunt voor de fietstochten van 40 of 60 km is de ‘site’ van de Katoennatie, Burcht Singelberg, een complex van loodsen en kantoren in de Antwerpse haven. Een loods is verbouwd tot ‘het Hof van koning Nobel’. In een bochtig toegangsgangetje krijgt de bezoeker eerst een introductiefilmpje te zien en maakt daarna kennis met de figuren uit de Reynaert in een aantal filmpjes waar acteurs ze schmierend voorstellen. Daarna komt de bezoeker op pleintje, waar de bezoeker zich in Plopsaland waant. In deze weinig serieuze omgeving toont Huts een uitgelezen collectie van soms zeer zeldzame Reynaertboeken, één zelfs nog uit de zestiende eeuw gedrukt in Delft. De beroemde illustraties die Kaulbach maakte voor de Reineke Fuchs van Goethe zijn hier te zien, evenals een prachtige prent van Gustaaf van de Woestijne die de uitgave van Stijn Streuvels siert.
De vertreklocatie heeft Huts Burcht Singelberg genoemd, naar het slot van de machtige heren van Beveren, die net als Huts ‘grote meneren’ in deze streek waren. Vlak bij zijn buitenhuis lag het kasteel van de heren van Beveren. Als de pijlen de goede richting aanwijzen, passeert de bezoeker het oeroude kasteelbergje dat het enige is dat nog rest van het grote gebouw.
In het buitenhuis, dat omgedoopt is tot het Mercatorhuis, is werkelijk een sublieme collectie kaarten te zien uit de zeventiende en achttiende eeuw, waaronder de atlas van Blaeu. Een van de topstukken is een kaart van de Nederlanden in de vorm van een leeuw, Leo_Belgicus.
Op de kaart staan een man een vrouw in rijke burgerkleding afgebeeld en visser. Vermakelijk, maar onjuist is de uitleg bij deze figuren. De ‘boeren’ zouden de Nederlanders zijn, de rijke burgers de Vlamingen, aangeduid als ‘Belgen’. Wie de Latijnse tekst op de kaart leest, begrijpt dat met de welgestelde burgers alle Nederlanders in Noord en Zuid bedoeld worden, de ‘boeren’ zijn adolescenten uit Noord-Holland, een gebied dat toen kleiner was dan de hedendaagse provincie en blijkbaar bekend stond om de opvallende klederdracht van jonge vissers.
Veel van de tentoongestelde kaarten hebben betrekking op het gebied waar de fietstocht doorheen voert. De kaarten samen laten goed de historisch-geografische ontwikkeling zien van het gebied, dat na de inundaties in de zestiende eeuw zijn definitieve vorm kreeg tijdens de inpolderingen van de zeventiende eeuw.
Het gebied is getekend door de oorlog. Onderweg kom je langs schansen die tijdens de belegering van Antwerpen in 1585 zijn aangelegd en bunkers die de Duitsers in de Eerste Wereldoorlog bouwden om Antwerpen te verdedigen tegen een aanval uit het noorden van de geallieerden. Het mooiste stukje van de route gaat over de Krekeldijk, die langs een kreek voert die ontstaan is bij de inundatie van de streek. Verderop gaat de weg over de lommerrijke Koningsdijk, die precies de grens tussen Nederland en België volgt. De dijk is door de Zuidelijke Nederlanden in 1673 aangelegd om te voorkomen dat de Hollanders de polders rond Antwerpen onder water zou zetten. Aan het begin van de dijk zijn nog de restanten van een fort uit de achttiende eeuw te herkennen.
Een pastorij vertimmerd tot Huis van de Zonde
De oude ‘pastorij’ van Kieldrecht is omgevormd tot het ‘Huis van de Zonde’. In de kamers toont Huts een aantal Vlaamse meesters en brengt de schilderijen in verband met een van de zeven hoofdzonden. Bij het schilderij dat de luiheid zou uitbeelden ontging me het verband. De schilderijen worden tentoongesteld in heerlijk kitscherige kamers die de bezoeker moeten verleiden tot zondig gedrag. Een werkelijk prachtig schilderij van Rubens waar een verleidelijke jonge vrouw het hof wordt gemaakt door een man, is te zien in een met rood fluweel gestoffeerde slaapkamer. De Vlaamse pers gebruikte er het woord ‘cabardouche’ voor.
Terug naar het beginpunt gaat de route langs een natuurgebied dat aangelegd is als compensatie voor de havenuitbreiding. Wij zagen daar aan de Drijdijk twee lepelaars. Verderop kan de fietser zich even een Flandrien voelen als de route hem voert over de Beversedijk bij Kallo, een kasseistrook die er redelijk bij ligt.
Reynaert en het landschap
Misschien dat de niet-ingewijde bezoeker door al de indrukken onderweg Reynaert de vos vergeten was, maar een overkoepelend verband is er wel degelijk. Het land van Reynaert is het middeleeuwse nog woeste land dat zich nu onder een dikke laag klei bevindt. Het land van Reynaert is het onderbewuste van de mens, waar de passies en de zonden zijn handelen bepalen. Huts zegt in een van de filmpjes dat als er acht hoofdzonden zouden zijn, hij zich ook aan de achtste schuldig gemaakt zou hebben. Op foto’s identificeert hij zich overduidelijk met de vos die de bezoeker rondleidt op een oude racefiets, merk Eddy Merckx, door het land van Reynaert.
Voor kenners of zelfbenoemde specialisten is het is niet moeilijk Huts’ Reynaertvisie te bekritiseren. (zie hier en hier) Een echte interpretatie vraagt meer middeleeuwse context, zo komt mij voor, maar dat betekent dat het verhaal ook moeilijk toegankelijk wordt voor een breed publiek. In het introducerend filmpje van de expeditie bekritiseert hij speels de serieusheid van zijn wetenschappelijk medewerkster. Huts’ Reynaertvisie is wel degelijk gestoeld op recent wetenschappelijk onderzoek, maar van de resultaten neemt hij wel een zekere afstand door de vos niet als verdorven te beschouwen, maar als iemand om wiens zonden men kan lachen. Vaak is het niet fijnzinnig, maar zijn vulgarisatie brengt het middeleeuwse epos, ook door de moderne bewerking die alle bezoekers ontvangen, dichter bij een heel groot publiek. De middeleeuwse wereld van Reynaert is getransformeerd in een moderne Vlaamse soap. Dat is niet erg, het spelen met anachronismen maakt de tocht plezieriger en draagt paradoxaal genoeg juist bij aan de historische ervaring.
Het verhaal van Reynaert fungeert als een magneet: er kleven verhalen aan vast over landschap, geschiedenis, psychologie en moraliteit. Fernand Huts weet die op vaardige wijze met een fietstocht te combineren. Ook bij Huts krijgt Van den vos Reynaerde een nieuw leven. Het is niet meer het verhaal van ‘Vlaemsch’ nationalisten, zoals in de jaren dertig, maar het is nu het verhaal van zelfbewuste, Vlaamse burgers, die zich spiegelen aan de culturele bloei van Antwerpen en Vlaanderen in het verleden. Iedere tijd krijgt zijn eigen Reynaert.
Eén ding is jammer en dat is dat de tocht niet eindigt in Fort Liefkenshoek. Het fort was een versterking aan de Schelde waar de Nederlanders de scheepvaart naar Antwerpen controleerden en door tol te heffen de wederopbloei van Antwerpen zouden hebben voorkomen. Historici twijfelen trouwens tegenwoordig wel aan de funeste invloed van de ‘afsluiting van de Schelde’. Als de bezoeker nog tijd heeft, belet natuurlijk niets om nog even verder te fietsen naar deze herinneringsplaats die symbool staat voor de soms gespannen verhoudingen tussen Nederland en België, die ook zijn weerslag had op de Reynaertreceptie. (zie hier) Wij hadden geen tijd meer, zozeer werden we meegezogen in de fantastische expeditie van Reynaert Huts & meneer de Vos.
Vossen. Expeditie in het land van Reynaert t/m 30 september. Meer informatie op de website: www.vossen.vlaanderen.
jandeputter zegt
Correctie:
Pas op het laatste moment zag ik dat op de Leo Belgicus geen boeren, maar vissers waren afgebeeld. Er ontbreekt daardoor uitleg:
Op de kaart staan een man een vrouw in rijke burgerkleding afgebeeld en twee eenvoudig geklede personen. Vermakelijk, maar onjuist is de uitleg bij deze figuren. De eenvoudig geklede man en vrouw zouden ‘boeren’ zijn. De De ‘boeren’ zouden de Nederlanders zijn, de rijke burgers de Vlamingen, aangeduid als ‘Belgen’. Bovendien gaat het niet om boeren maar vissers.Wie de Latijnse tekst op de kaart leest, begrijpt dat met de welgestelde burgers alle Nederlanders in Noord en Zuid bedoeld worden, de ‘boeren’ zijn adolescenten uit Noord-Holland, een gebied dat toen kleiner was dan de hedendaagse provincie en blijkbaar bekend stond om de opvallende klederdracht van jonge vissers.
Jan Uyttendaele zegt
De uitleg gaat over de figuren die rechts onder op de kaart worden afgebeeld. Maar er staan links onder nog twee andere personages in een lokale klederdracht. Volgens deze toelichting zouden dat ‘Friese volksmensen’ zijn: zie http://www.tento.be/OKV-artikel/leo-belgicus
jandeputter zegt
Dat klopt! Mijn redacteur merkte dat ook op, maar aan deze twee figuren figuren wordt voorbijgegaan in de tentoonstelling in het Mercatorhuis. Om die reden heb ik er geen aandacht aan besteed. De samenstellers van de expositie gebruiken deze kaart om het veronderstelde culturele verschil tussen Noord en Zuid in de zeventiende eeuw te benoemen.
De opmerking van Jan Uyttendaele laat zien hoe meer kennis je betrekt bij de duiding van het verleden, hoe verder het van ons af komt te staan en hoe moeilijker het te plaatsen is binnen bestaande schema’s. Vulgarisatie heeft een prijs!