Door Ton van der Wouden
Op 27 juni 2018 hield lexicograaf Pieter Duijff van de Fryske Akademy een lezing in Leiden voor het Matthias de Vriesgenootschap, een club van Nederlandse woordenboekenmakers en -liefhebbers. De voordracht ging over een nieuw project van de Akademy, een vertaalwoordenboek Nederlands-Fries. De casus die Pieter besprak was het oer-Hollandse keurig netjes. Het bijwoord keurig fungeert daarin als een versterker van het bijvoeglijk naamwoord netjes: keurig netjes is netter dan alleen maar netjes. De conclusie van het verhaal was, dat die combinatie keurig netjes bijna niet idiomatisch in het Fries te vertalen is.
Het WNT
De combinatie keurig netjes liet me ondertussen niet los. Wat zeggen de Nederlandse woordenboeken, meer speciaal het WNT, eigenlijk over keurig netjes? In Van der Wouden (2011) beschreef ik dat het in 2011 onmogelijk was om systematisch in de on-line woordenboeken van (toen nog) het INL naar vaste verbindingen en/of collocaties te zoeken. De nieuwe zoek-interface van (tegenwoordig) het INT biedt “uitgebreid zoeken” aan, en als we daaarin bij keurig voor de veelbelovende optie “zoek verbindingen” kiezen, dan levert dat de volgende elf combinaties uit het WNT op, geordend van oud naar jong (het gaat immers om een historisch woordenboek):
- Keurig oog
- Keurig oor
- Keurige tong
- Keurige hand
- Een keurig penseel
- Niet (zeer) keurig
- Keurig op iets zijn
- Keurig en keurig!
- Er keurig uitzien
- Keurig in orde zijn
- Keurig net; keurig netjes
Het gezochte keurig netjes staat op de laatste plaats, naast keurig net. De meeste andere verbindingen in het lijstje ken ik niet of ze voelen ouderwets. In het artikel over netjes ontbreekt trouwens de informatie dat het een vaste verbinding vormt met keurig. Bij keurig vermeldt het WNT dus keurig dat het een vaste verbinding vormt met netjes, maar in het artikel over netjes ontbreekt de informatie dat het een vaste verbinding vormt met keurig – hoewel die informatie wel netjes in het woordenboek opgenomen is, zij het niet in het artikel over netjes. Er valt dus nog wel wat te doen voor de computerlinguïsten van het INT.
Oudere vindplaatsen
De oudste vindplaats die het WNT voor Keurig net geeft (s.v. keurig) is Klaasje Zevenster 2, 20 (1865). Is de combinatie werkelijk zo jong? Nee hoor: via het historische corpus van Delpher vinden we gemakkelijk oudere vindplaatsen, bijvoorbeeld in de Hollandsche historische courant waarin op 04-05-1784 wordt aangekondigd dat er op 19 mei te Delft een zeer Hegt, Keurig, net Betimmerd, Commodieus en tot allerlei, Affaires zeer geschikt HUIS en ERVE verkocht zal worden. De komma in het voorbeeld kan misschien opgevat worden als een aanwijzing dat de verbinding tussen keurig en net nog niet heel vast is, maar in een anti-orangistisch vers toegeschreven aan een Do. Hellebrand in de Geldersche historische courant van 04-09-1787 is er geen twijfel meer mogelijk:
Deez’ Goudsbloem in haar geur
Ook in haar geele kleur
Vertoont zich keurig net
Juist in dit Sch..t Salet,
Daar ’t geen er is bereid
Den Drek-God word gewyd:
Daar men uit de achterpoort
Vivat Oranje hoort.
Laat dus het Ryk der Keezen
Ook voor Prins Willem vreezen,
Zy worden hier geleerd,
Hoe men dien Held vereerd,
Voorzeker en gewis
Juist, als hy waardig is.
Het oudste voorbeeld dat het WNT voor keurig netjes geeft, is aanzienlijk jonger, namelijk uit Hoe hij Raad van Indië werd van P.A. Daum uit 1888 (in 1884-5 verschenen als tijdschriftfeuilleton), maar ook voor deze combinatie vinden we via Delpher gemakkelijk oudere vindplaatsen, bijvoorbeeld in de Bredasche courant van 10-10-1829: En zie daar, waarde lezer, de gelukkige omstandigheden, waaraan wij het stukje van den heer Adolph Bosch, keurig netjes ter romantische drukkerij te Brussel gedrukt, te danken hebben.
Geografische verspreiding
De combinatie keurig netjes is trouwens helemaal niet te vinden in de Dikke Van Dale (15e druk, 2105), in elk geval niet onder keurig of netjes. Keurig netjes staat wel in Met zoveel woorden van Schutz & Permentier – overigens deze keer alleen bij netjes en niet bij keurig. Wat je helemaal nergens kunt vinden, is dat de combinatie keurig netjes in het noorden van het taalgebied veel vaker voorkomt dan in het zuiden. In het Corpus Gesproken Nederlands (CGN, Oostdijk 2000) komt de combinatie 11 keer voor, en alle voorkomens zijn afkomstig uit het Nederlandse deel. Deze bevinding wordt bevestigd door het SONAR-corpus (Oostdijk et al. 2013, online beschikbaar: daarin vond ik 50 Nederlandse voorkomens van keurig netjes, tegenover 4 Belgische (en 3 moeilijk te categoriseren gevallen) – en dat, terwijl het corpus veel meer Belgisch dan Nederlands materiaal bevat (329,8 en 143,3 miljoen woorden, respectievelijk, volgens tabel A1 in Oostdijk et al. 2013). Diezelfde scheve verdeling geldt trouwens ook voor de samenstellende delen: netjes komt 372 keer in het Nederlandse deel van het CGN voor, en 38 keer in het Belgische, terwijl keurig 171 Nederlandse attestaties heeft, en 19 Belgische. Deze verschillen zijn zo groot dat ze ruimschoots compenseren voor het feit dat het Nederlandse deel van het CGN ongeveer twee keer zo groot is als het Belgische, en ze worden bevestigd door twitterdata (zie Van der Wouden 2014 voor een beschrijving van de methode):
Hoe roder de vlekken, hoe meer tweets die het woord keurig bevatten. Ze lijken in een boog te lopen van Groningen via Leeuwarden, de Randstad, West-Brabant en Limburg. Anderzijds zijn er nauwelijks voorkomens in België en in een groot gebied in Oost-Nederland, tussen Midden-Drenthe en Venlo.
Een vergelijkbaar beeld zien we voor netjes: ook hier relatief weinig Belgische voorkomens.
Het geval keurig netjes laat zien dat woordenboeken als het WNT en Van Dale zeer onvolledig zijn in het vermelden (en terugvindbaar maken) van informatie over vaste verbindingen, en dat dat evenzeer geldt voor geografische verspreiding. En de grammatica’s geven deze informatie (natuurlijk) ook niet. Arme tweede-taalleerders van het Nederlands.
Literatuur
Ton den Boon, Ruud Hendrickx & Nicoline van der Sijs (red.). Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse Taal. 15e herz. ed. Utrecht/Antwerpen, Van Dale Uitgevers, 2015.
Nelleke Oostdijk. Het Corpus Gesproken Nederlands. In Nederlandse Taalkunde Jaargang 5, 2000, 280-284.
Nelleke Oostdijk, Martin Reynaert, Véronique Hoste & Ineke Schuurman. The construction of a 500-million-word reference corpus of contemporary written Dutch. Peter Spyns & Jan Odijk (red.) Essential Speech and Language Technology for Dutch: Results by the STEVIN-programme. Heidelberg, Springer, 2013, 219-247.
Rik Schutz & Ludo Permentier. Met zoveel woorden: gids voor trefzeker taalgebruik. Amsterdam: Amsterdam University Press, 2016.
Matthias de Vries & Lammert A. te Winkel (red.). Woordenboek der Nederlandsche taal. ‘s-Gravenhage, Nijhoff, 1864-2001.
Ton van der Wouden. Collocaties in online woordenboeken. In Nederlandse Taalkunde 16-2, 2011, 180-192.
Ton van der Wouden. Zit je nu alweer te twitteren? Een nieuwe manier om partikels in kaart te brengen. In Nicoline van der Sijs (red.): De Kaartenbank. Over taal en cultuur. Amsterdam, AUP, 2014, 68-74.
DirkJan zegt
In mijn digitale Van Dale, editie 14 uit 2005 staat keurig netjes wel vermeld bij keurig onder het tweede lid als bijwoord van graad:
1. heel, zeer
(en dan uitgeklapt)
1. keurig netjes
Misschien nog een keer goed kijken.
(en het wordt dan een vaste verbinding genoemd, maar ergens vind ik het ook wel een uitdrukking, zoiets als frank en vrij, keurig netjes …)
Bart zegt
Misschien wordt bij de Delpher-vondst bedoeld ‘keurig (en) onlangs betimmerd’?