Door Marten van der Meulen
Er is ophef over de studie Nederlands. Iedereen bij de opleidingen wist het al, maar nu weten ook alle mensen daarbuiten het: het aantal studenten loopt al jaren terug. Het wordt algemeen als zorgwekkend ervaren, en er worden zelfs Kamervragen over gesteld. Hoe is de daling te verklaren? Volgens mij is het vrij simpel: heel veel potentiële studenten zijn naar studies als Communicatie- en Informatiewetenschappen gegaan (die studie loopt als een trein, in Nijmegen alleen al honderden studenten). Anderen wijzen ook naar het schoolvak Nederland. Daar is al langer kritiek op. In die kritiek mis ik echter één punt: waarom is er geen verdiepend vak Nederlands?
Poëzie
Toen ik op de middelbare school zat (ik deed eindexamen in 2003) koos ik in de bovenbouw het profiel Cultuur & Maatschappij. Dat had een aantal consequenties voor het lesaanbod dat ik kreeg. Een daarvan was dat ik Duits 2 en Frans 2 kreeg. De bedoeling van die vakken was om verdieping te bieden bij Frans 1 en Duits 1, die meer op vaardigheden waren gericht. Die verdieping was vooral bij Duits 2 enorm. We behandelden daar namelijk poëzie van na de Tweede Wereldoorlog, o.a. het bekende gedicht lichtung van Ernst Jandl. Ik ken het nog steeds:
manche meinen
lechts und rinks
kann man nicht velwechsern
werch ein llltum
Aan de hand van dit gedicht praatten we over taal, over politiek, over vorm, over filosofie en over de Duitse maatschappij. Het maakte allemaal diepe indruk op me. Hoe kon je zóveel ophangen aan zo’n klein gedicht! Ik ging er geen Duits van studeren (de liefde voor Engels was te groot), maar het werkte oprecht verdiepend. Voor een deel was dit de verdienste van de geweldige docent die ik had (dank Eli), maar het werd gefaciliteerd doordat er überhaupt een paar uur in de week was waarbij je verder kon gaan dan woordjes leren en teksten lezen.
Nederlands
Nu past dit allemaal misschien helemaal niet meer binnen de manier waarop het huidige schoolvak Nederlands is opgezet. En sowieso bestaat de mogelijkheid voor verdieping al wel door projectweken oid. Maar dat doet er voor mijn punt niet echt toe. Want waarom bestaat de mogelijkheid van verdieping niet sowieso als vak voor Nederlands? Waarom is er geen Nederlands 2, waarbij je (als je wil) verder kijkt dan de basisvaardigheden? Ik vraag me overigens hetzelfde af voor het Engels. Waarom biedt je juist voor die talen niet de mogelijkheid voor thema’s die dieper gaan en die eventueel ook nog eens goed kunnen aansluiten op de universitaire studie?
Je kunt bijvoorbeeld wat dingetjes taalkunde, literatuur en taalbeheersing pakken. Dat is op zich al winst. Maar je kunt ook alles samen laten komen in één thema. Neem bijvoorbeeld iets betrekkelijk relevants als migratie. Je zou kunnen kijken de manier waarop tweedetaalleerders omgaan met het Nederlands (zie hier voor een interessant voorbeeld), naar de manier waarop daarover wordt gedebatteerd (taalbeheersing), naar nieuwe literatuur (Akyol, Bouazza, Kader Abdollah om maar wat te noemen), maar ook naar de rol van migratie in de geschiedenis, en naar de receptie van migratie. Prop dat allemaal in een verdiepingsvak en je geeft scholieren volgens mij een veel beter beeld van waar de studie Nederlands over gaat. Bij mij zou het motiverend werken.
Ik zeg zeker niet dat je er alle problemen mee oplost. Het vak zelf moet óók op de schop, en met mijn idee creëer je vast allemaal nieuwe problemen. Maar ik denk dat je er ook wat mee wint. Je komt nieuwsgierige studenten namelijk in ieder geval een beetje tegemoet. Alle beetjes helpen. Er wordt al wel aan gewerkt (Marc wees me bijvoorbeeld op het veelbelovende Plusprogramma Nederlands), maar wat mij betreft is het een lekker top-down beslissing, en wordt het in de lesprogramma’s geïntegreerd.
Dit stuk verscheen eerder op Marten van der Meulens eigen blog.
Robert Chamalaun zegt
Beste Marten, je hebt geluk gehad dat de invulling van Duits 2 bij jou zo verdiepend was. De Tweede Fase beoogde iets anders (en op de meeste scholen gebeurde dat helaas ook zo). Het vak Frans (of Duits) werd gesplitst in een deelvak (alleen lezen op vwo en spreken/luisteren op havo) en een totaalvak (de uitbreiding tot het volledige vak). Dit betekende concreet dat je als deelvakker (alleen met Frans 1 bijvoorbeeld) slechts 160 studielasturen had voor een vak. Ik neem even Frans op vwo-niveau als voorbeeld. Een leerling die Frans 1 koos, kreeg 1 uur per week les in leesvaardigheid. De andere vaardigheden kwamen niet aan bod. Pas als deze leerling besloot ook Frans 2 te kiezen (en dus 200 studielasturen meer kreeg), kreeg deze leerling het volledige vak Frans. Dat is natuurlijk dramatisch voor je kennis van en kunde in een taal. Alleen lezen zonder schrijven? Integreren van vaardigheden is met alleen Frans 1 (of Duits 1) niet mogelijk. Zonde. Ik zou er dan ook van gruwen als dat bij het vak Nederlands zou gebeuren.
Toen de vernieuwde Tweede Fase in 2007/2008 werd ingevoerd, is deze splitsing gelukkig meteen teruggedraaid. Als een leerling koos voor Frans, kreeg hij het hele vak, dus alle vaardigheden, inclusief literatuur.
Neemt niet weg dat Nederlands plus een optie kan zijn, maar ik zie eerlijk gezegd meer mogelijkheden in het aanpassen van het curriculum. Je zorgt er dan voor dat iedere scholier met dezelfde kennis en vaardigheden naar het vervolgonderwijs gaat. Ook voor iemand die geen Nederlands wil gaan studeren is inzicht in je moedertaal immers interessant.
msvandermeulen zegt
Beste Robert, ik ben het helemaal met je laatste zin eens, en ik ben daarom ook een enorm voorstander van überhaupt meer taalkunde in het curriculum. Maar de zin daarvoor ben ik het niet per se mee eens. Scholieren kiezen volgens mij nog steeds voor een profiel of vakken of wat dan ook: ze gaan daarmee per definitie al met deels andere kennis en vaardigheden het vervolgonderwijs in. Waarom zou er dan naast kiezen voor meer natuurkunde, niet ook de keuze voor meer Nederlands moeten kunnen bestaan?
Robert Chamalaun zegt
Ah zo, als je er op die manier naar kijkt, zou een verdiepend vak zinnig kunnen zijn. Iedere leerling krijgt het vak met alle vaardigheden en de liefhebber kiest Nederlands plus, met dus die verdieping waar jij op doelt. Feitelijk krijg je dan dezelfde situatie als bij wiskunde D. Leerlingen die een studie aan een TU ambiëren, kiezen naast het verplichte wiskunde B in hun pakket ook wiskunde D. Dat vak gaat de diepte in en sluit je af met een schoolexamen. Ik hoor van oud-leerlingen regelmatig terug dat zij tijdens hun technische studies veel profijt hebben van wiskunde D.
Mooi plan dus. Tegelijkertijd roept het natuurlijk ook vragen op. Waarom dan ook geen Engels 2? Hoe voorkom je dat je hele kleine klassen Nederlands plus hebt (die dus meteen heel erg duur zijn, vergelijk het maar met kleine clusters klassieke talen). Welke onderdelen worden uit het reguliere programma gehaald? Maar goed, het is wel een interessante gedachte.
msvandermeulen zegt
Ik ben daarom dan óók een groot voorstander van Engels 2. Wat betreft kleine klassen, ik kan me voorstellen dat dat lastig is. In mijn tijd (sprak hij bejaard) was het dan ook gebruikelijk om niet puur facultatief vakken aan te bieden (alleen filosofie was dat, maar dat zat (terecht) altijd vrij vol), maar om een keuze aan te bieden: of A, of B. En die kleine klassen had je bij ons ook al wel bij wiskunde B2, dat was ook maar een man of 7.
Els Stronks zegt
Of het plusprogramma PlusNederlands een oplossing is voor alles wat hier aangestipt wordt, weet ik niet. Maar voor wie aan dat plusprogramma mee wil werken: ik zie reacties graag tegemoet(e.stronks@uu.nl). We hopen in augustus 2019 van start te gaan. Voor een eerste indruk van de plannen: http://plusnederlands.nl
Rob Alberts zegt
Is een plusprogramma nodig om de minnen uit het vak goed te maken?
Misschien is het zinnig om de inhoud van het vak en de examens door te nemen. Wat goed is behouden en wat beter kan verbeteren.
Vriendelijke groet,
Peter-Arno Coppen zegt
Het gevaar van een plusprogramma of Nederlands 2 is dat dit het kernvak Nederlands, dat nu door alle leerlingen gevolgd wordt, “leegzuigt”. Je kunt dan voorspellen dat het kernvak echt alleen maar basisvaardigheden gaat bevatten. Alle pogingen om het kernvak te verrijken worden hierdoor vrijwel zeker gefrustreerd. Laten we nou eerst eens het gewone vak beter invullen (wat nu nog iedereen wil). Met een plusvak sluit je de meeste leerlingen juist af van de neerlandistiek. Leerlingen met een betaprofiel, die misschien best voor de taalkunde te porren zouden zijn, zullen nooit van zijn leven Nederlands plus of 2 kiezen. Het doet volgens mij vooralsnog meer kwaad dan goed. Ik doe in elk geval niet mee.
msvandermeulen zegt
In mijn inmiddels fameuze Duits 2-vak zaten wel degelijk een aantal betaleerlingen. Die waren daar wel degelijk voor te porren. En ik vind het prima idee om met dat schoolvak zelf aan de slag te gaan, maar lukt dat überhaupt wel? Het lijkt tegen de bierkaai. Is het niet sowieso een beter idee om een los vak Basisvaardigheden in te stellen, los van het vak Nederlands? Dan zuig je precies alle ‘vervelende’ dingen uit dat vak.
Marc van Oostendorp zegt
We zijn het vermoedelijk eens over het ideaal: iedereen moet een zekere hoeveelheid kennis over taal(kunde) en literatuur(wetenschap). Het opdelen van het vak in Nederlands 1 en Nederlands 2 heeft het gevaar dat je noemt in zich; zoals Robert Chamalaun hierboven beschrijft lijkt dat indertijd met Frans 1 en 2 en Duits 1 en 2 te zijn gebeurd (op andere scholen dan waarop Marten zat, er zal hier natuurlijk vaak een verschil tussen scholen zijn). Maar ik ben er niet van overtuigd dat het een noodzakelijk gevolg is, je kunt het gevaar ook proberen te vermijden.
Dat geldt *a forteriori* voor het plusprogramma, dat een pakket voorstellen is voor scholieren die meer willen en meer kunnen. Daar zie ik nu echt geen gevaar in; hoe ideaal de wereld ook is, er zullen altijd mensen zijn die meer geboeid worden door een bepaald vak, die meer talent hebben voor het schrijven van verhalen of het analyseren van taal en taalgebruik dan anderen. Hen op het gemiddelde niveau willen houden, is ook niet per se een goede zaak.
Een onderdeel van de aantrekkingskracht van het ‘betaprofiel’ is nu juist dat je ermee kunt uitblinken. Dat is in het huidige schoolvak Nederlands misschien te weinig het geval.
msvandermeulen zegt
Precies dat uitblinken is waar het mij om gaat. Als je meer zou willen, dan zou ik willen dat die mogelijkheid bestond. Die is er volgens mij nu niet, en dat is jammer.
Overigens vind ik het prima om te wachten tot het vak zelf is aangepast (ik ben benieuwd hoe de voortgang daarbij is, het komt op mij nogal stroperig over) maar dan lijkt me een verdiepend vak daarna nog steeds een prima idee. Ook voor Engels trouwens. Dat vak was dan weer van een iets ander niveau bij mij: ik had in de zomervakantie voor de 6e drie stukken van Shakespeare gelezen, leerde een passage per stuk ui m’n hoofd en hoefde het hele jaar niet te komen. Was er maar een verdiepend vak geweest!
Els Stronks zegt
Een plusprogramma gaat verbetering van het schoolvak niet tegenhouden, in mijn visie. Het geeft toegang tot een extra dimensie. Een dimensie die in het schoolvak-in-verbeterde-vorm zeker zichtbaar moet worden, want anders kom je als leerling ook niet op het idee je er verder in te verdiepen. Misschien te simpel geredeneerd, maar ik hoop dat het zo gaat werken.
Peter-Arno Coppen zegt
Er is nu een momentum om al die fijne dingen die jullie voor ogen hebben voor te stellen voor het kernvak. Denk je nou echt dat als jullie daar een prachtig en uitdagend vak van maken (en ik ben ervan overtuigd dat dat mogelijk is), er nog maar een kruimel motivatie overblijft om dat toch maar in het kernvak te stoppen? Natuurlijk wordt het kernvak dan alleen nog maar dienstbaar aan de andere vakken! Hoeveel energie gaan jullie dan nog stoppen in het kernvak als je je eigen veilige nicheje hebt gecreëerd waar geen andere belanghebbenden zich mee hoeven te bemoeien? Het lijkt erop alsof je het gewoon opgeeft om te knokken voor het kernvak. Je laat het in de steek.
Je noemt zelf Duits 2 en Frans 2. Kijk, om dichter bij huis te blijven, naar het optionele handelingsdeel taalkunde. Hoeveel taalkunde zit er inmiddels in het kernvak? Hoe wordt daar die extra dimensie zichtbaar?
Ik zeg het nog eens (en als er iemand reageert herhaal ik het): laten we nou eerst dat kernvak verrijken, en als al die perspectieven daar stevig in verankerd zitten kunnen we kijken of we nog een stap verder kunnen zetten. Maar niet in het water springen voordat de duikplank er is, want dan is die nergens meer voor nodig en niemand klimt er meer voor terug aan de kant.
Robert Chamalaun zegt
Beste Peter-Arno, ik ben het volledig met je eens. Zoals ik eerder schreef, leidt het splitsen van een vak tot verschraling. Natuurlijk kun je betogen dat het vak Nederlands dan blijft zoals het nu is en dat er verdieping komt in een tweede vak, maar zoals de inhoud van het vak nu is, is het al niet goed. Een nieuw vak maakt dat niet beter. Ik sta achter je pleidooi om de inhoud van het vak te herzien. Meer aandacht voor taalkunde, maar ook voor creatief schrijven en toneel, om maar eens wat interessante zaken te noemen (ik doe dat al). Nu blijft het vaak afhankelijk van de individuele docent/sectie hoe interessant het vak is. Hoe mooi zou het zijn als ieder kind in Nederland alle boeiende onderdelen uit het Nederlands in het schoolvak aangeboden krijgt? Ik denk graag mee (je weet me te vinden).
P.A.Coppen@let.ru.nl zegt
Nog even voor de goede orde: ik ben natuurlijk niet tegen een plusvak of plusprogramma op de langere termijn, ik vrees alleen het effect in het huidige tijdsgewricht. Ik denk zelfs dat zonder een verrijking van het huidige kernvak een plusprogramma niet eens een voedingsbodem heeft. Dus zelfs als je dat zou nastreven zou je er eerst voor moeten zorgen dat er genoeg in het kernvak zit om leerlingen überhaupt een perspectief te bieden op wat er allemaal aan interessants mogelijk is.
Els Stronks zegt
Helemaal mee eens, dus daar gaan we in berichtgeving over plusprogramma goed op letten: dit plusprogramma kan niet bestaan en niets betekenen als schoolvak/kernvak niet eerst de basis legt.